Halfnaakte dames in het putje van de winter

De sperperiode is ontstaan omdat een aantal kleuterjuffen merkten dat kinderen in de war geraakten. De tijdsstructuur in de opvoeding van de kinderen kwam in gevaar; hun tijdsbesef werd gestoord. De Raad suggereert de sperperiodes niet alleen te beperken tot Sinterklaas, Kerstmis en Pasen, maar ook uit te breiden tot Halloween en “terug naar school”. Als de zelfregulering niet helpt, kan men uiteindelijk de wetgever inschakelen voor dat nobele opvoedingsintiatief.

Zoals steeds juichen we dergelijke initiatieven van harte toe. Kleutertjes in verwarring brengen met kerstmannen in augustus. Hoe durven die snoodaards van handelaars? Men heeft voor minder gevochten om de ziel van het kind. En daarom juichen we ook de geplande uitbreidingen toe. Men vergete bovendien niet wantoestanden rond het einde van het schooljaar: in onze gemeente wordt de fuif ‘fin d’examen’ al een maand op voorhand aangekondigd, met andere woorden middenin de examenperiode! Ook rond de krokusvakantie en carnaval zijn er wantoestanden aan te klagen. Soms bloeien al krokussen en is er geen carnaval te bespeuren! En bloeien er krokussen in Rio De Janeiro?

Al helemaal verwarrend, zelfs voor volwassenen, is de aankondiging van de mode. Halfnaakte dames in het putje van de winter en in bont gehulde topmodellen bij 30 °C. Hier is pionierswerk weggelegd voor de Raad voor het Verbruik.

Eens te meer dreigt de wetgever het probleem unidimensioneel te bekijken, louter vanuit de tijd. Maar er is meer aan de hand. Om te beginnen moet de superverwarring met de stad Sint-Niklaas verdwijnen. Hier dreigen immers de tijd (een kinderfeest) en ruimte (een stad) de kleutertjes helemaal te verwarren. Ik heb onlangs met enkelen van hen gesproken en hieruit is duidelijk gebleken dat ze erg verward zijn door Halloween, Allerheiligen en Allerzielen. Die verwarring is helemaal niet goed voor hun spirituele, religieuze, antropologische en volksculturele ontwikkeling. Daarom moet er een sperperiode tussen deze feesten komen. Wie ooit toegelaten heeft dat Halloween samen wordt gevierd met Allerheiligen, draagt een zware morele verantwoordelijkheid!

Helemaal verwarrend wordt het als bekende Vlamingen plots pleiten voor homohuwelijken. Leg dat maar eens aan kleutertjes uit. Wie is dan de mama? Of bij lesbiennes: wie is de papa? Kleutertjes begrijpen niet eens het verschil tussen een reclamefolder met Sint-Niklaas en de echte Klaas, hoe zouden ze dan kunnen begrijpen dat twee mannen trouwen?

Maar omdat ik niet graag bij de hoop conservatieve reactionairen wordt gekeerd, ligt de enige oplossing hier dit nieuwe gegeven te betrekken in de opvoeding van de kinderen. En dan kom ik bij mijn specialisatiegebied, het management. De nieuwe trend is “verhaaltjes voor managers”. Er verschijnen de meest geleerde wetenschappelijke traktaten over “storytelling”. U kunt er peperdure cursussen over volgen en uit nieuwsgierigheid heb ik ooit eens tien minuten van een workshop gevolgd bij de prestigieuze Academy of Management. Ik heb ervan onthouden dat de verteller al dan niet in het verhaal aanwezig kan zijn. In wat ik nu aan het vertellen ben, ben ik als verteller “aanwezig”: ikzelf vertel dat ikzelf ooit eens een workshop heb bijgewoond. In vele teksten is de verteller afwezig: “diverse bronnen tonen aan dat…”. Het is veel beter dat de verteller aanwezig is; dat zorgt voor betere verhalen.

Helemaal fout is dus het klassieke verhaaltje: ze trouwden, leefden lang en gelukkig en kregen vele kindjes. Hier maakt de opvoeder een dubbele fout: de verteller is bij het verhaal afwezig en het brengt de moderne kleuter in verwarring. Beter is: ‘kijk Lieselotje, papa is een speciaal soort papa, hij is hetero zeggen de grote mensen. Dat wil zeggen dat hij vooral van mama houdt. Er zijn ook papa’s, die houden dan vooral van andere papa’s. Die noemen we homo’s. Nu, deze prins is zoals papa, hij houdt van de prinses. De prinses twijfelt nog. Grote mensen zeggen dan: ze heeft zichzelf nog niet ontdekt. De prinses weet nog niet of ze wel vooral van prinsen houdt, of van kikkers houdt, of van andere prinsessen. Als ze nu toch vooral van prinsen houdt, dan kan het zijn dat ze samenwonen, een lat-relatie beginnen of trouwen. Weet je wat trouwen is? Juist, zoals opa en oma-twee. Opa was eerst gehuwd met oma-één, maar toen heeft oma-een zich geout. Dat wil zeggen dat oma-één gezegd heeft dat ze nog meer van andere oma’s houdt dan van opa’s. En dus als de prinses met de prins trouwt, dan kunnen er kinderen komen. Maar pas op Lieselotje, die kunnen er ook komen als ze niet huwen.’

Als Lieselotje dan antwoordt: ‘Ah, nu begrijp ik het papa, het huwelijk is een voldoende maar geen noodzakelijke voorwaarde voor kinderen’, dan is de moderne opvoeding die toch hoofdzakelijk antiverwarrend moet zijn, geslaagd.

Gelukkig ben ik geen kleuterjuf, maar een professor aan een business-school. Dat heeft twee gevolgen in mijn voordeel: de verhalen die ik mag vertellen aan managers zijn veel eenvoudiger, en ten tweede: ik moet mij geen zorgen maken dat ze in verwarring zijn na 11 september. Kleuterjuffrouwen die vaststellen dat een kleutertje al verward is door een kerstman bij een zonnige keuken, beantwoorden waarschijnlijk zonder zuchten vragen als: wat is het verschil tussen die meneer met de tulband, die Bin Laden, en de kerstman? Want hebben ze aan de kindjes in Afghanistan nu ook geen snoeppakketten uitgedeeld of er laten vallen per vliegtuig? En de Palestijnse kindjes, mogen die nu ook in Bethlehem de kribbe gaan bezoeken? Verwarrende tijden. Misschien kunnen ze in die streken beter een sperperiode invoeren.

Marc Buelens

De auteur is hoofddocent aan de Universiteit Gent en partner van de Vlerick Leuven Gent Management School

Kleutertjes in verwarring brengen met kerstmannen in augustus. Hoe durven die snoodaards van handelaars?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content