Groen rendeert voor Kinnarps

De verbouwingen aan het hoofdkwartier van Kinnarps België zijn zo goed als achter de rug. De Zweedse kantoormeubelenfabrikant zweert bij groen, en dat rendeert.

Het milieuaspect wint steeds meer aan belang bij onze klanten. Onlangs waren we niet de goedkoopste in een offerte voor het farmabedrijf Baxter, maar het ecologische aspect – wij garanderen de recyclage van onze stoelen – heeft de doorslag gegeven.” Edouard Kint (49) halveerde in 1993 zijn loon door als verkoopleider bij Promedia over te stappen naar het Zweedse bedrijf. Anno 2009 stuurt hij vanuit Wemmel een ploeg van 44 mensen aan, die de ergonomische en milieuvriendelijke bedrijfsmeubelen van Kinnarps op de Belgisch-Luxemburgse markt verkopen.

“Als een Zweed hier op bezoek komt, stelt hij eerst zijn stoel en bureau in, en dan begint hij pas te werken. Die cultuur hebben wij niet.” Kinnarps was midden jaren negentig een pionier met zijn ergonomische bureaustoelen, maar, geeft Kint toe, de concurrentie heeft intussen op dat vlak ook serieuze inspanningen geleverd. “Al blijf ik de onze natuurlijk beter vinden.” ( lacht)

Het nieuwe kantoorgebouw aan de rand van de Brusselse ring is een oase van rust, verfraaid met moderne kunstwerken: een stenen zittende man van Jean-Michel Folon bij de receptie en een van Niki de Saint Phalle verderop. “Een mens spendeert een flink deel van zijn leven op kantoor. Als dat dan kan in een mooi kader, dan werkt dat gezelliger.”

Oorspronkelijk slechts bedoeld als een uitbreiding van het magazijn, evolueerde het project tot een volledige verbouwing, met een prijskaartje van 2,8 miljoen euro. Inclusief zijn: ondergrondse parking, nieuwe toonzaal inclusief seminarieruimte voor klanten, burelen, en een opslagruimte met zeven loskades. “De vorige verbouwing deden we in 2001, net op het moment dat de dotcomcrisis woedde. Nu is het weer crisis. Voor ik weer begin te verbouwen, zal ik drie keer nadenken”, grijnst hij.

Groen imago

Het milieubewuste imago geeft niet alleen bij klanten als Baxter de doorslag. Kint wil het ook doortrekken naar het gebouw. Op het 6000 vierkante meter grote dak zullen zonnepanelen worden geplaatst. “Dat gaan we doen, zodra we het geld hebben en zonne-energie optimaal rendeert.” Nog milieu? De Zweden willen kunnen garanderen dat, wanneer ze hun eigen meubelen komen terughalen bij een klant, die voor 100 procent zullen worden gerecycleerd. Kinnarps weert daarom chroom uit zijn producten, en vervoert waar mogelijk zijn goederen per trein en niet meer via de weg. “Al moet ik toegeven dat ze bijvoorbeeld in Nederland daar toch al wat verder mee staan dan bij ons. In België wordt toch nog veel naar milieu gekeken als iets dat geld kost.”

Nochtans is ook de kantoormeubelsector niet ongevoelig voor de crisis. Kinnarps België kijkt aan tegen zowat vijftien procent minder omzet. “Heel grote klanten blijven bestellen, net als bedrijven die verhuizen. Maar anderen minderen hun bestellingen. In 2002 waren we heel blij dat we het contract met de federale overheid hadden. Nu werken we hard aan de verlenging (één dezer weken valt de beslissing over die driejarige opdracht, nvdr). Ach, Kinnarps heeft nul leningen lopen, dus ik slaap nog goed ( lacht). Alles van deze bouw wordt dadelijk betaald.”

Het maakt van Kinnarps een financieel ijzersterk bedrijf. Geen wonder dat toen Kint twee jaar geleden werd benaderd door een investeringsfonds, de Zweden er als de kippen bij waren om de aandelen die ze amper tien jaar tevoren aan Kint hadden verkocht, opnieuw over te nemen. “Maar dat verandert niets aan de manier van werken. Dit is mijn baby, die heb ik mee grootgebracht. Toen ik hier in 1993 begon, heb ik hier nooit een Zweed gezien die zei hoe we hier moesten werken, en dat blijft zo.”

Net als Ikea

Kinnarps koestert dezelfde wortels als Ikea. “De families kennen elkaar ook vrij goed”, weet Kint. “Alleen heeft de ene gekozen voor de particuliere markt, terwijl Jarl en Evy Andersson in 1942 begonnen met businessmeubelen.” Van een kleine houtzagerij in het dorpje Kinnarps bouwde Andersson, die op zijn 94ste nog steeds elke dag door het bedrijf wandelt, zijn onderneming uit tot het nummer twee van de Europese bureaumeubelenmarkt. Met bijna 2200 werknemers en een omzet van 415 miljoen euro in 2008 heeft het meubelbedrijf volgens cijfers van het Italiaanse Centre for Industrial Studies een marktaandeel van 4,2 procent, ruim achter marktleider Steelcase. Maar de Zweden zijn wel het onbetwistbare nummer één voor kantoorstoelen, waar ze met 185 miljoen euro omzet uitkomen op 7 procent van de Europese markt.

In België is het bedrijf het nummer vijf op de kantorenmarkt, na TDS Office Design, Bulo, Samas en Ahrend. Iets meer dan een vijfde van de omzet van de Belgische dochter is niet afkomstig van het Zweedse moederbedrijf. “Toen ik begon, keken ze daar soms raar op. Die Belg die brochures wou in drie talen, die metalen kasten wou leveren aan een klant, terwijl zij alleen houten kasten maakten. Vanuit het idee: wat succesvol is in Zweden, moet dat overal zijn. Terwijl je hier zetels met een stoffen bloemetjesmotief aan de straatstenen niet kwijt kan. Voorbeeld? Mijn eerste grote klant, Regus, wilde voor zijn businesscenters zwarte leren zetels. Daar hadden ze het moeilijk mee. De Zweden willen alles in stof. Al zijn ze met de jaren veel meer open minded geworden. En milieubewust waren ze sowieso: meubels worden verpakt in herbruikbare wollen dekens, niet in plastic en dozen.”

Kint is, een beetje zoals Jarl Andersson, een selfmade man. Op zijn zeventiende thuis vertrokken, begonnen aan de Koninklijke Militaire School, om als verkoper aan de slag te gaan bij Promedia, uitgever van de Gouden Gids. “Als manager ben je tegenwoordig ook een beetje opvoeder geworden. De generatie jongere werknemers accepteert nauwelijks kritiek, en heeft tegelijk zelf erg weinig respect voor werkmateriaal of bedrijfswagens. Ik was vroeg zelfstandig, en heb gaandeweg leren boekhouden en andere vaardigheden opgedaan. Uiteindelijk is het niet het diploma dat een verschil maakt, maar de wil om te slagen. Als verkoper werkte ik 100 procent op commissie, dus elk jaar was het van nul herbeginnen, net zoals hier. Met gezond verstand kom je al ver. Ik heb er nooit een probleem mee gehad dat sommige van mijn verkopers meer verdienen dan ikzelf. Want ze helpen het bedrijf groot te maken. Terwijl Kinnarps Zweden eigenlijk niet zo commissiegezind is. De enige reden dat ze destijds een Belgische vestiging wilden, was om van het geruzie tussen de Nederlanders en de Fransen af te zijn wie Volvo Gent en de Brusselse markt mocht bewerken.” (T)

Door Luc Huysmans

“In België wordt toch nog veel naar milieu gekeken als iets dat geld kost”Edouard Kint (Kinnarps België)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content