Gluren in de psyche van de terrorist

Waarom pleegt iemand terroristische daden? Een diep geloof in een politiek ideaal? Of het ondergaan van een vernederende en uitzichtloze discriminatie? De Britse historicus en auteur Michael Burleigh verwerpt met klem dergelijke vergoelijkende analyses. De verklaring moet in een verziekte geest van de dader gezocht worden. Ideologie? Veel terroristen beginnen pas aan een grondige ideologische studie als ze al achter slot en grendel zitten. Burleigh legt zijn stelling uit in meer dan 650 bladzijden.

Vijf jaar geleden deed Burleigh het ondenkbare. Zijn academische carrière scheerde hoge toppen en hij kreeg de Samuel Johnsonprijs voor zijn boek Het Derde Rijk. Toch keerde hij na twee decennia lesgeven onherroepelijk zijn rug naar de academische wereld. “Ik vond het gezelschap niet altijd even leuk. Er zit veel nijd en afgunst in dat wereldje en ik was die spelletjes kotsbeu”, motiveerde hij zijn beslissing. Elders klonk het als volgt. “Als je de strijd aangaat met die lefty universiteit, word je gek of gaat je gezondheid eraan.” En dus zette hij de tering naar de nering (“mijn vrouw heeft het me nooit vergeven”). Schrijven werd voortaan zijn kerntaak.

Burleigh is als auteur niet aan zijn proefstuk toe. De onderwerpen die hij aanraakt, zijn ook erg divers (het Derde Rijk, de relatie tussen politiek en religie, de Franse Revolutie en sinds enkele jaren dus ook het terrorisme). Belangrijk is de precieze afbakening van Blood and Rage, nu vertaald in Bloed en woede. Achtereenvolgens laat hij zijn licht schijnen op een aantal terreurgroepen. Van de Iers-Amerikaanse Fenians in de negentiende eeuw, over de Russische nihilisten langs OAS, Bader-Meinhoff tot – onvermijdelijk – de islamterreur. Deze contouren zijn onmiddellijk een punt van kritiek. Waarom negeert hij bijvoorbeeld het Latijns-Amerikaanse terrorisme? Dergelijke beslissingen behoren nu eenmaal tot het voorrecht van de auteur. Zijn overzicht gaat alleen over feiten, niet over de achterliggende ideologieën, want die vindt hij simpelweg onvoldoende interessant. Terrorisme is een praktijk die hij in alle gevallen moreel onverdedigbaar vindt. Bovendien ziet hij in alle terroristen psychiatrische gevallen. Punt. Deze benadering is het belangrijkste punt van kritiek dat hem voor de voeten wordt geworpen. De decennialange strijd in Noord-Ierland kan je moeilijk tot louter een conflict tussen gangs reduceren. Net zomin als de toetreding van Nelson Mandela tot de gewapende vleugel van het ANC losstaat van het apartheidssysteem.

Dat hij oog heeft voor anekdotiek maakt van Bloed en woede een lezenswaardig werk. Grappig om te vernemen is dat Jean-Paul Sartre in het openbaar Andreas Baader verdedigde, maar hem in werkelijkheid een ‘complete lul’ vond. En wist u dat Sinn Fein-voorman Gerry Adams aanvankelijk de tapkast van een kroeg bestierde? Martin McGuinness, vandaag lid van de Noord-Ierse regering, begon ooit als slagersgast. Of hij een geheelonthouder is die rookt noch drinkt, zoals Burleigh beweert, durven we te betwijfelen. Enkele jaren geleden was hij te gast in het clublokaal van een links-republikeinse vereniging in Brussel. Geheelonthouder was alvast niet de indruk die hij toen naliet. (T)

MICHAEL BURLEIGH, BLOOD AND RAGE, HARPERPRESS, 2008, 545 BLZ. – BLOED EN WOEDE, DE BEZIGE BIJ, 2009, 652 BLZ., 39,90 EURO

MVD

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content