Gezocht: rendement

JEREMY CUNNINGHAM "De schulden van de bedrijven mogen dan vrij hoog zijn, maar toch zijn ze rendabeler." © GF

Europese bedrijfsobligaties en overheidspapier uit opkomende landen zijn obligatiesegmenten die wel nog rendement bieden, zeggen drie experts. En het is raadzaam een flexibele obligatieportefeuille op te bouwen.

Obligatiebeleggers hebben hun verwachtingen voor de komende jaren bijgesteld. De onzekerheid over de politieke toestand in Europa is afgenomen, maar toch zijn er nog tal van factoren die ongerustheid veroorzaken, zoals de vooruitzichten voor de Chinese economie, de fiscale hervormingen in de Verenigde Staten en het toekomstige monetaire beleid in Europa en de Verenigde Staten.

“Door het wereldwijde economische herstel zullen de centrale banken het geweer van schouder veranderen en zich meer richten op de normalisering van hun beleid”, verwacht Valentijn van Nieuwenhuijzen, de CIO van NN Investment Partners. “In de Verenigde Staten is de Federal Reserve (Fed) daar al mee gestart. Wij verwachten dat de Europese Centrale Bank voor eind dit jaar hetzelfde doet. De rente wordt ten vroegste pas in 2019 verhoogd.”

Jeremy Cunningham, investment specialist bij Capital Group, wijst erop dat het vooruitzicht van de normalisering van het monetaire beleid in Europa kan leiden tot een aanpassing van de marktverwachtingen. “En dat kan vroeger gebeuren dan verwacht, als de economische indicatoren blijven verbeteren.”

Valentijn van Nieuwenhuijzen verwacht ook dat de Fed agressiever zal zijn dan de markt verwacht – twee verhogingen in 2017, vier in 2018 – onder impuls van het economische programma dat de Amerikaanse president Donald Trump voorstaat. “Mocht na de zomer blijken dat de fiscale stimuleringsmaatregelen zijn uitgebleven, dan moeten we ons scenario herzien. Overheidsobligaties van de ontwikkelde landen zijn op dit moment de minst aantrekkelijke activaklasse.”

Vaste looptijd

Jean-Luc Hivert, de CIO fixed income en cross asset van La Française Asset Management, stelt vast dat “cliënten er zich bewust van zijn dat ze meer risico’s moeten nemen en voor lange tijd belegd moeten blijven. Maar het is aan ons om alternatieven voor te stellen om te beleggen op de obligatiemarkten.” Een van die oplossingen is fondsen met een vaste looptijd aan te bieden die beleggen in highyieldobligaties.

“Door te beleggen in papier dat wordt terugbetaald voor de vervaldag van het fonds, nemen we geen risico met de evolutie van de koers, ongeacht of de markten stijgen of dalen. Het is zaak de emittenten goed te selecteren en de portefeuille maximaal te diversifiëren (176 lijnen), zodat een wanbetaling slechts een beperkte impact heeft op de prestaties.” La Française biedt een fonds aan met een looptijd tot 2022.

High yield

Europese bedrijfsobligaties en overheidsobligaties uit opkomende landen zijn segmenten op de obligatiemarkten die nog rendement bieden, stelt Valentijn van Nieuwenhuijzen. “Wij zijn minder enthousiast over obligaties van Amerikaanse bedrijven, omdat de Verenigde Staten verder zijn gevorderd in de cyclus en een hogere schuldgraad hebben. Dat zal een impact hebben op de toekomstige wanbetalingsgraad, als de monetaire omstandigheden minder gunstig worden. Bovendien kunnen de dalende olieprijzen een groot deel van de sector opnieuw in moeilijkheden brengen. Daarom lijken de risico’s hoger dan voor Europese bedrijfsobligaties.”

Jeremy Cunningham houdt vol dat technische factoren in het voordeel van het Amerikaanse highyieldsegment blijven spelen, en dan vooral van farmaceutische en technologiegroepen. “Sinds begin dit jaar hebben internationale beleggers ingetekend op 30 procent van de nieuwe emissies, tegenover een gemiddelde van 10 à 12 procent. Maar het aanbod wordt kleiner, doordat de markt voor fusies en overnames aan dynamiek heeft ingeboet. De schulden van de bedrijven mogen dan vrij hoog zijn, maar toch zijn ze rendabeler. Vaak hebben ze opnieuw kunnen onderhandelen over hun schulden en kunnen ze profiteren van de lage rente.”

Achtergestelde obligaties

Een andere manier om te beleggen in bedrijfsobligaties is kiezen voor achtergestelde obligaties van ondernemingen met een laag risico. Achtergestelde obligaties staan bij een faillissement op hetzelfde niveau als aandelen. “Je recupereert niets in geval van een faillissement, maar je moet papier kiezen waarvan het risico op wanbetaling vrijwel 0 procent bedraagt.” In dat segment staat Jean-Luc Hivert gunstig tegenover achtergesteld schuldpapier van banken (zoals HSBC en Crédit Agricole), verzekeringsmaatschappijen (Allianz en Axa) en niet-financiële groepen (Solvay, EDF en Orange).

“Dat is een sterk groeiende markt, waarmee je veel hogere rendementen kunt halen dan met seniorobligaties, en met een zeer laag risico op een niet-terugbetaling.” De diversificatie is minder groot, vanwege het lagere wanbetalingsrisico. Emissies van banken vertegenwoordigen bijna 70 procent van de activa. “Het risico in de banksector is erg klein geworden door de reserves die de overheden opleggen.”

Wereldwijd diversifiëren

De drie specialisten bevelen ook unaniem aan wereldwijd en flexibel te beleggen in obligaties, en slechts een klein deel van de portefeuille te wijden aan overheidsobligaties. “Met het einde van het expansiebeleid in zicht is een flexibele verdeling belangrijk”, weet Valentijn van Nieuwenhuijzen. Jeremy Cunningham schuift het fonds Capital Group Global High Income Opportunities naar voren. Dat belegt zowel in highyieldobligaties als in obligaties uit opkomende landen in lokale valuta.

Ook Jean-Luc Hivert vindt achtergesteld schuldpapier en highyieldobligaties de aantrekkelijkste segmenten en raadt beleggers ook aan zich daarin wereldwijd te diversifiëren. “Die segmenten omvatten veel bekende merken die vrij weinig risico’s inhouden, zoals Netflix, Alcoa, Numericable, TMobile en Dell.” Daarnaast belegt Hivert short in obligaties uit de Europese kernlanden en long in obligaties van perifere landen. “Onze voorkeur gaat vooral uit naar Portugese, Spaanse en in mindere mate Italiaanse obligaties. De versterking van de Frans-Duitse tandem biedt een garantie voor een gunstig monetair beleid voor die landen.”

Van Nieuwenhuijzen is voorzichtiger. “Als het monetaire beleid normaliseert, kunnen de perifere landen van de eurozone daarvan een impact ondervinden, wat een deel van de steun zou wegnemen. Bovendien houden die landen, vooral Spanje en Italië, in Europa de grootste politieke risico’s in.”

Frédéric Dineur

“Overheidsobligaties van de ontwikkelde landen zijn op dit moment de minst aantrekkelijke activaklasse” – Valentijn van Nieuwenhuijzen, NN Investment Partners

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content