Genezen van een kindertrauma

Lang geleden, het moet in 1958 of 1959 geweest zijn, speelde zich in het Noord-Franse gezin Henquin een klein familiedrama af. De amper vijfjarige kleuter Sylvie, de jongste van drie meisjes, bestond het om in één namiddag drie kristallen vazen omver te gooien. De scherven kletterden over het parket in Vireux-Wallerand, een onooglijk dorpje in de Franse Ardennen. De werkelijke omvang van het drama werd duidelijk toen bleek dat de vermaledijde dreumes ook een uniek familiestuk van de befaamde kristalfabriek Val Saint-Lambert had vernield.

Maar nu, op 49-jarige leeftijd, kan Sylvie Henquin, de nieuwe eigenares van Val Saint-Lambert, eindelijk het verlies een beetje goedmaken. De drie eerste kristallen vazen die deze week in Seraing ‘onder het nieuwe bewind’ worden geblazen, zal ze onder de kerstboom leggen voor haar vader en moeder. Henquin kan er smakelijk om lachen als ze de anekdote vertelt.

Sylvie Henquin woont sinds midden de jaren negentig met haar Franse echtgenoot, Marc Féard, in Brussel. Vanuit de hoofdstad van Europa wilde manlief absoluut zijn informaticabedrijf Ariane II uitbouwen tot een beursgenoteerde onderneming. En omdat Henquin als psychologe haar strepen al had verdiend bij het befaamde Franse Centre de Médecine Préventive, kreeg ze bij de verhuizing naar Brussel meteen de job van personeelsmanager bij Ariane II aangeboden. Het koppel had een neus voor zaken. In 2001 verkochten ze zonder veel poeha of sentiment hun Ariane II aan het Franse Transiciel. Een flink pak van het ingezamelde geld werd door het echtpaar prompt in een investeringsportefeuille gestopt, luisterend naar de naam Rhodium.

Op enkele kleine vastgoedtransacties, een reeks consultancyopdrachten en de restauratie van een Ardense molen na, had Rhodium nog niet bepaald voor vuurwerk gezorgd. Met de aankoop van Val Saint-Lambert – goed voor 1,1 miljoen euro – wordt de investeringsportefeuille voor het eerst wijd opengetrokken. Henquin herinnert zich die dag in juni nog: in de Franstalige zakenkrant L’ Echo de la Bourse las ze met stijgende aandacht over de problemen bij Val Saint-Lambert. Eén echtelijke babbel later besloot ze de zaak verder uit te diepen. Het faillissement van Val Saint-Lambert op 6 september versnelde de zaken. Een week lang ging ze in Seraing bivakkeren bij de Waalse glasblazers, die met een combinatie van zand, vuur en adem bellen tot kristallen vazen omtoveren. De due dilligence die daarop volgde, sterkte mevrouw Henquin in haar geloof, maar vooral in haar droom: dit kon een levenswerk worden.

Sylvie Henquin is sinds deze week het levende bewijs dat de businesswereld meer is dan een mannenwereld waarin vrouwen alsmaar worden afgetroefd. En ook meer dan een roulette waarin de hoogst biedende altijd gelijk krijgt. De andere kandidaat-investeerders – allen mannen, waarvan één uit Australië – hadden meer geld veil voor de ambachtelijke fabriek uit het Luikse. Maar Henquin was de enige die ook de nodige bankgaranties had verzameld.

Als het Franse gezegde le travail, c’est la santé klopt, dan is Henquin daarvan het levende bewijs. Ze heeft geen moeite met de term workaholic. Ze gaat zelfs prat op haar niet te stoppen werklust, nu de drie groot geworden kinderen minder om moeders aandacht vragen.

De voorbije maandag maakte ze voor haar ‘eerste schooldag’ haar opwachting in Seraing, waar de strijdlustige vakbonden al doende wat realiteitsbesef hebben gekregen. Een kwarteeuw lang al sukkelt “de Val” van de ene crisis in het andere noodplan. De hele Europese kristalbusiness, van Bohemen tot aan de oevers van de Maas, gaat door een dieptepunt zonder voorgaande. Het antwoord van Henquin schuilt niet in hoogdravende theorieën, maar in een back-to-basics-aanpak. ” Moins mais meilleur“, luidt de slogan: minder producten, kwaliteit boven alles, de nog altijd waardevolle naam beter benutten, het delight the customer-principe in ere herstellen. En hard werken, keihard werken. “Daarvoor zijn we nu eenmaal op deze wereld gezet,” zegt ze zelfverzekerd en met pretlichtjes in de ogen. En het is haar menens: via de verkoop in veertig landen wil ze de omzet opkrikken naar zo’n 6 miljoen euro, of een verdubbeling tegenover nu.

De vraag die vanaf nu velen zal bezighouden is: slaagt Sylvie Henquin waar iemand als bijvoorbeeld Patrick Depuydt (begin jaren negentig ook eigenaar van de Luikse kristalfabriek) faalde? Feit is dat Sylvie Henquin bereid is om – in het belang van haar nieuwe kind – nog wat tijd af te knabbelen van haar hobby’s, zoals literatuur, binnenhuisinrichting, galeries bezoeken, kunst verzamelen, wandelen en fietsen. Op de vraag of ze zakelijk gesproken ambitieus is, blijft ze secondenlang ‘ja’ knikken. Op een marmeren schouw, in haar Brusselse woonst, staat de glazen en glimmende trofee van ‘Entreprise de l’Année’ die het koppel in 1998 won met Ariane II.

Misschien wil deze dame wel ‘Manager de l’ Année’ worden, denken we heel even en gooien de vraag voor haar voeten. “Mijn ultieme droom waarvoor ik alles wil doen,” zegt de stem aan de andere kant van de tafel vastberaden. Afspraak eind 2004, zelfde dag, zelfde adres.

Karel Cambien [{ssquf}]

Kan Sylvie Henquin bij de Luikse kristalfabriek wat bijvoorbeeld Patrick Depuydt begin jaren negentig niet kon?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content