GEK GELD IS EEN GROEIBUSINESS

Geert Noels Geert Noels is chief economist van Econopolis.

U kent natuurlijk het echte geld. De biljetten en muntstukken in uw portefeuille. Stilaan worden ze vervangen door plastiek geld, dat rechtstreeks van uw bankrekening wordt gehaald. En meer en meer zie je ook nieuwe geldvormen opduiken. Geld dat vooral lucratief is voor de uitgever ervan.

Mensen zijn nauwgezet op het moment dat ze hun geld verdienen. Ze vechten en onderhandelen dan voor elke cent. Maar net zo slordig zijn ze bij het uitgeven. Door slordigheid verspillen consumenten tot 10 % van hun koopkracht.

Enkele gewiekste ondernemingen beseffen dat en realiseren er een groot deel van hun winsten mee. Vroeger was zoiets het voorrecht van centrale banken. Maar vandaag halen ook warenhuizen, brandstofverdelers en zelfs luchtvaartmaatschappijen een belangrijk deel van hun winst op dit onzichtbare lek in de portemonnee van de consument.

Echt en vluchtig geld. Mensen springen slordig om met papieren geld. Niet alle biljetten worden uiteindelijk ook gebruikt; een groot deel gaat op allerlei manieren verloren. 2,7 % van de waarde van alle munten en bankbiljetten die in het jaar 2000 uitstonden en nog in euro moeten worden omgezet, zijn anno 2007 nog altijd niet aangeboden bij de Nationale Bank van België. Als we alleen met de bankbiljetten rekening houden, gaat het om 1,4 %. Alleen al in België betekent dat een bedrag van maar liefst 376 miljoen euro dat terugvloeit naar de centrale bank. Geld drukken en uitgeven, is dus een erg winstgevende business.

De centrale bank drukt dan wel het echte geld, ze is lang niet de enige instelling die geld uitgeeft. Straffer nog: heel wat mensen zijn bereid het echte geld, gedrukt op de persen van de centrale bank, om te zetten in alternatief geld, dat niet alleen van een mindere drukkwaliteit is, maar zeker ook niet is gedekt door goudvoorraden.

Inderdaad, ook u koopt en krijgt meer en meer waardebonnen, cadeaubonnen en allerlei waardecheques. U ontvangt frequent-flyerpunten waarmee u allerlei dingen kunt kopen, niet alleen vliegtickets, maar ook hotelkamers, huurwagens of gewoon cd’s. Het gekke geld is een groeibusiness.

België is natuurlijk het land van het surrealisme, en dus is het niet verwonderlijk dat we ook uitblinken in surrealistisch geld. Maaltijdcheques bijvoorbeeld kennen ze in Nederland niet. Op de keper beschouwd, is het lachwekkend dat we een systeem van voedselbonnen, maandelijks door de werkgever uitgedeeld, als een aantrekkelijke verloning zien. Maar dat heeft natuurlijk veel te maken met de strenge rantsoenering van rijkdom die onze overheid organiseert. Voedsel kan echter vervallen, en dat is ook zo met onze maaltijdcheques. Na drie maanden zijn ze waardeloos. En omdat u ze zo moeilijk in een portefeuille kunt wegsteken, bent u ze op dat moment misschien al kwijtgeraakt. Of hebt u ze weggesorteerd met enveloppes met daarin verkiezingspost …

Het is een erg goed bewaard geheim hoeveel van de maaltijdcheques niet worden gebruikt. Want dat is winst voor de uitgever ervan, zeg maar de ‘centrale bank’ van de maaltijdcheques. Het zal wellicht in de buurt liggen van de verliesratio van waarde- en cadeaubonnen. Volgens het onderzoeksbureau TowerGroup wordt ongeveer 10 % van de waarde van dergelijke bonnen nooit gebruikt. Bij sommige lagere vormen van gek geld ligt de ratio zelfs nóg hoger. De mensen sparen bijvoorbeeld wel zegeltjes, maar ruilen die zelden of nooit in. En wat te zeggen van frequent-flyerpunten? Die hebben wel degelijk een waarde. Maar al jarenlang blijkt dat meer dan twee derde van de jaarlijks verdiende mijlen nooit wordt opgebruikt (zie grafiek). Misschien hebben de frequent flyers het gewoon te druk, maar het is even waarschijnlijk dat er een gebrek is aan voorbehouden plaatsen voor tickets die met dergelijke punten kunnen worden gekocht.

Word zelf centrale bank! Heel wat organisaties spelen ‘centrale bank’ en verdienen aldus gemakkelijk geld. U kent het systeem van de bonnetjes op allerlei feestjes, concerten en festivals. Op het einde van het jaar stapelen die zich nog ongebruikt op in uw portefeuille. Ook de Disneylandparken gebruiken bijvoorbeeld hun eigen munt, en strijken dus ongemerkt extra winsten op. Als u kunt, voert u in uw organisatie dus beter uw eigen munt in: dat leidt gegarandeerd tot (veel) meer winst.

Maar als consument moet u natuurlijk beter opletten, en vooral kiezen voor het echte geld. Even nadenken voor u weer eens iemand een cadeaucheque schenkt: uiteindelijk wordt 10 % van de waarde die u schenkt weggegooid. Gewoon geld geven, lijkt ordinair, maar behoudt meer zijn waarde: het verlies bedraagt gemiddeld maar 1,4 %, tegenover 10 % bij cadeaubonnen. Oudere mensen geven trouwens overwegend cash, jongere eerder cheques. Kent de oude generatie dan toch beter de waarde van echt geld?

En als de volgende regering ook brandstofcheques, kledingbonnen of CO2-zegels wil uitdelen, ben ik alvast kandidaat om ze gratis te drukken en te verdelen. Ik zal me een heel klein beetje centrale bankier voelen. Maar dan een die in alle stilte rijker wordt met elk waardebiljet dat van mijn persen rolt!

De auteur is hoofdeconoom van Petercam Vermogensbeheer. Reacties: visienoels@trends.be

Geert Noels

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content