Garnaal op maat

Ondanks de sterke frank kent garnalenbewerker Atka in de Italiaanse grootdistributie een fenomenale groei. Door het afsluiten van partenariaten en produceren op maat.

Het productie-atelier van de nv Atka in Londerzeel kleurt roze, ijswolken dampen van de lopende banden. Blokken van steeds twee kilo ingevroren roze garnaal worden ontdooid, versneden en in kleinere pakjes verwerkt. Goed voor een productie van één ton per uur. Slechts een tiental arbeiders komen eraan te pas in de semi-automatische werkhal. Alles onder het strenge toezicht van voedingstechnologe Dominique Peeters, die een dik werkboek met de HACCP-normering steeds binnen handbereik heeft.

De nv Atka werd in 1984 opgericht door Jean-Paul Dierckx. In 1986 vestigde het bedrijf zich op het industrieterrein in Londerzeel, in 1992 werd de productiecapaciteit verdubbeld. Maar vandaag is de capaciteit alweer te klein. Begin volgend jaar verhuist Atka naar de industriezone in Puurs, de investering bedraagt 130 miljoen. Het aantal werknemers zal stijgen van 25 naar 40. De omzet klom in die twaalf jaar naar één miljard frank. “Hard werken, dat is de reden. Ik denk niet dat daar geheimen voor bestaan,” verklaart general manager Jean-Paul Dierckx. “Wij hebben een zeer lichte kostenstructuur. Wij werken met negen mensen voor het kader, de administratie en de verkoop. Door onze doorgedreven informatisering kan ik op elk ogenblik van de dag kijken waar het bedrijf staat op het vlak van rendement. Dat leidt tot een voortdurende aanpassing van de organisatie. Er gaat geen week voorbij, zonder dat een onderdeel van het bedrijf in vraag wordt gesteld”.

Atka is gespecialiseerd in de verwerking van diepgevroren zeevruchten. Die worden bijna uitsluitend ingevoerd uit Zuidoost-Azië : Birma, China, Indonesië, Pakistan, Vietnam. 60 % van de productie betreft garnaalachtigen : van scampi’s, over gamba’s, tot gepelde Aziatische garnalen. De 40 % andere producten zijn een mengeling van zeevruchten, inktvissen, sint-jacobsvruchten of kikkerbillen. Slechts een minieme fractie wordt ingevoerd uit een ander continent. “Onze wilde zalm komt uit Alaska. Dat willen we behouden, omdat we daarmee zijn gestart. De zalm komt van Atka, een eilandje in de Beringzee in Alaska. We waren op zoek naar een naam voor ons bedrijf en vonden Atka een sympathieke naam.”

STERKE FRANK.

De markt van Atka is heel Europa. Volumes halen met de bereide diepgevroren producten, zo luidt het eerste objectief. Want de firma levert enkel aan grootwarenhuizen ( F1 en F2), grossiers en de grootdistributie. 50 % gebeurt onder de eigen merknaam Atka, 50 % onder private labels. Eén vijfde van de productie verdwijnt als halffabrikaat naar voedingsindustriëlen, voornamelijk in Duitsland en Frankrijk. Vijf jaar geleden bedroeg de export 20 %, in 1997 klimt hij naar 55 %. “De Belgische industrieel kan niet meer leven van de Belgische markt alleen. Dat is uitgesloten. En vermits de marges dalen, moeten wij naar volume.”

Merkwaardig daarbij is het feit dat, naast Duitsland, Italië tot de sterkste groeiers behoort. “Natuurlijk verkopen wij op de Italiaanse markt in Belgische franken,” lacht Jean-Paul Dierckx schamper. “Maar we blijven er groeien dankzij onze partenariaten. Wij maken op maat gesneden producten en denken met onze klanten op lange termijn. Niet enkel de prijs is dus bepalend.” Atka bouwt in versneld tempo eigen kantoren uit in het buitenland. Parijs, Bologna, het Duitse Kehl hebben hun stek, Groot-Brittannië volgt weldra.

Inspelen op de lokale behoeften blijkt immers een noodzaak. “Een Italiaan wil een vuurrode gekookte garnaal, een Duitser een lichtroze gekookte. De Spanjaard lust de garnaal rauw.”

De buitenlandse filialen, 100 %-dochters, zijn specifieke verkoopkantoren, die sleutelen aan de partenariaten. De facturering en distributie gebeuren vanuit Londerzeel.

ACHILLESPEES.

Jean-Paul Dierickx stamt uit een familie van zeevruchtenbewerkers. Zijn ouders stichtten in 1943 Olma, gespecialiseerd in vissalades. Tot 1984 leidt hij mee de zaak, en start dan Atka. Samen met Lucien Wijnsberghe is Dierckx de enige aandeelhouder. Vier maanden per jaar vertoeft hij in Zuidoost-Azië, om er zelf te waken over de kwaliteit van de aangeboden zeewaar. “Als ik te lang in Azië zit, wil ik er niet meer weg. Europa is zo supergereglementeerd. Soms vraag ik me af of we als ondernemer niet op de verkeerde plaats zitten.” Al bedreigt de snelle groei in Azië op termijn Atka’s activiteiten. Want door de stijgende consumptie worden zeevruchten schaars. China voert dit jaar voor het eerst 150.000 ton zeevruchten in, om aan de stijgende vraag te voldoen. In 1995 bedroeg de export nog 600.000 ton.

WOR

JEAN-PAUL DIERCKX (ATKA) Snel groeiende export naar Italië ondanks sterke frank.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content