Fusie Euronext zal leiden tot méér concurrentie

Dirk Van Thuyne Freelance journalist

De Belgische genoteerde bedrijven hoeven niet meteen te vrezen dat de consolidatie van de beurzen zal leiden tot monopolistische toestanden. Ze vrezen wel dat een fusie Euronext-NYSE zal leiden tot strengere regels en minder visibiliteit.

K nipoogjes en liefdesbrieven vliegen te- genwoordig door de lucht in het door- gaans grijze beurswereldje. Tot voor kort had topvrouw Clara Furse van de London Stock Exchange (LSE) bijna aan elke vinger een aanbidder. Met een heel voorzichtig aanbod opende Deutsche Börse anderhalf jaar geleden de jacht en sindsdien lonkten ook Euronext, Macquarie Bank en Nasdaq naar LSE. Nasdaq lijkt het laken intussen naar zich toe te hebben getrokken, want de schermenbeurs kocht een belang in LSE van goed 25 %.

Het valt op hoe weinig kieskeurig de verschillende huwbare kandidaten zijn, want nu richt Deutsche Börse zijn avances op Euronext. Was de pan-Europese fusiebeurs tot voor kort nog zelf op jacht, nu is ze een prooi geworden. Op de algemene vergadering van vorige week liep Deutsche Börse echter een blauwtje. Directievoorzitter Jean-François Théodore van Euronext liet nadrukkelijk zijn voorkeur blijken voor het bod van concurrent New York Stock Exchange (NYSE). Ook de beurs van Milaan lijkt overigens happig om in het al goed gevulde huwelijksbootje te stappen.

De aandeelhouders van Euronext hebben echter het laatste woord en die zitten al likkebaardend uit te kijken naar een biedoorlog tussen Deutsche Börse en NYSE. Jean Peterbroeck (zie blz. 130), voorzitter van Petercam en samen met André Dirckx de enige Belgische vertegenwoordiger in de raad van bestuur van Euronext, betreurt de machtsgreep van de hedge funds. “Het drama van Euronext is dat het zijn vaste aandeelhouder- schap heeft verloren. Als gevolg van de beursmalaise van een paar jaar geleden hebben veel beurshuizen hun Euronextaandelen verkocht aan institutionele beleggers en die hebben natuurlijk andere belangen.” Ter Beketopman Luc De Bruyckere deelt dat standpunt. “Beurzen zouden zich niet moeten gedragen als privébedrijven. Ik verkies een overheidsinitiatief, maar daarvoor is het nu helaas te laat.”

Twee machtsblokken

De mondialisering is echter niet tegen te houden. Het lijkt er dus steeds meer op dat Europa afstevent op twee sterke machtsblokken: Euronext-NYSE en LSE-Nasdaq. Hoe minder partijen, hoe minder onderlinge concurrentie, zou je denken. Maar niets is minder waar volgens Guy Van Eechaute, algemeen directeur van KBC Securities.

“Een paar zeldzame uitzonderingen niet te na gesproken noteren alle Belgische bedrijven op Euronext Brussel. De facto heeft elke beurs dus een nationaal monopolie,” zegt hij. “Wanneer er zich nu twee of drie grotere blokken gaan vormen, zullen die veel agressiever proberen om de andere markten te penetreren. Dat zal de concurrentie ten goede komen.” Als derde blok doelt Van Eechaute op Deutsche Börse, dat voorlopig verweesd dreigt achter te blijven.

Hoewel de Belgische genoteerde bedrijven niet meteen schrik hoeven te hebben van monopolistische trekjes in het enger wordende beurslandschap, houdt consolidatie van de beurzen nog andere risico’s in. De reden waarom NYSE plots zo duidelijk lonkt naar Europa, heeft niet alleen te maken met de derivatenhandel die op Euronext bloeit. De schandalen à la Enron en WorldCom hebben er ook iets mee te maken. Als gevolg daarvan moeten de in Amerika genoteerde bedrijven nu zeer strikte regels volgen, wat heel wat beursrijpe bedrijven alsnog de zin ontneemt om een notering aan te vragen. Al spreekt het bod dat formeel tegen, toch vrezen heel wat Belgische genoteerde bedrijven dat die Amerikaanse regelneverij in geval van een fusie zou kunnen overwaaien naar Europa. Op zich kan niemand iets tegen een strenge wetgeving hebben, maar de kosten die daaruit voortvloeien, zouden de kleinere waarden wel eens boven hun petje kunnen groeien.

Een ander nadeel is dat onze bedrijven dreigen te verdrinken in een steeds groter wordende visvijver. De totale marktkapitalisatie van de fusiebeurs Euronext-NYSE zal bijna 20.000 miljard euro bedragen. Nog niet zo heel lang geleden dreigden bedrijven als Barco en Bekaert bij gebrek aan liquiditeit al uit de Bel20 te vliegen en insiders vragen zich zelfs nadrukkelijk af of de Bel20 op zich nog bestaansrecht heeft. “Voor de Belgische top tien zie ik weinig problemen. Wellicht kunnen die zelfs een klein voordeel halen uit de grotere Angelsaksische aandacht die de fusiebeurs ongetwijfeld zal krijgen. Maar voor waarden als Barco en Bekaert ligt dat al wat anders. Al doet Euronext zijn uiterste best om het lokale gelaat te behouden door bijvoorbeeld aparte roadshows en nationale indices te promoten,” meent Guy Van Eechaute. Op de jaarvergadering liet men bij Euronext alvast nadrukkelijk verstaan dat het blijft zweren bij een confederaal model met lokale toegangspoorten.

Het fusieplan van Euronext en NYSE voorziet in een gigantische synergie van 293 miljoen euro. Maar de ervaring leert dat het wel een paar jaren kan duren voordat die gerealiseerd wordt. Bij Euronext zelf duurde het bijvoorbeeld vier jaar om de systemen in elkaar te schuiven. De particuliere belegger hoeft dus niet meteen te rekenen op algemeen lagere tarieven. Al zal de toegang tot de Amerikaanse beurs in een fusiescenario wellicht goedkoper worden.

Op onze website vindt u het artikel ‘De groeistuipen van Euronext’ (Trends, 20 januari 2005) met de enquête: ‘Wat denken Belgische bedrijven over Euronext?’

Dirk Van Thuyne

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content