Fluitend door het park

Sommige managers houden van dure auto’s, andere mannen zweren bij horloges, zeilboten of golf. Maar de West-Vlaamse ondernemer Kris Carrein houdt het bij exotische vogels. Zijn passie is zo groot dat hij enkele maanden geleden het grootste vogelpark ter wereld kocht. “Vogels zouden moeten behoren tot het werelderfgoed.”

Al enkele maanden vindt de West-Vlaamse ondernemer Kris Carrein de weg naar het Noord-Duitse Walsrode zonder assistentie van zijn gps-toestel. In maart 2009 legde hij met steun van medevennoot Geert Vermeersch de hand op het Vogelpark Walsrode, dat zichzelf verkoopt met de slogan ‘ Grösster Vogelpark der Welt‘.

Carrein, een ondernemer pur sang, loopt graag achter zijn dromen aan. Hij is mede-eigenaar en zaakvoerder van het grootste tuincentrum van België (Floralux in Dadizele) en werkdagen van zestien uur zijn geen uitzondering. Bloemen en planten zijn dagelijkse kost en als er vrije tijd over is, gaat alle aandacht naar vogels. “Het is een passie die ik van kindsbeen koester”, vertelt Carrein. “Als jong broekje zat ik voortdurend te snuisteren in boeken over exotische vogels. Voor mijn verjaardag of onder de kerstboom konden ze me maar met één iets plezier doen.” Carrein legt zich vooral toe op kraanvogels en hokko’s, grote, sierlijke, op een fazant lijkende hoendervogels die in Zuid- en Midden-Amerika voorkomen. Hij is lid van de Stichting CBCC voor hokko’s en kraanvogels, die wereldwijd wordt erkend als het enige expertisecentrum ter zake. Omdat deze vogels met uitsterven bedreigd zijn, heeft de stichting in het Limburgse Zutendaal een kweekcentrum opgericht. Doel is om later weer hokko’s in de natuur uit te zetten. Carrein: “Als het over hokko’s en kraanvogels gaat, zijn de Belgen de experts. Vorig jaar nam ik namens de stichting deel aan een conferentie in Kazachstan, volgend jaar komen we samen in Pakistan.”

650 verschillende soorten

In het verbluffende vogelpark van het Duitse Walsrode mag Carrein de sleutels opeisen. Voor dag en dauw loodst hij ons het 36 hectare grote natuurparadijs binnen en opent met een weddenschap. “Voor elk vuiltje dat je op de grond aantreft, geef ik je 1 euro. Wie van vogels houdt, moet namelijk zorgen voor een onberispelijke omgeving.”

De informele toer start en Carrein dweept met de Franse film Les oiseaux migrateurs, een natuurprent uit 2003 die de trek van vogels over de hele wereld grandioos in beeld bracht. De wandeling door het park brengt ons langs weelderige bloemenpartijen en ontelbare kooien. Meer dan 4000 vogels en ruim 650 verschillende soorten hebben hier een thuis.

Eén iets willen we meteen weten: zijn vogels wel gelukkig in een afgesloten ruimte achter draad? “Je kan zo’n grote vogelkooi nog het best vergelijken met een luxehotel”, pareert Carrein. “Stress kennen de dieren hier niet: ze hoeven niet zelf op zoek te gaan naar voedsel en worden hier ook niet naar het leven gestaan. In de vrije natuur ligt dat wel anders. Vogels die ziek worden in de natuur zijn binnen de kortste keren ten dode opgeschreven. Hier worden ze verzorgd en zelfs behoed voor kwalen.”

Doel: 1 miljoen bezoekers

We zetten onze tocht door het park voort; rond 10.00 uur melden zich de eerste bezoekers. In Vogelpark Walsrode komen zich jaarlijks 300.000 mensen vergapen aan de combinatie van groen en dieren. “We willen verder investeren in dit park”, zegt de West-Vlaamse ondernemer. “De vorige eigenaars hebben dat onvoldoende gedaan, maar ze hadden dan ook niet dezelfde passie als ik. Op korte termijn moet het haalbaar zijn om 500.000 bezoekers naar hier te lokken. Op lange termijn denken we zelfs aan 1 miljoen – zoals het in de jaren tachtig ooit is geweest. Walsrode wordt nu weer winstgevend, dus is er plaats om meer te doen in het belang van de bezoekers en de parkbewoners.”

Terwijl kleurig geverderde hyacint-ara’s uit Zuid-Amerika een auditief en visueel spektakelstuk opvoeren, polsen we de ondernemer of er ook geld te verdienen valt met de handel in vogels? “Vanzelfsprekend bestaat er een handel in papegaaien, maar ik vertik het daaraan mee te doen”, zegt Carrein. “Vogels moet je koesteren, met vogels moet je geen geld proberen te verdienen zoals met aandelen op de beurs. Het zijn bijzonder kwetsbare dieren. In Walsrode wil ik het wetenschappelijk onderzoek stimuleren en ons kweekcentrum vooruithelpen. Nu al worden hier jaarlijks meer dan duizend jongen gekweekt. Vogels zouden wat mij betreft moeten behoren tot het werelderfgoed.”

Zonder hebzucht

Tegen de middag piept de zon door de wolken en Kris Carrein somt enkele namen op van vogels waar ik zelfs nog nooit van heb gehoord: kea’s, kookaburra’s of lachende hansen, witte spechten, secretarisvogels, shoebills, kagu’s en wat al niet meer.

In het Indonesische huis, dat met zijn hoge vochtigheidsgraad aanvoelt als een tropisch regenwoud, kijken we vertederd naar een tafereel waarbij een roul-roul het zand omwoelt op zoek naar wormen voor haar jongen. “Je vindt bij vogels zoveel terug dat ook bij mensen van toepassing is”, zegt Carrein. “Maar anders dan bij mensen bedriegen deze dieren je niet. Hebzucht is ze vreemd. Het enige wat ze willen, is overleven in hun natuurlijke habitat.”

Droom waargemaakt

Kris Carrein troont ons nog mee naar de backoffice van zijn vogelpark. De cijfers ogen indrukwekkend: 30 vogelverzorgers, en jaarlijks 44.000 kilogram fruit, 66.000 kilogram vis en 91.000 kilogram vlees die een weg vinden naar 4000 bekjes.

Als de rondgang er bijna op zit, stelt Kris Carrein ons voor aan de Nederlander Geer Scheres, de algemeen directeur van het park. “Geer is nog meer dan mij bezeten door vogels. Hij weet er alles van. Zonder hem was ik misschien nooit aan dit avontuur begonnen. Zijn expertise in de dagelijkse leiding is onbetaalbaar en we hebben een beetje elkaars droom waargemaakt. Mooier kan toch niet?”

Door Karel Cambien

“Vogels moet je koesteren, met vogels moet je geen geld proberen te verdienen zoals met aandelen op de beurs.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content