Flirten met een koi

In de Lage Landen noemt men hem de keizer der vijvervissen. Over heel de wereld staat hij geboekstaafd als het levend juweel. Steeds meer liefhebbers geraken in de ban van de nishikigoi, kortweg koi of Japanse sierkarper. Nochtans kost zo’n prachtvis een fortuin. Of is dat een van de hardnekkige mythen die de fascinatie nog opdrijven ?

TEKST : LUC DE DECKER / FOTO’S : ERIK TANGHE

De mythe van de onbetaalbare nishikigoi brengt opvallend goed georganiseerde benden op onoirbare ideeën en maakt de eigenaars ontzettend argwanend. Die houding laat sporen na als je aanklopt met de mededeling een reportage voor te bereiden. Bij menig liefhebber mochten we weliswaar een kijkje nemen in de vaak feeërieke tuinen met diepe koivijvers. Niet zelden kregen we ook nog een oeverloze uitleg over de sprookjesachtige vissen, over de eigenschappen van een passende Japanse tuin en vooral over gecompliceerde filtersystemen. Maar vraag die koifanaten niet hun naam te laten vermelden. Op de duur waan je je in een samenzwering.

Edwig Boeykens, de Belgische koipionier par excellence en secretaris van De Vlaamse Koi- en Vijvervrienden, schrijft de angst toe aan flagrant verkeerde berichtgeving en sensatiezucht : “Onlangs las ik in een Vlaams dagblad dat zichzelf erg au sérieux neemt, dat er in het Brusselse een aantal koi ter waarde van een miljoen frank gestolen waren. Ik ken de slachtoffers. Ze hebben me verzekerd dat hun hele vissenverzameling en hun installatie sámen nog diep onder dat bedrag zaten.”

Maar ook Boeykens bevestigt de duizelingwekkend hoge bedragen die sommige gefortuneerde fanaten neertellen voor een bepaalde koi. Een paar honderdduizenden frank tot meer dan een miljoen zijn lang geen unicum. Het record bedraagt zo’n slordige 25 miljoen frank. Voor één vis. Die leuke cheques worden uitgeschreven voor de winnaars van de schoonheidswedstrijden die hoofdzakelijk in Japan hoog aanzien genieten. “In België vind je zulke dure exemplaren niet,” verklaart Boeykens, gedecideerd. De meeste koi die hier rondzwemmen, kosten zowat 1000 frank, met al eens een uitschieter tot boven de 10.000. De prijs wordt enkel opgedreven als het kleur- en schubpatroon perfect symmetrisch zijn of bepaalde structuren vormen. Met een tikkeltje geluk en (jaren) geduld kan u overigens met een eigen kweek naar die geprijsde harmonie streven (al slagen voorlopig geen Belgen erin vlot koi te kweken).

De bonte nishikigoi

is niet zomaar een natuurproduct. Pas midden vorige eeuw werden de eerste exemplaren opgemerkt. Bij kruisingen van karpers voor de voedingsmarkt werd een gekleurde mutant ontdekt. Met spreekwoordelijk Japans geduld en een haast bovenmenselijke zin voor precisie werden de vele soorten sierkarpers gekweekt. De mens hielp de natuur een handje.

De gewone koi of karper maakte geschiedenis in het voormalige Perzië en China. Filosoof Confucius kreeg van de koning een koi als geschenk bij de geboorte van zijn eerste zoon. De vis kreeg steevast mythische eigenschappen toegedicht. Meestal wordt hij geassocieerd met kracht, wat hij te danken had aan zijn behendigheid om zelfs tegen een waterval op te zwemmen. Na zo’n huzarenstuk ontpopte hij zich overigens wel eens in een draak, zo leert de oosterse mondelinge overlevering.

De hedendaagse sierkarper staat dan weer symbool voor vriendschap. Tevens fungeert hij graag als levend vredesteken. De liefde is ook nooit veraf. Dat minzame verbaast niets voor wie de vis heeft zien reageren. Als het baasje op de oever verschijnt, zwemt de koi gezwind naar de oppervlakte en laat zich behaagziek aaien en voederen. De koi flirt tot het hart van de omstaander smelt.

Het doet wat vreemd aan : menig gehaaide zakenman of hard labeurende ondernemer laat zich op de rotsoever of het sierlijke boogbruggetje vertederen door enkele kokette koi. “Je geraakt er onvermijdelijk aan gehecht,” geeft Boeykens toe. Lange jaren sloofde hij zich dag en nacht uit in zijn succesvol restaurant in de Antwerpse havenzone. Een tijdje geleden verkocht hij zijn zaak en startte zijn vrouw een eigen koerierbedrijf op. Sindsdien spitst hij zich toe op het houden en bestuderen van koi. Momenteel werkt hij druk aan het eerste Nederlandstalige boek over nishikigoi, geeft voorlichting als secretaris van de Koivrienden en is medeorganisator van de nog zeer zeldzame koishows op Belgische bodem.

Af en toe reist Boeykens naar het Japanse Niigata-gebergte, de bakermat van de koi. De sensuele sierkarpers worden er gekweekt in de vijvers die de rijstvelden bevloeien. Vervolgens worden ze gekoesterd in vergaarcentra’s in de bergdorpen, die haast uitsluitend van de koikweek en -veredeling leven.

Het waarom

blijft moeilijk te beantwoorden. Tien jaar geleden kocht restaurantuitbater Boeykens een eerste koi. “Er was hoegenaamd niets over gekend in België. Van een vereniging was geen sprake. Zelfs verkooppunten ontbraken. Ik heb dan ook alles met vallen en opstaan moeten leren. De eerste ingreep was alle planten uit mijn vijver verwijderen. De koi rukken alle groen los. Als ze het al niet doen, worden ze bedreigd door de parasieten die met de flora in het water geraken. Het grote probleem is de waterkwaliteit,” legt Boeykens uit. “Zelfs het leidingwater is niet goed genoeg voor de koi. We filteren er eerst de chloor en zware metalen uit.”

“Een koi groeit tot tien centimeter per jaar. Sommige soorten worden tot een meter en groter. Ze hebben dus heel wat oppervlakte en een behoorlijke diepte nodig (1,2 meter is een absoluut minimum). Vergeet ook niet dat ze graag met soortgenoten zwemmen, al hebben ze geen leider. Door hun grote hoeveelheden ontlasting, bevuilen ze al gauw het water. Zo vergiftigen ze hun vijverbiotoop. Alleen een uitstekende filterinstallatie biedt hulp. Anders zijn de dieren binnen de kortste keren dood. Als ik een gouden raad mag geven : investeer meteen in een goede filter. Dat kost even, maar anders moet je verschillende malen een nieuwe plaatsen en zal het je ettelijke keren meer kosten. Voor een volledige filterinstallatie voor een vijver van 30.000 liter moet je rekenen op 100.000 frank.”

“Omdat niemand in België me kon helpen, ging ik op verkenning in Engeland,” vertelt Boeykens. “Ik kon twee specialisten overhalen om hier samen met mij drie vijvers aan te leggen. Daarnaast heb ik een hospitaaltank, waar ik zieke vissen afzonder of nieuwelingen observeer.”

Rond de vijvers legde Boeykens een Japanse tuin aan. De pinus en dwergbomen ontbreken niet in de omgeving die gedomineerd wordt door een hoge rotspartij met waterval. Bamboe, koord en raffia vormen de afsluitingen.

Het landschap

ademt rust en sereniteit uit. Bij het klateren van de waterval vervagen alle andere geluiden en vermoed je zo in een boeddhistische tempel te kunnen binnenstappen.

Rik Hellemans, die na zijn jarenlange ervaring als fysiotherapeut naar China trok om er acupunctuur en kruidengeneeskunde te studeren, noemt een koivijver in een strakke oosterse tuin een oase van rust. Bij zijn Antwerpse bedrijven Biomed (een distributeur van geneeskrachtige kruiden) en Mitra Communications (grafische vormgeving en videoproducties) worden momenteel een nieuwe tuin met koivijvers aangelegd. Hellemans roemt het esthetische genot van zowel de tuin als de vissen, alsook hun stress verjagende uitstraling. “Om de wedstrijden is het me hoegenaamd niet te doen,” aldus Hellemans, die wel toegeeft geïntrigeerd te zijn door de met onnoemelijk geduld en zin voor harmonie gecultiveerde kruisingen.

Een Japans gezegde wijst erop dat een koi-houder begint met een kohaku (een witte koi met rode vlekken) en ermee eindigt. Tussendoor val je voor de veelkleurige soorten. Als je wijs en ervaren genoeg ben, leer je echter opnieuw houden van de sobere kohaku. Het gaat om een appreciatie die je niet met onervaren ogen kan zien, om subtiliteiten en harmonie. Herkennen we daar niet hetzelfde Japanse gevoel voor finesse, dat ook tot uiting komt in het kweken van bonsai ? Gedrevenheid en onthechting gaan er hand in hand, al gaat die indruk wel snel verloren als de omzetcijfers van de belangrijke kwekers en dealers ter sprake komen.

Tien jaar geleden

was een nishikigoi een grote zeldzaamheid, vandaag telt de nog niet eens drie jaar jonge Vlaamse koi-vereniging al meer dan 1200 leden. Daarnaast is ook nog de Belgian Nishikigoi & Pond Association actief. De groots opgezette koi-show begin mei in het provinciaal domein van Huizingen lokte meer dan 30.000 toeschouwers in een weekend. De belangstelling groeit zienderogen. De commerciële initiatieven schieten dan ook als paddestoelen uit vochtige grond. Iedere vijverspecialist die zichzelf een beetje respecteert, afficheert vandaag koi. De echte liefhebbers zien die tendens eerder als een dreiging dan een zegen. Zo vertrouwde een expert ons toe : “Vele tuincentra en handelaars nemen er de koi zomaar bij. Dat kan nu net niet. Als je goede koi wil verkopen, moet je geregeld zelf naar Japan. Bovendien moet je veel voorlichting geven. Anders gaan die prachtbeesten snel dood. Je hebt nu vele beunhazen die geld geroken hebben en koi op de markt werpen zonder er ook maar iets van te kennen.”

In Ekeren bezochten we De Hof-Leverancier. Zaakvoerder Luc Deprez, een tuinarchitect die zich liet verleiden door koi, beaamt het aparte karakter van de koihandel. In zijn tuincentrum verkoopt hij alles wat de groene hobbyist begeert, maar voor de sierkarpers reserveerde hij een aparte ruimte. Hij had er reizen naar Japan voor over om zich bij te scholen en zijn weg te vinden in de koihandel, ook wel koi-jacht genoemd. Dit voorjaar breidde hij de dienstverlening uit met een primeur voor ons land : de Hof-Leverancier opende een hospitaal voor vissen. “Dat kon omdat we een dierenarts leerden kennen die zich specialiseerde in vis. Zo’n man doet dat uit liefde, want vis wordt schromelijk verwaarloosd tijdens de opleiding.” Deprez voegt er wel aan toe dat niet alle vissen aanvaard worden : “Sommigen wachten tot een vis in doodstrijd is voor ze ermee naar hier komen. Mirakels kunnen we echter niet garanderen.”

Het wereldwijde succes heeft ook andere kwekers op ideeën gebracht. Toch blijft het aanbod buiten Japan nog vrij beperkt. Alleen enkele Israëlische kibboets slaagden er tot dusver in een flink deel van deze lucratieve groeimarkt te veroveren. In liefhebberskringen veroorzaakt het doorgaans (veel) goedkopere Israëlische aanbod enige animositeit. De Fundo’s dulden enkel nishikigoi van Japanse oorsprong, Realo’s wijzen op de democratischer en steeds verfijnder Israëlische koi.

Een goed verzorgde koi

haalt hetzelfde leeftijdsgemiddelde als de mens. “Maar er is ook een koi van 207 jaar gekend,” aldus Boeykens. De meeste soorten worden 40 tot 50 cm lang. Jumbo’s worden 75 cm tot 1,10 meter. Sommige exemplaren wegen dan ook meer dan 30 kg en eten behoorlijk veel.

“Ze eten zowat alles,” weet Boeykens. “Ze lusten zowel vlees als een banaan, salade als een sinaasappel.” Toch verkiest hij het speciale koivoedsel dat in droogkorrels geserveerd wordt. “Voeder echter alleen als ze echt willen eten en in niet te grote hoeveelheden. Een koi heeft immers geen maag, wel lange darmen,” waarschuwt de expert. Af en toe gunt hij zijn lievelingen iets extra’s. Vooral op garnalen zijn ze tuk.

Info : vzw Vlaamse Koi- en Vijvervrienden, Paul Gilsonstraat 11, 8200 Sint-Andries-Brugge. Tel : (050) 31.55.31. Of via de speciale on line fax : (03) 664.89.97.

Met Japans geduld en een haast bovenmenselijke zin voor precisie worden de vele soorten sierkarpers gekweekt. De mens helpt de natuur een handje.

Een koi laat zich aaien en voederen. Hij flirt tot het hart van de omstaander smelt.

Kokette koi : gefortuneerde fanaten tellen er duizelingwekkende bedragen voor neer.

Edwig Boeykens, Belgische koipionier : Het grote probleem is de waterkwaliteit.

Luc Deprez in zijn vishospitaal : Mirakels kunnen we niet garanderen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content