Federale regering activeert Brusselse werklozen

De federale regering maakt 20 miljoen euro vrij voor de activering van werklozen. Een groot deel daarvan gaat naar Brussel. Daarnaast pompt de Brusselse regering zelf extra geld in de begeleiding van schoolverlaters, al zitten coalitiepartners cdH en PS niet op dezelfde golflengte.

In februari telde het Brussels Gewest meer dan 100.000 werklozen. 21,2 procent van de Brusselse beroepsbevolking zit zonder job. De jongerenwerkloosheid loopt op tot meer dan 30 procent en in sommige gemeenten zelfs 40 procent. Een absoluut dieptepunt. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de 20 miljoen euro extra die de federale regering wil besteden aan een betere activering van werkzoekenden vooral naar Brussel gaat. En vanaf juni start de Brusselse arbeidsbemiddelingsdienst Actiris met de begeleiding van 8000 schoolverlaters. Daarvoor maakt het Brussels Gewest 3 miljoen euro vrij en worden 50 extra arbeidsconsulenten aangetrokken.

Maar de Brusselse politici zijn het niet altijd eens over hoe die activering concreet gestalte moet krijgen. De voorbije maanden werd er binnen de Brusselse regering een stevig robbertje gevochten tussen regeringspartijen cdH en PS. De Brusselse minister van Werk, Benoît Cerexhe (cdH), wil vanaf juni het contract voor beroepsproject (CBP) verplicht maken voor alle jonge werklozen (-25 jaar).

Een arbeidsconsulent stelt in dat geval met de werkloze een stappenplan op om een baan te vinden. Jonge werklozen zijn tot nu toe vrij om in zo’n project te stappen. Volgens Cerexhe is dat door de hoge jongerenwerkloosheid in Brussel niet langer houdbaar. Wie in juni of september afstudeert en werkloos is, moet een contract voor een beroepsproject afsluiten, zoniet wordt het dossier doorgespeeld aan de RVA en dreigt de jongere zijn werkloosheidsvergoeding kwijt te raken.

Coalitiepartner PS is een koele minnaar van de plannen van Cerexhe. Nochtans maakt het verplichte CBP deel uit van het Brussels regeerakkoord. De PS hanteert in haar kritiek het klassieke argument dat het in economische tijden niet aangewezen is om jonge werklozen onder druk te zetten. De Brusselse staatssecretaris Emir Kir (PS) geeft ook financiële redenen waarom het CBP niet zomaar verplicht kan worden gemaakt. Veel werkloze jongeren hebben extra vorming nodig.

Meer dan 90 procent van de Brusselse werklozen kent geen Nederlands. Om in Brussel te voorzien in extra opleiding is volgens Kir 6 miljoen euro nodig, een budget dat niet voorhanden is. Opleiding is een gemeenschapsbevoegdheid en is in het Brussels Gewest onder andere een taak voor de Cocof, de Franstalige gemeenschapscommissie.

Cerexhe houdt voet bij stuk. Het CBP moet verplicht worden gemaakt. Wie zo’n traject volgt heeft 22 procent meer kans om uit de werkloosheid te raken, zo benadrukt de Brusselse minister van Werk. Hij wijst op de discrepantie tussen de hoge werkloosheidsgraad in Brussel en de vele openstaande vacatures in de rand en ook in het Brussels Gewest zelf. Bedrijven in de rand, bijvoorbeeld Zaventem met jobs in de logistieke sector, en de Brusselse horeca smeken om arbeidskrachten. Alleen al op de jobbeurs op Brussel Airport eind maart waren er 1000 openstaande vacatures. En één op de drie Brusselse kmo’s heeft een of meer openstaande vacatures.

Cerexhe heeft van de verplichte werklozenbegeleiding een van zijn grote doelstellingen gemaakt. Tot een clash over dit dossier komt het wellicht niet. Het PS-argument dat er geen geld is werd vorige week ontkracht door de adjunct-kabinetschef van Cerexhe. De budgettaire middelen die de federale regering heeft vrijgemaakt voor activering laten financieel toe om het CBP verplicht te maken. Of hoe federaal geld de spanningen in de Brusselse regering moet smeren.

A.M.

Meer dan 90 procent van de Brusselse werklozen kent geen Nederlands.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content