“Europa onderschat de effecten op onze economie”

‘Derde wereldoorlog’, ‘economisch terrorisme’, ‘depressie’… Bij veel mensen zit de schrik voor de gevolgen van de terreur in de VS er goed in. Trends vroeg aan een trio van wijze mannen hoe we de economische repercussies van de ramp moeten inschatten.

ERIC BUYST (KU LEUVEN). “Ik wil waarschuwen voor overdreven pessimisme. Ook naar aanleiding van bijvoorbeeld de Cuba-crisis in 1962 en de moord op John F. Kennedy in 1963 ontstond er een politieke crisis die heel wat tumult veroorzaakte. Toch bleef in al die gevallen de impact op de economie alles bij elkaar beperkt. Belangrijker zijn conflicten met directe economische gevolgen, bijvoorbeeld op de olieprijzen. Ik denk in dit verband aan de Jom Kippoer-oorlog van 1973 en de Golfoorlog van 1990-1991. Er kwam toen wel een recessie, maar zeker geen instorting van het systeem. En dat terwijl de wereld tijdens de Golfoorlog ruim een halfjaar in grote onzekerheid leefde over hoe de zaken militair en politiek verder zouden evolueren.

“Ook nu gaan we mijns inziens zeker niet af op een depressie. De meest gangbare definitie daarvan is twee opeenvolgende jaren met een krimpend reëel bruto binnenlands procuct. Om dat wereldwijd mee te maken, moet het financiële systeem en het internationale handelsverkeer in elkaar storten. Dat is niet meer gebeurd sinds de jaren dertig en ik zie dat ook nu niet gebeuren.”

Maar vallen de terreurdaden economisch gezien niet op een slecht moment?

GEERT NOELS (PETERCAM). “Precies. Ik maak mij ongerust over de economische gevolgen, niet zozeer van de crisis zelf als wel van de timing. Vóór 11 september bevond de Amerikaanse economie zich op de rand van een recessie. De terroristen gaan de schuld krijgen van de recessie, terwijl die zich al had geïnstalleerd. Bovendien deed zich voor het eerst sinds de olieschokken van 1973-74 en 1979-80 de voorbije maanden een gesynchroniseerde, wereldwijde vertraging voor. Daarin zit ‘m het grote verschil met de situatie tijdens de Golfoorlog. De laatste pijler de jongste maanden was de Amerikaanse consument die, laten we dat niet vergeten, 15,5% van de totale wereldeconomie uitmaakt. Het vertrouwen van de consumenten krijgt nu een opdoffer van formaat. Het is trouwens ook de eerste keer in de moderne geschiedenis dat men de financiële markten zo in hun hart treft. De aanslagen kunnen verregaande gevolgen hebben voor die financiële markten.”

BUYST. “Uiterst belangrijk is dat iedereen zich goed heeft kunnen voorbereiden. De centrale banken overal ter wereld staan klaar. Er is overleg op alle echelons geweest. De beschikbare knowhow wordt ten volle benut. Ook in dit opzicht bestaat er een interessante historische parallel. Tijdens de Golfoorlog ontrolde zich in de VS de savings and loan-crisis. Excessen in de vastgoedsector brachten heel wat financiële instellingen in grote problemen, net zoals nu technologie-excessen een gelijkaardige situatie creëren. Men heeft die crisis opgelost zonder dat de Golfoorlog tot een explosie van het systeem leidde.”

NOELS. “Er zijn op de financiële markten een aantal dingen die je zelfs met de beste brains en de meest degelijke voorbereiding niet in de hand hebt. Neem bijvoorbeeld de risicopremie, die al zeer hoog was en nu nog hoger zal gaan oplopen. Dat was tijdens de Golfoorlog zeker anders. Een hoge risicopremie kan tot een terugtrekkingseffect leiden dat louter technisch is.”

HERMAN DAEMS (GIMV). “Ik denk dat het vandaag zeer moeilijk is om de economische effecten in te schatten. De terreuraanslagen zijn een actie waar, laat daar geen twijfel over bestaan, een Amerikaanse tegenreactie op zal komen. Misschien is die er al tegen de tijd dat de lezers van dit blad deze tekst onder ogen krijgen. Ik kan me niet voorstellen dat de Amerikanen bij de planning van hun tegenzet niet nauwgezet proberen in te calculeren wat de economische gevolgen zullen zijn, zoals bijvoorbeeld op de olieprijzen en de financiële markten.

“Verder betwijfel ik of, puur economisch gezien, de timing echt wel zo slecht valt. Zoals Geert Noels correct aangeeft, vertraagde de groei al aanzienlijk vóór 11 september. Twaalf tot achttien maanden geleden zaten bijvoorbeeld de beurzen duidelijk in een periode waarin men niet goed wist welke kant het zou opgaan. Als zo’n ramp zich toen had voorgedaan, zou dat volgens mij tot een echte instorting van de koersen hebben geleid. Nu lag de beurstrend al duidelijk vast vóór de aanslagen. Bijna onvermijdelijk zal de conjuncturele teruggang nu wat langer aanhouden en allicht ook wat dieper gaan.”

NOELS. “Volledig akkoord. Wat mij wel opvalt, is het grote realisme van de Amerikanen. Ik kan mij niet van de indruk ontdoen dat Europa die onmiddellijke conjuncturele effecten aanzienlijk onderschat.”

De monetaire autoriteiten hebben intussen voor voldoende liquiditeit gezorgd. Volstaat die maatregel?

NOELS. “Neen, ik vind dat de Europese Centrale Bank er weer eens naast zit. Ten eerste kampt de Europese economie, net als de Amerikaanse, met een aantal problemen waarvoor lagere rentevoeten zeker geen kwaad kunnen. We beschikken over een beleidsruimte van pakweg 200 basispunten. Het lijkt me logisch en wenselijk om daar minstens 25 basispunten van te benutten. Ten tweede zou een rentedaling van de ECB voor de Amerikanen een belangrijk signaal zijn geweest om aan te geven dat we hier met een wereldwijd probleem te maken hebben. Ik vang uit de VS signalen op dat men bijzonder verbolgen is over de houding van de ECB. Voorzitter Wim Duisenberg zegt dat hij geen rentedaling heeft doorgevoerd om duidelijk te maken dat er geen paniek is. Dat is als een brandweerman die aankomt op de plaats des onheils en iedereen aanmaant tot kalmte. Vervolgens weigert hij water te gebruiken om niet de indruk te geven dat er inderdaad vuur is.”

BUYST. “Let op voor rentefetisjisme. Of de ECB nu de rente verlaagt of liquiditeiten in het systeem pompt, tot op zekere hoogte zijn dat substituten. Ik hoop dat de financiële markten zich niet gaan vastpinnen op rentepercentages, maar wel degelijk oog zullen hebben voor de aanzienlijke schepping van liquiditeiten. Bovendien zijn renteverlagingen geen wondermiddel. Ze werken met aanzienlijke vertraging in op de reële economie”.

NOELS. “Toch blijf ik erbij dat de ECB opnieuw een kans gemist heeft. Onderschat het psychologische effect van rentedalingen niet, zowel op consumenten als op producenten. Bovendien rekenen veel ondernemingen op lagere rentevoeten om hun aanpassing aan de nieuwe situatie zo vlot mogelijk te laten verlopen. Veel bedrijven staan op de rand van de afgrond. Je hoeft ze maar een duwtje te geven en ze tuimelen erin. Ook daar heeft de ECB weinig oog voor.”

DAEMS. “Ik merk dat de investeringsvraag wereldwijd sterk terugvalt. Dat heeft veel te maken met het fenomeen van de overinvesteringen van de jongste jaren, vooral in de technologiesectoren maar ook daarbuiten. Dat probleem los je niet gewoon op door de rentevoeten naar beneden te trekken. Hier moet een recessie haar uitzuiverende werk doen.

“De jongste jaren zijn er te veel bedrijven opgericht die op langere termijn nauwelijks leefbaar bleken. Die moeten eruit. Zo werkt ons economische systeem nu eenmaal en zo behoudt het op langere termijn zijn vitaliteit. In de opgaande fase heeft iedereen zijn kans. Eens de conjunctuur bekoelt, tellen we de overlevers”.

De huidige conjunctuurinzinking treft vooral de investeringssector. Heeft dat verregaande gevolgen voor de Belgische economie?

DAEMS. “Inderdaad. België telt nogal wat bedrijven die toeleveren aan de investeringssector. Die krijgen het dus extra moeilijk. Er rijzen plots nieuwe vragen. Beschikken we wel over een goede productmix? Zitten we wel op de juiste locatie of moeten we toch meer de blik richten naar bijvoorbeeld Oost-Europa?

“Consolidaties en fusies zullen snel weer aan de orde van de dag zijn. Ik zie nieuwe herstructureringen aankomen en die laten altijd hun sporen na. Je kan in de statistieken over het consumentenvertrouwen nog altijd het moment van de aankondiging van de sluiting van Renault in Vilvoorde terugvinden”.

NOELS. “Recessies zijn, als je het positief wil bekijken, altijd unieke kansen om diep na te denken en fundamentele keuzes te maken. Dat geldt voor ondernemingen, maar ook voor de overheid. Liggen er voor haar geen opportuniteiten in bijvoorbeeld milieutechnologie en energie? Moet zij zich niet beter positioneren in veiligheid, databanken, back-upsystemen, draadloze toestanden en zo meer?”

BUYST. “De druk op de overheid om overal wat bij te springen met subsidies en alle mogelijke varianten daarop zou wel eens zeer groot kunnen worden. Dat zou uiteraard de publieke financiën niet ten goede komen, maar ook het noodzakelijke proces van creatieve destructie in de wielen rijden.

“Ik ben er niet zo gerust in dat de politici op dit punt voldoende sterk in hun schoenen staan om het been stijf te houden. De overheid moet niet méér doen, ze moet op een andere manier gaan werken. Zo zal ze zich meer moeten bezighouden met het aanzwengelen van de concurrentie in een aantal sectoren.”

DAEMS. “Wat ontsporingen in de uitgaven betreft, denk ik dat de politici hun lesje wel hebben geleerd. Zolang Europa de subsidies rigoureus blijft controleren en misbruiken blijft sanctioneren, ben ik weinig bevreesd voor wantoestanden zoals we die in het verleden gekend hebben.”

Heeft de crisis gevolgen voor de introductie van de euro? Komt het Pact voor Stabiliteit en Groei nu in gevaar?

BUYST. “Het stabiliteitspact zelf bevat al belangrijke beveiligingsmechanismen. Als het reële bruto binnenlands product met meer dan 2% daalt, vervallen de budgettaire normen automatisch. Uiteraard kan men zo’n daling pas echt achteraf vaststellen. Verdere afwijkingen van wat voorzien is in het pact moeten toch heel zorgvuldig worden overwogen.”

DAEMS. “Ik sluit me daar volmondig bij aan. Het economische systeem gaat nu al gebukt onder onzekerheden allerhande. Ik denk dat we ernaar moeten streven om zo min mogelijk bijkomende onzekerheden te introduceren. Hier beschikken de Amerikanen ten opzichte van Europa zeker over een belangrijk voordeel. Zij hoeven in crisismomenten niet te gaan discussiëren over hun politieke en monetaire systeem. De verantwoordelijkheden liggen ondubbelzinnig vast. Dat ligt anders in de Europese Unie. Vele dingen zijn nieuw en behoeven nog verdere fine-tuning. Daar begin je echter best niet aan in crisismomenten zoals deze.”

Zullen de gebeurtenissen van 11 september ook leiden tot structurele wijzigingen in de wereldeconomie?

DAEMS. “Ik zou durven stellen dat op 11 september 2001 de 21ste eeuw echt van start gegaan is. De tweede helft van de twintigste eeuw stond in het teken van meer openheid op alle gebied. Vooral de Amerikanen gaan die constellatie van ongebreidelde openheid nu zeer kritisch bekijken. Deze wending zal diepgaande effecten hebben op de organisatie en structuren van ondernemingen. Er staat volgens mij een echte decentralisatiegolf voor de deur. Bedrijven gaan doelbewust zich niet meer op één plek concentreren. Ondernemingen zullen zich genoodzaakt voelen om nog méér gefocust te gaan nadenken over hun hele doen en laten.”

BUYST. “Ik ga akkoord met Herman, maar merk op dat reeds voor de recente ramp een en ander in beweging was. Uiterst links ageert al lang tegen het vrije internationale kapitaalverkeer. Uiterst rechts bevecht de internationale mobiliteit van arbeid. Mijn prognose is dat die twee uitersten nu snel het middenveld gaan veroveren.

“Amerikanen zullen meer bescherming willen, maar ook Europeanen. Als achter die terreurdaden een goed gestructureerde organisatie zit, zullen ook Europese landen nu op de hitlist staan als gevolg van het Navo-besluit om solidair met Amerika te zijn.”

NOELS. “Een belangrijk structureel gevolg van de huidige crisis zou er ook in kunnen bestaan dat met name de Amerikanen hun waanzinnige transportsysteem gaan herbekijken. Dat is veel te veel op luchtvervoer georiënteerd is. Tien procent van de Amerikaanse olieconsumptie zit in de luchtvaart. Neem nu de verbinding Boston-New York. Dat is toch gesneden brood voor een TGV-verbinding die veiliger, efficiënter en goedkoper is.”

Welke structurele lessen moeten Belgische ondernemingen trekken?

DAEMS. “We moeten onszelf niets wijsmaken. We praten wel veel over het institutionele kapitalisme, maar de realiteit is dat grote pakketten aandelen van de midcap Vlaamse bedrijven worden aangehouden door, bij wijze van spreken, de tandartsen, apothekers en notarissen van dit land. Vooral bij die mensen is de onzekerheid na 11 september sterk toegenomen. Hun neiging tot verkopen verscherpt sterk. Bij de institutionelen bestaat er nagenoeg geen interesse voor dat papier en dus kelderen de koersen. Dat heeft verstrekkende gevolgen voor, bijvoorbeeld, de financiering van herstructureringen. De huidige crisis moet ons ertoe aanzetten om op de een of andere manier de kloof te dichten tussen het gigantisme van de institutionelen en het minuscule van ons Vlaams bedrijvenlandschap. Daarnaast gaan een aantal van onze bedrijven zich toch wel afvragen wat voor hen de echte toegevoegde waarde van een beursnotering kan zijn.”

Piet DepuydtJohan Van Overtveldt

Johan Van Overtveldt

“De overheid zal zich meer moeten bezighouden met het aanzwengelen van de concurrentie in een aantal sectoren.” [Eric Buyst, KU Leuven]

“Deze wending zal diepgaande effecten hebben op de organisatie en structuren van ondernemingen.” [Herman Daems, Gimv]

“Wim Duisenberg is als een brandweerman die iedereen aanmaant tot kalmte, maar weigert te blussen om niet de indruk te wekken dat er inderdaad vuur is.” [Geert Noels, Petercam]

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content