Eindeloopbaanplanning: wat te kiezen?

Nu België flirt met een recessie en het herstructureringen en ontslagen regent, gaat ook het woord ‘brugpensioen’ weer vlotjes over de lippen. Wat zijn de financiële consequenties?

Het conventioneel of voltijds brugpensioen kan worden omschreven als een regeling die bepaalde oudere werknemers in geval van ontslag de mogelijkheid biedt om, naast de werkloosheidsuitkering, te genieten van een aanvullende vergoeding die ten laste van de werkgever komt. Dit brugpensioenrecht vindt zijn oorsprong in de collectieve arbeidsovereenkomst (cao). Dat betekent dat bij het ontslag van een oudere werknemer moet worden nagegaan of er voor hem een collectieve arbeidsovereenkomst bestaat die een brugpensioen regelt.

Komt u in aanmerking?

De befaamde cao nr. 17 (gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 19 december 1974) somt de voorwaarden voor brugpensionering op:

Hoeveel krijgt u bruto?

Het bedrag van het brugpensioen bestaat uit twee componenten: een werkloosheidsuitkering en een aanvullende vergoeding die door de werkgever wordt betaald.

Hoeveel krijgt u netto?

Om het nettobrugpensioen te kennen, moeten van het brutobrugpensioen nog enkele bedragen worden afgehouden. Vooreerst een sociale inhouding van 3,5% op het totale brugpensioen (werkloosheidsvergoeding + aanvullende vergoeding), die aan de Rijksdienst voor Pensioenen wordt gestort. Daarenboven moet u nog een solidariteitsbijdrage van 1% betalen (eveneens op het volledige bedrag van het brugpensioen). Die inhouding werd bij Koninklijk Besluit verhoogd tot 3% voor werknemers waarvan het brugpensioen na 31 december 1996 inging. Deze beide inhoudingen samen mogen evenwel niet leiden tot een uitkering die lager ligt dan 976 euro of 39.388 frank voor een alleenstaande en 1176 euro of 47.444 frank voor een bruggepensioneerde met gezinslast.

Bovendien is ook nog eens bedrijfsvoorheffing verschuldigd als het totale brugpensioen (werkloosheidsuitkering + aanvullende vergoeding) het maximumbedrag van het brugpensioen (vastgesteld in cao nr. 17) overschrijdt. Deze regel geldt voor brugpensioenen die ingingen vóór 1 januari 1987. Op de brugpensioenen die na die datum zijn ingegaan, is bedrijfsvoorheffing verschuldigd voor zover het totale brugpensioen het maximumbedrag van de werkloosheidsuitkering overschrijdt.

In de praktijk: 3 scenario’s

Marcel van Parijs is kaderlid bij de nv Landingsbaan, een toeleveringsbedrijf uit de buurt van Vilvoorde. De onderneming, die zo’n vijftigtal medewerkers telt, is door de recente malaise in de luchtvaartsector in moeilijkheden gekomen. De bedrijfsleiding denkt eraan om alle werknemers die ouder zijn dan 55 te laten afvloeien.

Marcel werd 56 jaar op 1 maart 2001 en werkt sinds 1975 bij zijn bedrijf. Hij zegt niet neen tegen een ontslagregeling, op voorwaarde dat die redelijk is. De directie stelt hem twee alternatieven voor: enerzijds ontslag per 1 december 2001 met een ontslagvergoeding en anderzijds een brugpensioentoezegging met ingang van 1 december 2001.

De beste koop

Het afwegen van de verschillende alternatieven bij het einde van de loopbaan is vaak geen sinecure en vergt enig rekenwerk. Men kan niet zomaar concluderen of eender welk scenario gunstiger is dan een ander. Er zijn diverse aspecten die hierbij een rol spelen (fiscale behandeling, onderhandelingscapaciteit, persoonlijke doelstellingen, beleggingservaring en return, wettelijk en juridisch kader…). De ervaring leert dat de opmaak van een financieel plan waarbij de diverse scenario’s worden afgewogen en naast elkaar gezet de enige basis is om de juiste financiële beslissing te nemen.

Jo Stremersch

Houd er rekening mee dat brugpensioen alleen kan onder strikte voorwaarden.

Ga niet zomaar akkoord met een voorstel tot brugpensioen: stel eerst een financieel plan op.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content