Een trofee-Jan Coene

Het nut van Jan Coene is verschrompeld tot een muggenvleugel. Of niet? Zijn naam heeft een grote symboolwaarde voor graaien. Hij is opvisbaar als sterk merk van een jaarlijkse trofee voor de slechtste uiting van deugdelijk bestuur.

De trofee-Jan Coene mag jaarlijks gaan naar een ondernemer, een chief executive officer, een chief financial officer of een ander hoog personeelslid. Deze prijs hoeft echter niet voorbehouden te worden aan het bedrijfsleven alleen, want in de hype over deugdelijk bestuur zit een discriminatie. In 2005 zouden wij geobsedeerd moeten zijn door de discriminatie van de medemens en onze eigen discriminatie. Zo wil het de tijdgeest. De trofee-Jan Coene geldt voor gerommel en slecht bestuur overal. Het bedrijfsleven is vandaag – omdat er graag op geklopt wordt en omdat het futloos met zich laat sollen – het oefenterrein voor de codes over deugdelijk bestuur. Daardoor ontstaat de foute perceptie – en die wordt door socialistische politici en activisten aangewakkerd – dat deugdelijk bestuur moet om het vrijgevochten, chaotische ondernemen te breidelen. Er zijn grove fouten bij ondernemingen; er zijn echter veel grovere fouten bij publieke diensten, mutualiteiten, vakbonden, verenigingen en de overheid. Fouten bij ondernemingen komen vlugger aan het licht door een dialectiek van woord en wederwoord tussen management, aandeelhouders en toezichthouders dan fouten bij de niet-ondernemingen.

Wat is er tegen een trofee-Jan Coene voor de financiële directie van het OCMW in Antwerpen die een burlesk staaltje ten beste geeft van onbekwaamheid, gebrek aan verantwoordelijkheidszin en onbegrip voor deugdelijk bestuur? En dat niet met het geld van de gefortuneerde familie Steverlynck – die zich ruimhartigheid kan veroorloven zonder de onderneming of de samenleving te stropen, wel te kietelen – maar met het geld van de belastingbetaler. Gepuzzel van Unysis Consulting heeft na weken opgeleverd dat het gat in de rekeningen niet 22,5 miljoen euro maar 253 miljoen euro is. Het gaat om fouten, geen fraude. Bij deugdelijk bestuur dient er geen onderscheid gemaakt te worden tussen fouten of fraude. De twee zijn onaanvaardbaar.

Er is een code-Lippens voor de beursgenoteerde bedrijven en een code-Buysse voor de niet-genoteerde ondernemingen. Wanneer komt er een code-Stevaert voor de bestuurders van publieke ondernemingen, van vakbonden, mutualiteiten, parastatale instellingen, niet-gouvernementele organisaties? Zijn die dames en heren betere mensen dan de bestuurders van ondernemingen en dus immuun voor onbekwaamheid en fraude? Het gedoe bij de NMBS, De Post, Sabena, Kempense Steenkoolmijnen – om vier vaderlandse voorbeelden te noemen – is/was erger dan tien Picanols.

Denkt u dat er gewerkt wordt aan een code-Stevaert? Hoegenaamd niet. De discussie is amper ingezet. Raar maar waar. De PS heeft wetsvoorstellen klaar in verband met de rol van overheidsbestuurders en de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (Oeso) deelt een ontwerptekst rond van richtlijnen voor corporate governance van staatsondernemingen.

Dat is een zeer magere ouverture.

Frans Crols

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content