Een portret van de Gele Hesjes

Ongeletterden. Provincieboeren. Mensen met een rode kop. Racistisch tuig. Aymeric Patricot haalt enkele van de beschrijvingen boven die de leden van de Gele Hesjes-beweging naar het hoofd geslingerd kregen. De Franse auteur ontleedt de beweging, die in 2018 schijnbaar uit het niets opdook. Frankrijk moest afrekenen met een protestgolf van hoofdzakelijk mensen uit de provincie. Zij protesteerden aanvankelijk vooral tegen een verhoging van de brandstofprijzen. Ze stelden de al bijzonder zware belastingdruk in Frankrijk aan de kaak. De overheid casht meer dan de helft van het bruto binnenlands product.

Misprijzen was hun loon, vindt Aymeric Patricot. Hij koestert duidelijk sympathie voor de beweging, die hij omschrijft als de historische kernbevolking van Frankrijk. Al gebruikt hij die term behoedzaam. Het is een beweging die vooral in Frankrijk aan kracht kon winnen, een land met een erg centralistisch staatsbestel. Parijs trekt schijnbaar alle talenten aantrekt. Daarbuiten ligt de provincie, waar vooral de verliezers van de samenleving wonen – de Gele Hesjes.

Aymeric Patricot trekt de lijn door die ook de Franse socioloog Christophe Guilluy al in zijn essay No Society bespeelde. Net als bij Guilluy is het betoog van Patricot soms wat pamfletachtig, maar daarom niet minder relevant. Volgens Patricot wordt het land geleid door een “oligarchie”: een Parijse, kosmopolitische en hooggeschoolde elite, die de Fransen uit de provincie misprijst. Die elite ziet een nieuw Frankrijk ontstaan via de migranten in Parijs. De “witte man uit de provincie” is niet mee met die nieuwe wereld, en moet dus wel een racist zijn.

De Gele Hesjes voelen zich buitenspel gezet. De elite weet hoe ze zo weinig mogelijk belastingen kan betalen. De belastingdruk is vooral verschoven naar die mensen uit de provincie, die netto te weinig overhouden. Zij betalen de in hun ogen riante sociale programma’s voor de inwoners van de Parijse migrantenwijken, terwijl te weinig geld vloeit naar investeringen in de provincies. Aymeric Patricot noemt dat een nieuwe vorm van rassenpolitiek. Met de Parijse elites en de migranten in de hoofdstad in de rol van een nieuw “superras. Het waant zich verheven boven de rest, want het is een concentraat van allerlei invloeden, het beste uit diverse mengsels en natuurlijke filtering”.

Aymeric Patricot. La révolte des Gaulois. Editions Léo Scheer, 259 blz. 18 euro

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content