Een nieuwe kartelkraker

Vergeet de Raad voor Mededinging, voortaan is er de Belgische Mededingingsautoriteit (BMa). Die spoort kartels en andere foute concurrentie op. De procedure wordt fiks korter, de boetes zijn niet mals, en ook CEO’s zijn niet meer veilig.

Sinds 6 september heeft ons land een nieuwe kartelkraker: de Belgische Mededingingsautoriteit (BMa). Die onderzoekt en bestraft inbreuken op het mededingingsrecht. De voorzitter is Jacques Steenbergen, tot voor kort het hoofd van de Algemene Directie Mededinging. Die voerde tot begin september de onderzoeken, terwijl de Raad voor de Mededinging het oordeel velde. Dat gebeurt voortaan door het Mededingingscollege, dat bestaat uit de BMa-voorzitter en twee externe assessoren. “Deze hervorming was noodzakelijk om mededingingsdossiers sneller en efficiënter te kunnen afhandelen”, zegt advocaat Martin Favart (Van Bael & Bellis). “Vroeger was de mededingingsautoriteit met de auditeur, de raad en de directie een driekoppig monster. Interne conflicten bemoeilijkten de werking. Dat wordt beter, nu er één en dezelfde voorzitter is.”

“Iedereen deed zijn ding, zonder veel hiërarchie”, erkent Steenbergen, de drijvende kracht achter deze wetswijziging en als adviseur van toenmalig minister van Justitie Marc Verwilghen ook achter een vorige. “Nu geeft een directiecomité — een auditeur-generaal, chief economist, chief legal en voorzitter — meer sturing. Het beslist over het soort van zaken dat moet worden aangepakt en de manier waarop. Zo kunnen we sneller optreden.”

Snelle procedure

“Anderzijds is er nu wel een sterke machtsconcentratie, rond de BMa en rond de persoon van de voorzitter”, riposteert Hans Gilliams, mededingingsadvocaat bij Eubelius. “De voorzitter leidt een organisatie, die onderzoeken voert waarover hij dan weer oordeelt. Maar u hoort mij niet zeggen dat Jacques Steenbergen niet bekwaam of objectief is, wel integendeel.”

“De combinatie van onderzoek en beoordeling bestaat ook bij de Europese Commissie”, weerlegt Steenbergen. “Als voorzitter werk ik enkel de algemene beleidslijnen mee uit. Ik zal dus geen concrete onderzoeksmaatregelen, noch de opdracht geven om bepaalde bedrijven tegen het licht te houden.”

In de nieuwe organisatie start de auditeur een mededingingsdossier op na een studie van de chief economist. Hij verwittigt de ondernemingen dat er bezwaren zijn over bepaalde activiteiten. Na hun repliek maakt de auditeur een ‘ontwerp van beslissing’ voor het Mededingingscollege. Dat moet binnen de maand na de zitting een beslissing nemen. Een procedure bij het Brusselse hof van beroep schort de straf niet op.

Hans Gilliams vreest copy-paste-uitspraken: “Mededingingsdossiers zijn vaak complex en tellen soms tienduizenden bladzijden. Kunnen die twee assessoren op zo’n korte periode een volwaardig onafhankelijk oordeel vellen? En hebben ze als parttimersvoldoende gewicht tegenover de professionele voorzitter? Zal die voorzitter ook niet geneigd zijn het ontwerp van beslissing van zijn BMa-collega’s over te nemen?”

“De mededingingsdossiers zijn al voor de zitting beschikbaar”, poneert Steenbergen. “Bovendien zijn ze gezuiverd door de auditeur en de advocaten. Het college zal enkel de voor de betrokken partijen relevante documenten bekijken, zodat de strakke timing geen probleem hoeft te zijn. Er moet uiteraard wel serieus doorgewerkt worden. En het klopt dat ik door dezelfde gang loop als de auditeurs. Er zal kruisbestuiving zijn, gelukkig maar. Maar we zullen elkaar als grote mensen ons werk laten doen.” De assessoren krijgen overigens 5000 euro bruto per behandeld dossier, veel meer dan de lekenrechters in rechtbanken.

Politieke druk

Er zijn ook twijfels over de onafhankelijkheid van het Mededingingscollege en de objectiviteit van de medewerkers van de BMa, ambtenaren van de federale overheidsdienst Economie. “Het is niet ondenkbaar dat de auditeurs druk ondervinden om op te treden tegen een bedrijf als een politicus wil scoren”, zegt Gilliams. “Wie gestraft wordt door het Mededingingscollege, kan in beroep pas jaren later zijn zaak voorleggen aan een onafhankelijke magistraat. Ondertussen heeft het bedrijf boetes betaald en is zijn naam besmeurd.”

“Vroeger duurde het lang eer de zaak voor een beroepsrechter kwam”, repliceert Steenbergen. “Wij zijn geen ambtenaren, maar onafhankelijke mandaathouders. De directie moet over de beslissingen geen verantwoording afleggen aan de minister. Er wordt gewerkt aan een statuut voor de medewerkers dat ook hen een grote autonomie zal geven. In heel mijn carrière heb ik nooit een politieke instructie gekregen om zus of zo te reageren in een mededingingszaak.”

HANS BROCKMANS, FOTOGRAFIE PAT VERBRUGGEN

“Vroeger deed ieder zijn ding. Nu komt er meer sturing, zodat we sneller kunnen optreden” Jacques Steenbergen

“Er komt een sterke machtsconcentratie, rond de BMa en rond de persoon van de voorzitter” Hans Gilliams, mededingingsadvocaat bij Eubelius

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content