Een monument herrijst

De geschiedenis van Aux Armes de Bruxelles gaat terug tot 1902, het jaar dat de 14-jarige Calixte Veulemans zijn dorp Hoeleden in Limburg verliet en naar Brussel trok om er aan de slag te gaan als garçon. Bijna twintig jaar later kocht hij het café Aux Armes de Bruxelles en begon daar als eerste individuele pannen mosselen te verkopen. Die mosselen liet hij overkomen uit Yerseke. Calixte Veulemans was een visionair.

Aux Armes de Bruxelles groeide uit tot een populair restaurant, waar de jetset en gekroonde hoofden over de vloer kwamen (Leopold III, Jacques Brel, Fernandel, Toots Thielemans, Charles Aznavour enz). Maar nadat de familie het restaurant in 2006 verkocht had aan een horecagroep, ging het bergaf. In 2018 werd de zaak meegetrokken in een grootscheeps faillissement. Overbuurman Rudy Van Lancker nam de zaak over van de curator. Monsieur Rudy heeft bewezen dat hij kan managen. Hij stond 43 jaar aan het hoofd van de naburige frituur Chez Léon, een zaak met 420 plaatsen, het terras niet meegerekend. Met gemiddeld 1000 couverts per dag en tot 2000 op een zaterdag is het het drukst bezochte eethuis van ons land.

Aux Armes de Bruxelles werd met respect voor het verleden gerenoveerd. Cédrix Callenaere, voorheen chef-kok van La Roue d’Or en la Brasserie de Bruxelles, kreeg de leiding over een bataljon koks. Specialiteiten zijn moules marinières, waterzooi, salade Veulemans met tomaat en grijze garnalen, en aan de graat gegrilde tarbot. In het seizoen zijn er asperges op zijn Vlaams, afgewerkt met mousselinesaus en, indien gewenst, een flinke lepel Royal Sélect-kaviaar.

Wij hadden de eer te mogen plaatsnemen aan een tafeltje met het naamkaartje van Jacques Brel. We namen de aantrekkelijk geprijsde businesslunch (24 euro voor twee gangen, 27 euro voor drie gangen), die keuze biedt uit vier voorgerechten en vijf hoofdgerechten. Voor het dessert is de keuze vrij. Het voorgerecht werd gebakken kippenlevers met sinaasappel en plakjes rauwe paddenstoel: simpel en smakelijk. Het hoofdgerecht was brandade van kabeljauw, onder ovenkorst van paneermeel met gesmolten boter en gehakte zwarte olijven. Afsluiten deden we met een lichte, krokante Brusselse wafel. Alleen al voor die lekkere, nostalgische wafel en voor de prijs van de businesslunch komen wij terug.