Een lastig spoor

In Brussel liggen grote stukken braakland van de NMBS te wachten op ontsluiting en opwaardering. De gewestregering wil die terreinen ontwikkelen en roept de spoorwegmaatschappij op tot een snelle upgrade van het spoornet.

Van Ukkel-Stalle naar het Zuidstation in 6 minuten of van Bockstael naar het station Brussel-Luxemburg in 10 minuten. Dat lijkt onwezenlijk, maar met de trein kan dat al. Het Brussels Gewest werkt aan een mobiliteitsplan en wil ook de NMBS ‘voorlichten’.

Volgens minister-president Charles Picqué tonen de spoorbazen een schrijnend gebrek aan belangstelling voor de hoofdstad. “Er wordt 700 miljoen euro uitgegeven om een spoorwegkathedraal op te trekken in Antwerpen of Luik, maar voor de internationale hub die de hoofdstad van Europa is, houdt men het bij low cost.”

De gewestregering stelt unaniem een waaier van oplossingen voor die – naar eigen zegen – drie keer goedkoper en functioneler zijn om het intraregionaal spoornet te activeren dan de zware en dure oplossingen die Infrabel en de NMBS naar voren schuiven.

Het Brussels Gewest is dringend op zoek naar nieuwe woon- en industriële ontwikkelingsgebieden. Voor de meeste van die terreinen is het spoor de meest aangewezen weg om in het stedelijke netwerk te passen. Bovendien is de NMBS-groep de grootste eigenaar van grondreserves in de hoofdstad. Bekende voorbeelden zijn de terreinen Delta, het Weststation en het vormingsstation van Schaarbeek. Josaphat is verkocht aan de Maatschappij voor de Verwerving van Vastgoed en Tour & Taxis is verkocht aan een privéspeler.

Stadstreinen

“Van de honderdduizenden verplaatsingen die elke dag in Brussel gemaakt worden, gebeuren er amper 5000 met de trein. Wij willen dat de trein niet alleen gebruikt wordt om van buiten het gewest binnen te komen om er te werken, maar dat het ook een natuurlijke reflex wordt om de trein te nemen voor verplaatsingen in de stad”, vat staatssecretaris voor Mobiliteit, Bruno De Lille (Groen), samen.

Het spoor is voor het Gewest de toverformule die structuur moet brengen in zijn regionale territoriale ontwikkeling. Wonen en werken in de buurt van stations is de beste garantie voor toegankelijkheid en zorgt voor een waardevermeerdering op lange termijn. “Het Gewest zal daarom systematisch voorrang geven aan de ontwikkeling van die functies”, benadrukt Picqué.

Hij trekt ten strijde tegen de enge visie van de NMBS-top, die Brussel alleen maar ziet als een monolitische noord-zuidverbinding. “Vijftig jaar geleden hebben ze de hoofdstad helemaal opengebroken en nu willen ze dat halsstarrig nog een keer doen met het investeringsplan 2013-2025. Zonder rekening te houden met de hinder die zulke projecten voor de inwoners en de stad veroorzaken.”

“Wij vragen een spooraanbod dat functioneel gespreid is over heel Brussel, als een spinnenweb. Het spoornet moet zijn aanbod uitbreiden over bestaande, onderbenutte polen zoals het Weststation, Bockstael en Bordet”, voegt De Lille eraan toe.

Hij pleit voor een maximum aan lokale stations die het stedelijk grondgebied als een net omspannen. “Brussel beschikt over vier doorgaande treinverbindingen: de noord-zuidverbinding en de lijnen 26, 28 en 161. Het wordt tijd dat de NMBS eindelijk reageert op de wensen van het Gewest. Het aantal stations in Brussel moet aanzienlijk hoger, vooral met het oog op het toekomstige Gewestelijk Expresnet (GEN). Het GEN moet een instrument worden om het leefklimaat in de hoofdstad op te tillen.”

Twee maten, twee gewichten

In de voorbije jaren heeft het Brussels gewest via de MVV een optie genomen op de gronden van de terreinen Delta in Oudergem en Josaphat in Schaarbeek om ze op te werken tot strategische stadszones. “Wij betaalden daar veel geld voor”, valt te horen bij de gewestregering en ze maakt gewag van ‘twee maten, twee gewichten’ in de onderhandelingen tussen de NMBS en de gewesten als het over historische terreinen van de NMBS gaat.

“In Antwerpen stond de NMBS een immens stadsterrein in de buurt van het Centraal Station af voor een symbolische frank. In Brussel is daarvan nauwelijks sprake, ook al gaat het om hetzelfde beheerscontract”, zegt Picqué. Hij wil maar al te graag de belangrijkste grondreserve van de hoofdstad, de 40 hectare van het vormingsstation van Schaarbeek, onder gewestelijke voogdij krijgen om er een nieuwe economische long voor Brussel van te maken, maar de uitvoering van die plannen laat op zich wachten.

Picqué vreest dat er een driehoek Infrabel-Gewest-privé tot stand komt “waarin de politiek het programma vastlegt, Infrabel verkoopt aan de meest biedende en de koper twee weken later bij ons komt aankloppen met de melding dat hij het programma niet kan uitvoeren en ons vraagt om alles stukje bij beetje uit te rafelen”.

Het Brussels Gewest werkt aan een richtschema om het gebied toe te wijzen aan logistieke en economische activiteiten die werkgelegenheid scheppen. Het terrein is eigendom van het Fonds voor Spoorweginfrastructuur en wordt geschat op 40 miljoen euro. “Dat is veel te duur voor ons, zeker als we rekening houden met het beoogde doel”, zegt de minister-president.

Het Weststation en de aangrenzende terreinen in Anderlecht vormen ook een strategische zone die smeekt om een intenser gebruik. Op die terreinen, die grotendeels eigendom zijn van de NMBS, moeten in de eerste plaats woningen en aanverwante komen. Een strikt structureel partnership van het Gewest en de NMBS is noodzakelijk om die strategische zone weer een stedelijk karakter te geven en om tegelijk multimodaler te worden.

Het Josaphatterrein, dicht bij de Europese wijk, werd aanvankelijk door de plaatselijke overheid voorbestemd voor de Europese Commissie die in chronische kantoornood zit. Volgens de jongste berichten zouden er ook woningen en stadsbedrijven komen omdat Europa zich liever terugtrekt in de privéblokken in de buurt van waar het nu al zijn kantoren heeft.

In een gebouwenblok langs het Zuidstation huizen enkele historische kantoren van de NMBS-groep. Ook deze locatie heeft heel wat potentieel om er woongelegenheid van te maken in de nabijheid van een knooppunt van het openbaar vervoer. Rekening houdend met de verhuisplannen van de NMBS moeten die kantoren op middellange termijn vrijkomen, denkt het Gewest, dat de NMBS-groep dringend vraagt om “constructieve partnerships te overwegen”.

PHILIPPE COULÉE

“Wij vragen een spoor-aanbod dat functioneel gespreid is over heel Brussel, als een spinnenweb”

Bruno De Lille

“Een spoorweg-kathedraal in Antwerpen of Luik kost 700 miljoen euro, maar voor de hoofdstad van Europa houdt de NMBS het bij low cost”

Charles Picqué

“Vijftig jaar geleden heeft de NMBS de hoofdstad helemaal opengebroken en nu wil ze dat nog een keer doen”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content