‘Een coöperatie is geen beleggingsmaatschappij’

Patrick Claerhout
Patrick Claerhout redacteur bij Trends

De Verenigde Naties riepen 2012 uit tot het jaar van de coöperatie. Net nu hebben Belgische beleggers nare ervaringen met financiële coöperaties als Arco en Cera. Franky Depickere, gedelegeerd bestuurder van Cera en de eerste Belg die de Internationale Raiffeisen Unie voorzit, verduidelijkt.

Morgen komen in Leuven honderden vertegenwoordigers van coöperaties samen om te discussiëren over de identiteit en de toekomst van coöperatief ondernemerschap. De studiedag wordt georganiseerd door Cera, de Belgische coöperatie die garant staat voor de verankering van de bank-verzekeraar KBC en die jaarlijks enkele miljoenen in sociaal-maatschappelijke projecten investeert.

Franky Depickere, gedelegeerd be-stuurder van Cera, is ook voorzitter van de Internationale Raiffeisen Unie (IRU), een koepel van 61 coöperatieve fe-deraties uit 36 landen, die 900.000 coöperaties met in totaal meer dan 500 miljoen leden-vennoten vertegenwoordigt. “De coöperatieve gedachte zit in de lift”, stelt Depickere vast. “Zowel in het zuiden, waar microfinanciering stevige wortels heeft in de landbouwcoöperaties, als in Europa en de rest van de wereld.”

Depickere noemt coöperatief ondernemerschap de derde weg, tussen het kapitalistische privé-initiatief en een overheidsgedreven economie. “Puur kapitalisme draait rond het samenbrengen van geld met het oog op winstmaximalisatie en het creëren van aandeelhouderswaarde. Coöperaties brengen mensen samen rond een gemeenschappelijk doel. Het perspectief is de lange termijn. Economische duurzaamheid gaat boven snelle winst. En belangrijk is de inspraak en controle door de coöperanten. Iedereen heeft een stem.”

Deur op slot

De grootste coöperaties zitten in de landbouw- en de financiële sector, waar ze bijna 900 miljard dollar omzet vertegenwoordigen. Daaronder bekende namen als Rabobank (Nl) en Crédit Mutuel (Fr), de Zwitserse distributeurs Coop en Migros, en de Baskische groep Mondragon die als zevende grootste Spaanse onderneming meer dan 80.000 mensen in dienst heeft. In België wint de coöperatieve gedachte terrein in de energie- en de zorgsector. En er is natuurlijk de markleider in de zuivelsector (Milcobel), maar de meeste leden-coöperanten vinden we bij de financiële coöperaties.

Net daar liep het imago van de sector de voorbije maanden schade op. De ontmanteling van Dexia leidde tot de ineenstorting van Arco, de coöperatie van de christelijke arbeidersbeweging. Meer dan 700.000 coöperanten hopen binnen een paar jaar, na de vereffening van Arco en eventueel de uitwinning van de overheidsgarantie, hun spaargeld terug te zien. Ook bij Cera ging dit jaar de deur op slot. De coöperatie besliste dat de 420.000 leden in 2012 niet kunnen uitstappen.

Staat dat niet haaks op de coöperatieve gedachte? Depickere vindt van niet: “De beslissing was in het belang van alle vennoten, omdat ze ons de flexibiliteit biedt om door een moeilijke periode te komen. Een van onze kerndoelstellingen is de verankering van KBC. Als gevolg van de financiële crisis zag Cera zich als grootste KBC-aandeelhouder verplicht de stabiliteit en de continuïteit van de instelling te garanderen. We konden daarbij op veel begrip van onze vennoten rekenen. Zij zien in dat KBC een van de laatste Belgische bankgroepen is met het beslissingscentrum in eigen land. Dat ze daartoe bijdragen, maakt hen trots.”

Volgens Depickere is de beslissing om het kapitaal van Cera gedurende een jaar te vergrendelen genomen in samenspraak met de coöperanten. “Wij hebben de besluiten op voorhand afgetoetst met de vertegenwoordigers van onze 45 regionale adviesraden. Dit was geen beslissing die eenzijdig van hogerhand opgelegd is. De basis steunde ons. Wij hebben de economische context en onze analyse rond KBC verduidelijkt en onze leden begrepen dat van hen een extra inspanning gevraagd werd. Dat zit in de coöperatieve geest: zelf verantwoordelijkheid nemen en de mouwen opstropen.”

De oorsprong van Cera gaat terug op de ideeën van Friedrich Wilhelm Raiffeisen, die in de negentiende eeuw als burgemeester van een aantal arme Duitse plattelandsgemeenten paal en perk wilde stellen aan de armoede van de boeren en hun uitbuiting door woekeraars. Hij richtte de eerste boerenleenbank op: de spaargelden van de boeren werden uitsluitend gebruikt om te voorzien in hun kredietbehoefte. Ook in ons land maakten de Raiffeisen-kassen opgang. Cera is de afkorting van Centrale Raiffeisenkas.

Tot 1998 bleef Cera een coöperatieve bankinstelling. In dat jaar kwam het tot een grote fusie met het latere KBC Bank en Verzekeringen. Cera werd omgevormd tot een coöperatieve financiële holding, die momenteel meer dan 30 procent van de aandelen van KBC Groep controleert (7 % rechtstreeks en 23 % via de beursgenoteerde tussenholding KBC Ancora).

Inschattingsfouten

Door te investeren in een grote, internationale, beursgenoteerde bank verloochende Cera volgens critici zijn coöperatieve gedachtegoed. “Aan het einde de jaren negentig was iedereen het erover eens dat een bank, om winstgevend te blijven, moest groeien en internationaal opereren”, verduidelijkt Depickere. “Daarom is Cera in het KBC-verhaal gestapt: om onze coöperatieve bank op langere termijn veilig te stellen en lokaal te verankeren. Het succes van Rabobank toont dat een coöperatieve bank niet noodzakelijk een kleine en lokale bank moet blijven. Expansie en internationalisering zijn niet per definitie verkeerd.”

Depickere geeft toe dat de financiële sector midden de jaren 2000 ontspoord is, en dat de beursnotering in die periode niet meteen een voordeel was. “Op de beurs wordt alles uitvergroot en gemediatiseerd. Je wordt constant vergeleken met peers. Dat verklaart waarom zoveel financiële instellingen zich hebben laten verleiden om in risicovolle producten met hoog rendement te stappen. Achteraf ben ik de eerste om toe te geven dat er inschattingsfouten gemaakt zijn en dat we ons niet hadden mogen laten leiden door de waan van de dag. Het komt erop aan je kernbusiness trouw te blijven. Maar je moet dat zien in de tijdsgeest. Ik herinner me een gesprek in Londen met een zakenbankier, die zei dat we veel te veel kapitaal hadden. Dat heb ik nodig voor als het slecht gaat, antwoordde ik. Niet nodig, dan ga je dat geld gewoon op de markt halen, was zijn reactie.”

Niettemin zijn de banken die het coöperatieve beslissingsproces trouw gebleven zijn, zoals Rabobank, beter door de financiële crisis gekomen. “Dat klopt, door het coöperatieve beleid om zoveel mogelijk middelen in de onderneming te houden, hadden ze een sterk eigen vermogen om op terug te vallen. Maar ook zij bleken niet immuun voor de tsunami die de financiële sector in 2008 trof. Iedereen heeft averij opgelopen”, oordeelt Depickere.

Volgens Depickere hebben Cera en KBC de lessen getrokken uit de financiële crisis: “KBC plooit zich terug op zijn kernmetier: retail- en kmo-bankieren. Die basics had het een beetje uit het oog verloren. Nu is het terug naar de roots, van KBC maar ook van het coöperatieve gedachtegoed, met een duidelijke focus op de klant en op de essentie van het bankieren.” KBC zal zich herstellen en uit de crisis komen, voorspelt de Cera-topman. En dat is heel belangrijk voor de financiële situatie van Cera (zie kader Cera zit op forse latente minwaarde).

Dat Cera het slot niet op de deur kan houden voor zijn coöperanten, is voor Depickere vanzelfsprekend: “Coöperanten niet laten uitstappen, was een uitzonderlijke maatregel. Daar moeten we zuinig mee omspringen. Het is niet de bedoeling die maatregel elk jaar opnieuw te nemen. Dat zullen we tijdig evalueren.”

Geen overheidsgarantie

Aan Arco en de Gemeentelijke Holding werd verweten dat ze alle eieren in dezelfde mand hadden gelegd. Hun activa bestonden hoofdzakelijk uit Dexia-aandelen en voor hun werking en de afbetaling van hun schulden waren ze afhankelijk van dividenden van Dexia. Bij Cera is de situatie niet anders. De participatie in KBC vertegenwoordigt bijna 100 procent van de waarde van de activa, en de enige inkomstenbron zijn dividenden van KBC en KBC Ancora.

Toch vindt Depickere niet dat Cera zijn activiteiten moet diversifiëren: “We hebben bewust gekozen voor een belangrijke deelneming in KBC omdat we invloed willen uitoefenen op het beleid. Een belegger moet misschien zijn portefeuille diversifiëren, maar wij zien Cera niet als een pure beleggingsmaatschappij. Onze doelstellingen zijn ruimer. Cera is een coöperatieve vennootschap met een financiële en maatschappelijke missie. Die missie is dubbel: KBC voor de lange termijn verankeren als een belangrijke Belgische financiële instelling en de groei ervan ondersteunen, en geld en kennis investeren in sociaal-maatschappelijke projecten.”

Volgens Depickere hechten de Cera-coöperanten meer aan deze dubbele doelstelling dan aan het riante dividend dat de coöperatie in het verleden uitkeerde: “Cera bestaat al 120 jaar. Onze coöperanten kennen beter dan wie ook het verhaal van de zeven magere en de zeven vette jaren. Iedereen beseft dat we een moeilijke periode doormaken doordat er minder inkomsten onder de vorm van KBC-dividenden binnenkomen. Maar dat is geen reden om de schouders te laten hangen.”

En ook niet om een verzekering af te sluiten door de overheidsdepositogarantie aan te vragen voor 1,3 miljard euro coöperatief kapitaal. Iets wat Arco wel deed, met een storm van protest tot gevolg. “We bekijken de modaliteiten voor de garantie, maar een aansluiting bij het systeem is momenteel niet aan de orde”, zegt Depickere. “Eerst moet er duidelijkheid zijn over de houding van Europa. Ik kan alleen maar toejuichen dat de regeling uitgewerkt werd om systeemrisico’s te voorkomen. Maar Cera gaat in de eerste plaats uit van de solidariteit tussen de leden. We hechten belang aan de maatschappelijke context.”

PATRICK CLAERHOUT

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content