Duitse grondigheid

We hebben de voorbije jaren weleens het verwijt gekregen dat we te weinig aandacht hebben voor Duitse aandelen. Duitse aandelen waren de voorbije jaren gemiddeld een stuk duurder dan het Europese gemiddelde, en dat is blijkbaar terecht. Dus moeten we er als de kippen bij zijn als er eens een Duits topaandeel een appelflauwte heeft, zoals momenteel het geval is met Henkel. Het bedrijf, dat in 1876 door Frits Henkel in Aken werd opgericht, groeide uit tot een wereldsucces na de lancering van Persil in 1907 als eerste zelfreinigende afwasmiddel ter wereld. Op de beursgang was het wachten tot 1996, maar de aandeelhouders werden sindsdien absoluut niet teleurgesteld, een jaar na de belangrijke overname van Schwarzkopf.

Henkel is een groeimachine die steunt op drie poten. De helft van de omzet komt uit kleefstoffen, dichtstoffen en producten voor oppervlaktebehandeling (8,1 miljard EUR in 2013). Die activiteiten spitsen zich vooral toe op industriële klanten, maar er zijn ook een aantal artikelen bij voor huis-, tuin- en keukengebruik. De belangrijkste industriële merken zijn Loctite, Technomelt en Teroson, maar particulieren kennen vooral Pritt en Pattex. Met een operationele marge (ebit-marge) van 15,7 % is die afdeling ook de meest rendabele.

De op één na belangrijkste divisie is die van was- en reinigingsproducten, met 28 % van de omzet (4,6 miljard EUR vorig jaar). De ebit-marge is met 14,9 % ook bijzonder fraai. Henkel concurreert met merken als Persil, Purex, Dixan en Bref met andere reuzen als Procter & Gamble, Unilever en Reckitt Benckiser. De kleinste divisie is die van de schoonheidsproducten (21 % van de groepsomzet of 3,5 miljard EUR in 2013). Dat is ook de afdeling met de laagste rendabiliteit (ebit-marge van 13,5 %). Schwarzkopf, Syoss, Fa, Diadermine en Theramed zijn enkele klinkende merken uit dat segment. Hier moet Henkel andermaal de strijd aanbinden met Procter & Gamble, Unilever, maar ook met Beiersdorf (Nivea) en L’Oréal.

Henkel had vorig jaar last van de sterke euro, waardoor de omzet op groepsniveau vrijwel stabiel bleef op 16,35 miljard EUR, maar wel +3,5 % bij constante wisselkoersen. De gestegen ebit-marge, van 14,1 naar 15,4 %, zorgde er wel voor dat de bedrijfswinst (ebit) met 7,8 % toenam, tot 2,52 miljard EUR. De winst per aandeel klom zelfs met 10 %, tot 4,07 EUR per aandeel. Het dividend voor het bevoorrechte aandeel wordt fors opgetrokken, tot 1,22 EUR per aandeel (was 0,95 EUR).

Henkel is een bedrijf met de typische Duitse grondigheid: een passie voor operationele excellentie, stevige organisatie en duidelijke en zorgvuldige communicatie. De groep heeft zeer duidelijke ambities richting 2016: 20 miljard EUR groepsomzet (nog 22 % omzettoename in drie jaar nodig), waarvan minstens 10 miljard omzet uit de opkomende landen (2013: 44 % uit de groeimarkten) en een gemiddelde jaarlijkse winstgroei per aandeel van 10 %. Voor dit jaar toonde het management zich iets gematigder in zijn winstambities, wat de koers van het aandeel onder druk heeft gezet. De aanhoudende omzetgroei en de verhoging van de rendabiliteit heeft er wel toe geleid dat de gegeneerde vrije kasstromen tussen 2007 en 2013 zijn toegenomen van 650 miljoen naar 1,6 miljard EUR. We starten, net als bij Volkswagen, de opvolging van het bevoorrechte aandeel, dat het meest wordt verhandeld en in de DAX-index is opgenomen.

Conclusie

Dit Duitse kwaliteitsaandeel is uiteraard niet goedkoop, tegen 18 keer de verwachte winst 2014 en een verhouding tussen de ondernemingswaarde (ev) en de bedrijfskasstroom (ebitda) van bijna 10. Dat is echter wel 10 à 15 % goedkoper dan het gemiddelde van de voorbije drie jaar. Vandaar het order voor de voorbeeldportefeuille.

Advies: koopwaardig

Risico: laag

Rating: 1A

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content