DOORPRIK DE BRANDSTOFBEL!

Neen, het is geen peulschil. De prijs van de erwt moet met 35 % omhoog. Zo eist de Boerenbond. Ook andere industrie- of diepvriesgroenten zullen moeten volgen. En wil de industrie niet mee, zo klinkt het ultimatum, dan stappen de boeren wel over op andere teelten. Zoals graan, dat in twee jaar tijd al 100 % duurder werd. Of hoe de boerenlobby van een ‘bubbeleconomie’ gebruikmaakt om zijn eigen eisen kracht bij te zetten.

Wat is er aan de hand in landbouwland? De euforie rond biobrandstoffen veroorzaakt er een ware domino. Het woordje ‘agflatie’ is er de nieuwe buzz, een samenvoeging van agricultuur en inflatie. Een oekaze van de eurocraten heeft namelijk gedicteerd dat 5,75 % van het Europese transport tegen 2010 op biobrandstof moet draaien. Tien jaar later moet dit zelfs 10 % zijn. Niet minder dan 17,5 miljoen hectare landbouwgrond moet daarvoor geschikt gemaakt worden.

Of dit haalbaar is, vormt hier geen punt van discussie. Met kunstmatige prikkels zoals subsidies en accijnsverlagingen – wat in de VS en hier gebeurt – kan je elke markt bijwerken. Het probleem is eerder dat Europa, door zo radicaal over te schakelen naar biobrandstof, een nieuwe doos van Pandora opent. Vergeet de melkplas en de boterberg, er dreigt een andere anomalie: de brandstofbel.

De verbranding van plantaardige olie (uit koolzaad, soja of zonnebloemen), alcohol (uit suikerbieten) of zetmeel (uit maïs, graan, rijst of aardappelen) kan slechts een miniem stukje van onze energiebehoefte dekken. Wie anders beweert, is een utopist. Zelfs als je de volledige graanoogst in de VS – toch een van de grootste tarweproducenten – zou omzetten naar ethanol, dan nog dek je amper 12 % van het brandstofverbruik van Joe Sixpack.

Bovendien wordt de technologie overschat. De energetische winst die je verkrijgt bij de omzetting tot biobrandstof is laag en weinig efficiënt, zo stellen specialisten. Biobrandstoffen zijn niet ‘CO2-neutraal’. De planten zetten wel, door middel van fotosynthese, koolstofdioxide om in biomassa en zuurstof. Maar de gewassen moeten ook geplant, bemest en geoogst worden, de akker dient omgeploegd en er is een proces van vergisting, distillatie en raffinage. Dit vergt allemaal energie én dus CO2-uitstoot.

Die hype in biobrandstoffen veroorzaakte wel een prijzenspiraal. Tarwe speelt daarbij de rol van katalysator. In Vlaanderen heb je nauwelijks grote graanproducenten, maar er loopt hier wel erg veel ‘graan op pootjes’ rond: varkens en pluimvee. Koeien idem dito, zij herkauwen niet alleen gras, maar verorberen ook krachtvoer. En als een boer hogere graanopbrengsten kan innen, dan wil hij hetzelfde voor groenten, of hij laat die teelt links liggen.

Gevolg: een prijsinflatie. Uiteraard zijn de globalisering en wereldwijde prijstransparantie, de groei in China en India, en de gestegen olieprijs, evenmin factoren die de stijgende spiraal afremmen. Niemand durft te voorspellen waar dit domino-effect zal stoppen. Maar één ding is zeker: de biobrandstofbel zal ooit barsten. Er zijn twee scenario’s. Ofwel prijst het fenomeen zichzelf de markt uit (dit is niet denkbeeldig, gezien het areaal gewoon te klein is om in onze energiebehoefte te voorzien). Het risico is dan reëel dat de overheid met extra geld over de brug komt om de prijs kunstmatig laag te houden. Ofwel zakt de markt zelf als een pudding in elkaar en in dat geval neemt de druk van de boerenorganisaties op onze politici weer toe om de getroffenen met staatsteun te helpen.

Beide scenario’s zullen ons geld kosten. Er is een derde: doorprik nu de brandstofbel. En gebruik het vrijgekomen geld om basisonderzoek in biobrandstoffen van de tweede generatie te financieren. Die centen zullen veel beter besteed zijn en op zijn minst vermijden dat de vrijemarktwerking wordt verstoord.

Piet Depuydt

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content