Doffe schittering

Fantastische vertellingen van goudkevers en sombere analysen van grondstoffenspecialisten. Twee totaal uiteenlopende meningen over de verdere evolutie van de goudprijs. De beide zijden van de gouden medaille.

De mytologische koning Midas zou vandaag de dag in kringen van goud-liefhebbers geen geliefd figuur zijn. Iemand die alles wat hij aanraakt in goud verandert, doet immers het goudaanbod stijgen. Bij een ongewijzigde vraag leidt dit tot lagere prijzen.

Gouden tijden.

Tot 1968 werd er voor goud een officiële prijs vastgesteld. Dat gebeurde aan de hand van een korf van munten, de Golden Pool. Eén ons goud kostte nooit meer of minder dan 35 dollar per ons.

In 1968 werd dit systeem afgeschaft en begonnen de centrale banken samen te werken om de prijs van het edele metaal stabiel te houden. Met wisselend sukses.

In 1971 schafte de Amerikaanse president Nixon de goudstandaard af. De prijs van het edele metaal bevrijdde zich uit het keurslijf waar het decennia lang in gevangen had gezeten. In 1974 kostte één ons goud al 200 dollar. Om dan terug te vallen tot 106 dollar in 1976. Dan volgde de derde faze van de inhaalbeweging. De goudprijs explodeerde en verachtvoudigde. In 1980 bereikte het goud een topkoers rond 850 dollar.

Een niveau waar goudliefhebbers momenteel enkel van kunnen dromen. Tijdens de jaren ’80 en het begin van de jaren ’90 brokkelde de goudprijs geleidelijk af. Sinds het najaar van 1993 bevindt de goudprijs zich in een vork tussen ruwweg 375 dollar en 395 dollar per ons.

Timing.

“Een tijdelijk fenomeen” beweren goudkevers van de harde lijn. Hun ongekroonde leider is James U. Blanchard III. Hij geeft het “Heilig Schrift” van de goudliefhebbers The Gold Newsletter uit. Hij rekent er stellig op dat de goudprijs weldra zal uitbreken. Maar dan ook echt “uitbreken”. Een ware explosie die de goudprijs in “no time” rond 500 dollar per ons zal brengen.

Enig probleem, de timing. Op de vraag wanneer de goudprijs zal beginnen stijgen, slagen de “goudbugs” er niet in een preciezer antwoord te geven dan “weldra”.

Ze wijten dat aan de inmenging van de centrale banken. Die houden volgens Blanchard en zijn trawanten de prijs van het edele metaal met opzet laag. Ter bescherming van hun munten. Maar de munitie van de centrale banken is naar verluidt bijna uitgeput. Zodat een uitbraak naar het voorbeeld van de jaren ’70 niet lang meer op zich zal laten wachten.

“Hoe langer de centrale banken de goudprijs tussen 375 en 395 dollar per ons houden, hoe krachtiger de uitbraak zal zijn,” gaat Blanchard entoesiast verder. Aanleiding voor de uitbraak zal volgens zijn kollega-goudkever James Turk de stijging van de inflatie vormen. James Turk is beheerder van een edele metalen-fonds en auteur van het in goudkever-kringen erg gewaardeerde Freemarket Gold & Money Report.

Armageddon.

Turk bewijst echter dat ook de goudkevers niet op één lijn zitten als het over de toekomst van de wereldekonomie gaat. Bob Prechter eertijds een gevierd beursgoeroe nu onovertroffen in zijn nieuwe rol als “notoir pessimist” ( Roland Leuschel kan van hem nog een lesje zwartkijken krijgen). Bob verwacht eerst een periode van deflatie voor we op hyperinflatie worden vergast. We verzeilen weldra in de ergste krisis sinds de Grote Depressie van de jaren ’30. Alle activa zullen in waarde dalen. Vastgoed, cash, aandelen, obligaties en zelfs goud. Daarna zullen de prijzen dan weer de pan uitswingen.

Prechter zou de titel “goudkever” niet waardig zijn, mocht hij hier geen goed nieuws aan koppelen voor goudbeleggers. De goudprijs zal volgens hem na een tijdelijke inzinking nooit geziene hoogten bereiken. Prechter wil naar eigen zeggen absoluut geen roekeloze uitspraken doen. Hij houdt het bij een “erg voorzichtige” schatting voor de goudprijs tegen de eeuwwende van 1500 dollar per ons.

Alle goudkevers zijn het echter wel eens over wat op korte termijn een uitbraak van de goudprijs moet veroorzaken. We hadden het al over de dalende goudvoorraden van de centrale banken. Die kunnen de goudprijs niet onder 400 dollar per ons blijven houden. Vooral niet indien de inflatie tekenen van opleving vertoont.

Eens boven de 400 dollar per ons zal de goudprijs door het sneeuwbaleffekt snel in koers stijgen. Niemand wil de trein missen en een stijging met 50 dollar in enkele weken tijd is eerder een waarschijnlijkheid dan een mogelijkheid.

Goud als dé belegging van de tweede helft van de jaren ’90. Want het aanbod daalt, de vraag stijgt, het aantal etnische konflikten neemt hand over hand toe en het financiële systeem in het Westen staat op het punt te crashen.

Goud is out.

Niet iedereen is echter onder de indruk van hun lofrede aan het adres van het edele metaal. Andrew Smith, goudanalist bij Union de Banque Suisse (UBS), vindt de huidige goudprijs perfekt logisch en verklaarbaar. Hij ziet geen reden voor een stijging op korte termijn.

Edwin ‘Ted’ Arnold van Merrill Lynch in Londen ziet zelfs niet in waarom de goudprijs de komende jaren fors zou afwijken van het huidige niveau. Voor hem is de kans op een gevoelige stijging miniem. Het risico op een forse daling nagenoeg onbestaande.

Arnold staaft zijn stelling met voorbeelden uit de praktijk. Zodra de goudprijs daalt tot zowat 375 dollar per ons komen er massaal kooporders uit het Verre Oosten en uit India. Zodra de koers echter in de buurt van 390 dollar per ons komt, staan de Arabieren aan de verkoperskant. De sjeiks uit de oliestaten zijn volgens Arnold immers de “nieuwe armen” aan het worden. Ze zijn hun laatste Rolls-Royce aan het verslijten en doen alles om aan liquide middelen te komen.

Bij een goudprijs van 390 dollar per ons brengen ze hun gouden juwelen naar de plaatselijke handelaar. Die smelt ze en verkoopt de klomp goud in Europa reeds de volgende dag tegen de marktprijs. Het juwelenaanbod uit het Midden-Oosten is geen marginale zaak. Op 10 à 14 dagen kan er op deze wijze 600 ton goud op de markt komen. Die 600 ton is de totale jaarproduktie van de Zuidafrikaanse mijnen.

Kleine percentjes, grote ventjes.

Bovendien valt volgens Arnold de vraag naar goud uit Azië totaal weg zodra goud 390 dollar per ons kost. Hij weerlegt hiermee het argument van de goudkevers die stellen dat binnen afzienbare tijd elke Chinees kost wat het kost met een gouden ring en dito armband wil rondlopen.

Verder verkopen goudmijnen hun produktie op voorhand bij elke lichte stijging van de goudprijs. Ze verkopen met andere woorden het goud dat ze de komende maanden zullen opdelven tegen de huidige koers. Hetgeen het aanbod verhoogt en de prijs drukt.

Arnold gaat nog een stapje verder. Hij beweert dat het goudaanbod de komende jaren zal stijgen. Centrale banken beschikken nog over een hoeveelheid goud die ze geleidelijk op de markt zullen werpen. Naar de nog niet ontgonnen goudreserves zal weldra ook gegraven worden. Een goudmijn uitbaten is immers een rendabele onderneming. De gemiddelde produktieprijs voor één ons goud bedraagt 240 dollar. De verkoopprijs momenteel zowat 150 dollar meer. De rekening is snel gemaakt.

Ted Arnold gaat voor de komende 12 maanden uit van een stabiele goudprijs (schommelend binnen de enge marges van 375 en 390 dollar per ons).

De goudkevers voorspellen in 1996 de “moeder van alle uitbraken” voor de koers van het edele metaal. De komende maanden zal blijken wie het gelijk aan zijn kant heeft. In het nadeel van de goudkevers speelt alvast dat ze al meerdere jaren met straffe voorspellingen uitpakken. Tot nog toe sloegen ze de bal mis.

Wie goud boven aandelen verkoos, zag de voorbije jaren mooie beurswinsten aan zijn neus voorbijgaan. Om dat recht te zetten, is meer nodig dan een stijging van de goudprijs tot 450 dollar per ons.

Geert Wellens

De maandelijkse “Goudnieuwsbrief” de vertaling van de Amerikaanse “Gold Newsletter” is in België verkrijgbaar bij Eurotrader, 03/772.60.80.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content