Dividend in gevaar

Ilse De Witte
Ilse De Witte Redacteur bij Trends

Aandelen zijn de beste keuze voor beleggers die geloven in het herstel van de olieprijs. Maar kunnn de oliemajors hun dividend blijven betalen?

Particulieren kunnen niet rechtstreeks beleggen in olie. “Maar er is wel een rijkdom aan beleggingsproducten voorhanden”, zegt Boris Cukon, de beheerder van Fuchs Global Natural Resources Flexible Fund. “Elke grote onlinebroker heeft producten om in een waaier van grondstoffen te beleggen. Er zijn trackers en turbo’s om in te spelen op een stijging (long) of een daling (short) van een grondstof. Particulieren kunnen de winst van een stijging of een daling zelfs verveelvoudigen met een hefboom.”

Johan Braem van Solidus Capital noemt die afgeleide producten echter tijdbommen. “De bank verdient meer geld aan die producten dan de beleggers. Het gaat om termijncontracten. Als de termijn verstreken is, moeten ze worden doorgerold. Dat gaat gepaard met aanzienlijke kosten, die vaak hoger zijn dan de stijging van de grondstof.” Cukon beaamt dat. “Je moet rekenen op 10 à 15 procent kosten per jaar, naargelang van de grondstof. Ik heb ooit in tarwe, suiker en koffie geïnvesteerd via afgeleide producten. De suiker- en de koffieprijs stegen explosief, maar de meer gematigde stijging van de tarweprijs werd volledig tenietgedaan door de kosten. Enkel bij goud heb je dat probleem niet. De goudprijs voor kleine hoeveelheden is voldoende hoog, zodat de kosten van de stockage en de verzekering niet zo zwaar wegen. Daardoor kan een goudtracker min of meer de evolutie van de goudprijs volgen en een olietracker niet.” Een kilo goud is meer dan 33.000 euro waard, terwijl een vat olie (119 liter) iets meer dan 30 euro kost.

David Duchi, de energie-expert van KBC Asset Management, voegt eraan toe dat de oliemarkt “in een sterke contango” zit. Doordat het aanbod veel groter is dan de vraag, worden contracten voor de levering op een latere datum steeds duurder. “Die afgeleide producten zijn geënt op oliefutures, zeg maar termijncontracten. Er hoeft geen fysieke levering van olie te gebeuren. De contracten rollen op de huidige markt automatisch door naar duurder contracten.”

Contango is in feite een korting voor de directe levering, backwardation is een premie voor de directe levering. “Als de markt in backwardation is, kun je wel profijt doen”, zegt Cukon. “Maar hoe vaak komt dat voor? Een korte periode van enkele maanden één keer om de vijf jaar.”

Investeren in aandelen

“Wie overtuigd is dat de olieprijs op middellange termijn herstelt, is aangewezen op aandelen van oliebedrijven”, zegt Braem. De analist vraagt zich af of upstreambedrijven als Anadarko Petroleum, Apache, Occidental Petroleum, Marathon Oil en Noble Energy niet stilaan koopwaardig worden, na de pandoering die ze hebben gekregen op de beurs. “Die bedrijven leggen zich alleen toe op de olieproductie. Als de olieprijs opveert, kennen ze ook de sterkste heropleving. In het lopende resultatenseizoen zullen we zien welke het best bestand zijn tegen de lage olieprijs. In mijn ogen bieden de derdekwartaalcijfers weinig houvast, omdat de olieprijs toen nog fors hoger was.”

Volgens Braem is het zaak de evolutie van de cashflow in het oog te houden. Braem: “Er zullen bedrijven kopje-onder gaan, of het minstens heel moeilijk krijgen. De bedrijven die het sterkst staan, blijven aan het einde van de rit als winnaars over. Zij zullen voluit profiteren van het herstel van de olieprijs.”

Upstream en downstream

Voor de voorzichtigere oliebeleggers zijn er ook nog de oliebedrijven die zowel upstream- als downstreamactiviteiten hebben – van het boren naar olie, de raffinage tot de verkoop van olieproducten. Voorbeelden zijn geïntegreerde oliemajors als Exxon Mobil en Chevron. Beleggers kunnen zich bij koersdalingen troosten met het dividend. Maar hoe duurzaam is dat? ConocoPhillips bijvoorbeeld heeft zijn dividend met twee derde verlaagd.

“BP publiceerde ontgoochelende kwartaalresultaten door een onverwacht verlies in de upstreamactiviteiten en een lagere dan verwachte winstbijdrage van de downstreamactiviteiten”, zegt Duchi. “De onderliggende winst in het vierde kwartaal lag 91 procent lager dan in dezelfde periode het jaar daarvoor. Maar we beschouwen die winstuitschuiver als eenmalig. Het dividend wordt gehandhaafd, de investeringen worden verder teruggeschroefd en de kostenbesparingen verder opgedreven. De schuldgraad is iets opgelopen, maar blijft relatief laag, waardoor we geen dividendverlaging vrezen.”

“Exxon Mobil viel positief op, omdat de exploratie en de productie – ondanks een winstdaling met 4,6 miljard dollar – nog altijd winstgevend was in het vierde kwartaal. Bij de upstreamdivisies van de meeste sectorgenoten was dat niet het geval”, luidt de analyse van het beleggersblad Inside Beleggen. “Het grootste beursgenoteerde energiebedrijf kon ook de raffinagemarges optrekken en zo een deel van die winstdaling opvangen. De operationele kasstroom lag hoger dan de kapitaaluitgaven, maar het verschil tussen beide dekt het dividend en de inkopen van eigen aandelen niet volledig. Daarom wordt het inkoopprogramma voor het eerst in vijftien jaar in de ijskast gestopt. Aan het dividend wordt voorlopig niet geraakt. Maar in het lopende kwartaal is de olieprijs verder gedaald, terwijl ook de raffinagemarges in een neerwaartse trend zitten. Beide evoluties zijn ongunstig voor Exxon Mobil en zijn sectorgenoten.”

Historische vergissingen

Shell is Duchi’s topfavoriet in de sector. De winst over het vierde kwartaal dook wel met 44 procent lager. “Het brutodividendrendement bedraagt tegen de huidige aandelenkoers meer dan 8 procent”, stipt Duchi aan. “Hoewel de operationele kasstromen niet volstaan om zowel de kapitaalinvesteringen als het dividend te betalen, vrezen we geen dividendverlaging. Dat komt door de sterke balans, de mogelijkheid om meer activa te verkopen en de aantrekkende kasstromen de komende jaren.” Braem is niet zo’n fan van Shell, omdat het bedrijf enkele historische vergissingen heeft gemaakt, die miljarden kosten. Zo was er het afgevoerde project op de Noordpool en de mislukte poging om in de Verenigde Staten schalieolie uit de grond te halen. Bovendien torst Shell een nettoschuld van 27 miljard dollar en moet het in penibele marktomstandigheden de overname van BG voor 50 miljard dollar afronden.

Ook over het dividend van Total maakt Duchi zich geen zorgen. Total publiceerde zijn jaarresultaten daags nadat dit nummer ter perse is gegaan, maar CEO Patrick Pouyanné verklapte onlangs dat de winst over 2015 zo’n 20 procent lager zal uitvallen. Duchi: “De lagere winsten uit de olieproductie worden deels gecompenseerd door goede resultaten in raffinage en petrochemie. Total is de grootste speler in olieraffinage in Europa en kon zo optimaal profiteren van de recordraffinagemarges in 2015, geholpen door de sterke vraag naar olieproducten en de lagere energiekosten.”

Ilse De Witte

“Aan afgeleide producten verdient de bank meer geld dan de beleggers”

Johan Braem, Solidus Capital

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content