De werkelijke waarde van een start-up

Financiers bepalen de waarde van een start-up vaak strikt financieel. Consultant Carl-Alexandre Robyn geeft advies om de werkelijke waarde van een start-up te bepalen.

Bijna 98 procent van de starters heeft geen idee van de waarde van zijn onderneming, schat Carl-Alexandre Robyn. De consultant doet dat op basis van zijn ervaring als algemeen directeur van het kabinet Valoro, dat gespecialiseerd is in de waardebepaling van piepjonge bedrijven op zoek naar kapitaal. Hij schreef een boekje over waardebepaling voor dummy’s (Que vaut ma start-up?).

1. Geloof de investeerder niet blindelings

“Als een beginnend bedrijfje geld nodig heeft, vertrouwt het vaak te veel op de financiers om de waarde van de onderneming te bepalen”, zegt Robyn. “Het is een beetje alsof je tijdens de drooglegging aan Al Capone zou hebben gevraagd om de politieagenten op te leiden.”

Geldschieters hanteren hun logica: ze leggen hun visie op omdat ze weten dat de meeste starters niet in staat zijn goed in te schatten hoeveel hun jonge bedrijf waard is. De waardebepaling van de financiers is vaak strikt financieel en beantwoordt niet aan de werkelijkheid.”

2. Kijk vanuit meerdere invalshoeken

Vraag bij de uitwerking van een businessplan eerst en vooral hulp aan de traditionele gesprekspartners als boekhouders, banken en de openbare startersbegeleiding. Zij zullen twee of drie klassieke methodes aanreiken. Neem ze niet meteen voor waarheid aan. “Laat je vooral niet vastpinnen op die traditionele methodes, want het gaat vaak om technieken die hun nut hebben bewezen voor gevestigde bedrijven”, zegt Robyn.

Waardebepaling is een hachelijke oefening die voor pas opgerichte bedrijven meer weg heeft van kunst dan van wetenschap. De kans dat de prognoses morgen helemaal fout zijn, is erg groot omdat start-ups geen verleden hebben. Dan vindt Robyn de tijd gekomen om langs te gaan bij businessangelsen potentiële investeerders om meer te leren over hun evaluatiemethodes. Vervolgens giet je al die evaluatiemethodes in een shaker, je schudt krachtig en je probeert er een zo relevant mogelijk gemiddelde uit te distilleren.

3. Verwaarloos de irrationele kant niet

Bij het berekenen van de waarde, maar ook in de relatie met potentiële geldschieters tellen niet alleen de cijfertjes. “Er een goed gevoel bij hebben, is essentieel. Investeerders huldigen mathematische benaderingen, hoewel die ter discussie staan. Een businessplan is daarbij een reflex, maar het is haast een verouderd paradigma omdat de situatie er binnen drie of vier maanden totaal anders kan uitzien. In werkelijkheid hangt alles af van de motivatie, de strijdlust en de vastberadenheid van de starter.”

De inhoud van de antwoorden die de starter geeft op de vragen van potentiële investeerders is uiteraard belangrijk, maar de vorm telt evenzeer. Een starter kan zich maar beter goed voorbereiden op de vragen die ongetwijfeld komen en de presentatie van zijn troeven en zwakke punten goed inoefenen.

“Ervaren investeerders testen dat.” Vragen die altijd en overal terugkeren: hoe is je team samengesteld, vullen die mensen elkaar aan, wat heb je vroeger al verwezenlijkt — zowel succesverhalen als mislukkingen –, wat heb je voor op de concurrentie of is de geboden oplossing aanpasbaar.

Afgaan op je gevoel is niet per se hetzelfde als mikken op emoties. Het heeft geen zin om de emmers zweet, de jaren hard labeur, de hypotheek op je woning en het loon dat je als bedrijfsleider niet hebt uitgekeerd mee in rekening te brengen. Dat is in de ogen van doorgewinterde investeerders een ronduit belachelijke argumentatie.

4. Wees realistisch

Het is zinloos de waarde van een start-up kunstmatig op te blazen, al is onderschatting evenzeer uit den boze. “In het eerste geval zullen de investeerders weglopen. In het tweede geval zullen ze de controle overnemen waardoor de ondernemers hun motivatie dreigen te verliezen”, zegt Robyn.

Realiteitszin is een must om bij het gevraagde bedrag het juiste aantal aandelen te bepalen. “Vaak snappen starters het oorzakelijke verband niet, terwijl het nochtans om een eenvoudige regel van drie gaat.” Een voorbeeld: twee jaar na de oprichting van hun hightechbedrijfje halen de stichters 1,2 miljoen euro op in ruil voor een deelname van 2,2 procent in het kapitaal. De waarde van hun onderneming bedroeg dan al bijna 60 miljoen euro. Tijdens een tweede kapitaalronde gaan ze op zoek naar nog eens 10 miljoen, in ruil voor 5 procent van de aandelen. Dat betekent dat ze hun onderneming op dat moment 200 miljoen euro waard achten. “Dat is totaal onrealistisch.”

Het is ook beter om goed te beseffen dat geldschieters bepaalde verwachtingen koesteren. Uiteraard hebben ze allemaal verschillende drijfveren, maar er zijn er slechts heel weinig die bereid zijn hun geld in een start-up te stoppen zonder er iets voor terug te krijgen: een zitje in de raad van bestuur, een rol als mentor, een voltijdse operationele functie, misschien zelfs de post van CEO.

Wees ook realistisch over de kritische blik die investeerders werpen op de waardebepaling, hoe waterdicht die ook is. Geldschieters bekijken de prognoses die starters hun voorschotelen meestal sceptisch en deinzen er niet voor terug om die neerwaarts bij te stellen. Soms met 20 tot 40 procent.

MÉLANIE GEELKENS

“In werkelijkheid hangt alles af van de motivatie, de strijdlust en de vastberadenheid van de starter”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content