De vlam is weer in de pijp

Wolfgang Riepl
Wolfgang Riepl redacteur bij Trends

Dit weekend, tijdens de Grote Prijs Formule 1 van België, zullen de motoren weer brullen in Francorchamps. En ook sigarettenmerken zullen opnieuw prominent op de glimmende bolides prijken, ondanks het verbod op tabaksreclame. Want de sigaret wordt dan wel verketterd, de sector is het verdomhoekje beu. En start een charmeoffensief.

Terwijl dit weekend de motoren brommen en grommen in Francorchamps, zwoegen in Wervik de tabakstelers op hun akkers. Nog amper 260 planters waren in 1998 goed voor 1300 ton tabak. In 1988 haalden 400 telers 2000 ton. De tabaksteelt verdwijnt dus geleidelijk uit België. Het arbeidsintensieve karakter is de achilleshiel. In het oogstseizoen zijn tot 2000 mensen aan de slag, maar de landbouwers vinden nauwelijks seizoenarbeiders of studenten – die meestal opzien tegen de zware handenarbeid.

1. De productie dooft uit

Met de productie van sigaretten in België loopt het al evenmin lekker. De laatste der Mohikanen is de Britse multinational British American Tobacco ( BAT), die in totaal 680 werknemers telt. Het bedrijf produceert in Sint-Jans-Molenbeek 8 miljard sigaretten; in Merksem, bij het dochterbedrijf Tabacofina-Vander Elst, nog eens 5,5 miljard. BAT Belgium is het nummer twee in België, met een marktaandeel van bijna 37%. Het nummer één, Philip Morris, is goed voor 43% van de markt en heeft alleen een verkoop- en marketingkantoor in België.

In de sigarettenmarkt zijn alle nichespelers verdwenen. Die zijn wel nog te vinden in de markt van de sigaren, waar de beroepsfederatie Fedetab 35 leden telt. Maar de consumptie van sigaren daalt fel: 1998 haalde nog nauwelijks 40.000 exemplaren, een daling in één jaar met 8%.

2. De overheid rookt mee

Ondanks de continue afbouw van de productie, blijft de tabakssector dé melkkoe voor de overheid. De fiscale druk is, op de Verenigde Staten na, in alle industriestaten zeer hoog. In eigen land bedraagt hij 75%. De opbrengsten uit tabak voor de overheid stijgen elk jaar. Accijnzen en BTW brachten in 1986 35 miljard frank op; in 1998 klom dat bedrag naar bijna 63 miljard frank, waarbij sigaretten goed zijn voor 50,5 miljard frank. De fiscaliteit op sigaretten is daarmee goed voor 2,5% van de totale lopende ontvangsten van het land. De prijs voor een pakje sigaretten blijft trouwens met zevenmijlslaarzen vooruitgaan. Sinds eind jaren tachtig steeg de prijs met 88%, terwijl het indexcijfer van de consumptieprijzen in diezelfde periode met een kwart steeg.

3. De roker wordt hoffelijk

Het is voor de overheid niet moeilijk om die fiscale druk te verantwoorden. Volgens cijfers van de Wereldgezondheidsorganisatie maakte de sigaret in 1955 in de geïndustrialiseerde wereld een half miljoen slachtoffers. In 1996 klom dat cijfer naar anderhalf miljoen. De overheid vaardigt steeds strengere wetten uit om de consumptie van het legale genotsmiddel te beperken. Vooral in de Verenigde Staten wordt de sigaret verketterd. Roken is verboden in restaurants, openbare gebouwen, sportstadions, zelfs in sommige parken. Werkgevers ontslaan werknemers, omdat ze roken buiten de werkomgeving. Roken wordt een essentieel element voor het hoederecht over kinderen in Amerikaanse echtscheidingsprocessen.

“De sector heeft zich te lang in het verdomhoekje laten plaatsen,” analyseert Paul Broeckx, voorzitter van de vzw Informatie- en Documentatiecentrum over Tabak ( IDT). “Dat vals beeld stemt niet overeen met de realiteit, want in België rookt 23% van de bevolking. Het gaat dus om veel consumenten. We willen als sector niet langer wenen aan de zijlijn, maar proactief naar buiten treden.” Dat doet Fedetab met zelf betaalde ontradingscampagnes voor jongeren. Het “Charter van de Tabak” staat bol met boodschappen over hoffelijkheid. En roken heet voortaan een zaak van genot voor “geïnformeerde volwassenen.”

4. Advocaten inhaleren ook

Rechtszaken in de Verenigde Staten hebben de tabakssector immers wakker geschud. Driehonderd miljard frank, of 600 miljoen frank per persoon. Dat is het bedrag dat de 500 advocaten in de Verenigde Staten verdienden aan rechtszaken tegen tabaksfabrikanten, volgens een berekening van de Amerikaanse Federal Trade Commission.

In november 1998 dacht de tabakssector komaf te maken met de vervolgingen. De industrie en de Amerikaanse deelstaten bereikten een akkoord. In ruil voor het afzien van verdere rechtszaken, hoest de tabakssector 9100 miljard frank op, gespreid over 25 jaar. Dat bedrag wordt gefinancierd door een hogere prijs voor een pakje sigaretten.

Maar: het akkoord geldt alleen tussen de industrie en de deelstaten. Individuele rechtszaken gaan ongestoord verder. In maart kregen de familieleden van een man, die veertig jaar Marlboro rookte en aan longkanker overleed, 1,2 miljard frank uitgekeerd. Begin juli gaf een rechtbank in Miami, Florida, honderd rokers en ex-rokers gelijk. Als die uitspraak in beroep wordt bevestigd, zal ze de industrie 7400 tot 18.500 miljard frank kosten.

“In België zijn er nog geen schadeclaims ingediend,” slaakt Paul Broeckx een zucht van verlichting. “Het rechtssysteem in Europa en de Verenigde Staten is totaal verschillend. Artikel 1382 van het Burgerlijk Wetboek zegt dat je de oorzaak van de schade moet kunnen aantonen.” Andere remmende factoren zijn de betere sociale bescherming, en het feit dat in een aantal landen tabak nog steeds een staatsmonopolie is.

5. Jongeren roken meer

De Verenigde Staten verkettert de sigaret, in België richten de campagnes tegen het roken zich vooral naar de jongeren. Het helpt niet: want de wereldwijde consumptie blijft in de Verenigde Staten sinds 1993 stabiel, met 460 miljard stuks. In België rookt één Vlaming op vier. Maar vooral jongeren grijpen naar het legale genotsmiddel: vier jongeren op tien bij de 18- tot 24-jarigen zijn rokers. Vergelijk: slechts één op tien 65-plussers rookt. Jongeren worden immers steeds meer gelokt door een product dat alom in de ban wordt geslagen.

Die stijgende trend bij de jongeren zorgt in België sinds 1994 voor een stabiliserende markt. In 1982 werden 18 miljard sigaretten verkocht, in 1994 13 miljard. De markt van de sigaretten kent sinds twee jaar zelfs een sterke groei, met 6% per jaar. Dit is volledig te verklaren door het feit dat Britten massaal in onze kustgemeenten rookwaar komen inslaan. In Groot-Brittannië inhaleert de overheid 80% van de prijs van een pakje, in België is dat driekwart. De verkoop van typisch Britse merken kent een sterke groei, de Belgische toppers gaan er niet op vooruit. De markt in België is overigens sterk geconcentreerd: de topvijf is goed voor een aandeel van 70%. Marlboro is het nummer één, dan volgen Barclay, Bastos, Belga, en L&M. Camel, prominent aanwezig in het straatbeeld, komt in dit rijtje niet voor. “Nog maar eens een bewijs van de relatieve waarde van reclame,” bedenkt Paul Broeckx.

6. Verbod op reclame

De Belgische overheid denkt daar evenwel anders over. Sinds 1 januari 1999 is alle tabaksreclame verboden. In de andere landen van de Europese Unie geldt het verbod vanaf 30 juli 2001, met een uitdovende regeling tot 2006. Vanaf 2007 geldt een totaal verbod, ook voor Formule 1-wedstrijden. Maar het Waals Parlement vond dat het door de federale overheid werd gepakt op snelheid. Wallonië wil het Europese ritme volgen. En zette op 16 december 1998 het licht op groen voor een decreet dat sponsoring voor tabaksproducten toelaat op het circuit van Francorchamps. Het decreet verscheen op 29 juni in het Staatsblad, het Arbitragehof moet zich nog uitspreken over dit bevoegdheidsconflict tussen de federale en de gewestelijke overheid.

Maar de organisatoren van de Formule 1 zullen zo lang niet wachten. Zij zijn al geruime tijd op zoek naar sponsors uit andere industrietakken, die vanaf 2007 de tabaksproducenten moeten vervangen. Benson & Hedges, British American Tobacco, Japan Tobacco, Philip Morris, Rothmans International, en West betaalden dit jaar 20 miljard frank sponsorgeld voor de racesport. Alle andere sponsors zijn samen slechts goed voor de helft van dit bedrag. Formule 1 is nu eenmaal gefundenes Fressen voor de tabak: de sport is viriel, bereikt hoofdzakelijk de rokende leeftijdscategorieën, en is bij uitstek internationaal.

Maar ook sponsors uit andere industrietakken winnen aan belang. Vooral informatica en telecommunicatie schuiven in dichte drommen aan. Hewlett-Packard, Siemens, Sun Microsystems, en Telecom Italia heten de nieuwe geldschieters. Zij koppelen de snelheid van Formule 1 aan de innovatieve kracht van hun spitstechnologie. Want glimmende bolides vlammen net zo snel als flitsende netwerktechnologie.

WOLFGANG RIEPL

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content