De vakbonden zijn niet meer mee

Vreemd toch, al de argumenten waarmee de vakbonden de voorbije maanden hebben geprobeerd de tijdelijke werkloosheid voor bedienden tegen te houden. Een van de meest aangehaalde bezwaren is de last die het systeem op de sociale zekerheid zou leggen. Een uitbreiding van de tijdelijke werkloosheid zou de kostprijs doen oplopen tot 1 miljard euro, wat nog een dieper gat zou slaan in de sociale zekerheid.

Pro memorie: minister van Sociale Zaken Laurette Onkelinx (PS) voorspelde dat de sociale zekerheid dit jaar een deficit van 1,8 miljard euro zou vertonen. Dat uitgerekend de vakbonden waarschuwen voor de budgettaire dijkbreuk in de sociale zekerheid, is hypocriet. De voorbije jaren hebben zij zich nooit vragen gesteld toen de RSZ-uitgaven maar bleven toenemen. Een debat over de toekomst van de sociale zekerheid was taboe, tenzij het over een stijging van de uitgaven ging. Dat mocht geen probleem zijn.

Uit onderzoeken van het Planbureau blijkt dat de vakbonden de welvaartvastheid van de uitkeringen maximalistisch hebben ingevuld. Een legitieme eis – de verhoging van de laagste uitkeringen – werd zo ruim toegepast dat hij de sociale zekerheid onnodig heeft bezwaard. Wie zich daar toen vragen bij stelde, werd onmiddellijk de mond gesnoerd.

De syndicale bezwaren tegen tijdelijke werkloosheid voor bedienden klinken dan ook weinig geloofwaardig en leggen vooral een interne malaise in de vakbonden bloot. Het verzet is in eerste instantie het gevolg van een vakbondstop die de centrales en de achterban totaal niet meer onder controle heeft. Overigens hebben de luidst roepende centrales (onder andere de bediendebonden) hun slag thuisgehaald. Het stelsel van tijdelijke werkloosheid dat nu is ingevoerd, mag niet eens die naam dragen en is bijvoorbeeld enkel van toepassing op bedrijven wier omzet met minstens 20 procent is gedaald. Ook moeten de vakbonden hun fiat geven. Dat zal wegen op het sectorale bediendeoverleg dat nu bezig is.

Werkgeversorganisaties toonden zich niet ontevreden, maar eigenlijk is het nieuwste plan van de regering een mager beestje en een eind verwijderd van de algemene cao die werkgevers wensten. Het is bovendien zeer de vraag of deze lightversie van tijdelijke werkloosheid de verhoudingen tussen de sociale partners zal verbeteren. Wie dacht dat de vakbondstop met dit dossier zijn les geleerd had en nu zal overgaan tot het disciplineren van de ba-lorige achterban, vergist zich. In de hoop om toch in de gunst te komen van de meest radicale elementen wordt een archaïsch discours gehanteerd. ABVV-voorzitter Rudy De Leeuw stelde op 1 mei zelfs een vierdaagse werkweek voor met loonbehoud als alternatief voor werktijdverkorting.

Het bewijst dat de vakbonden echt niet meer mee zijn. Zulke methodes – arbeidsduurvermindering met loonbehoud – werden in een vorig tijdperk (in 1981!) al eens in Frankrijk uitgeprobeerd door president François Mitterrand en zijn socialistisch-communistische regering. Dat socialisme in één land mislukte, en in een paar jaar tijd moesten onze zuiderburen drie devaluaties doorvoeren. Dat vakbonden nog steeds een discours houden waarbij herverdeling van de arbeid centraal staat, is onbegrijpelijk. Ze denken nog altijd dat er een vast aantal jobs bestaat dat herverdeeld moet worden onder de bevolking. Een theorie die nochtans al jaren door de feiten is achterhaald. (T)

Door Alain Mouton

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content