De technologieën van de toekomst

Welke doorbrekende technologieën moet u als ondernemer de komende vijf à tien jaar in de gaten houden? Agoria Vlaanderen en Incentim maakten de eerste technologische verkenningsstudie voor Vlaanderen. Trends kon ze inkijken.

Vandaag broedt in laboratoria wat morgen de markt zal veroveren. Daarom is het lang geen gekke oefening om na te kijken welke technologieën een bedrijfsleider de komende tien jaar best in de gaten houdt als hij de boot niet wil missen. Dergelijke studies zijn gemeengoed in het buitenland, maar in België is het onontgonnen terrein. Agoria Vlaanderen zorgde voor de primeur door bij Incentim, een denktank van KU Leuven Research & Development, zo’n technologische toekomststudie te bestellen. Een gewaarschuwde Agoria-sector is er twee waard, is de onderliggende redenering. “We moeten wat proactiever proberen te denken,” zegt Wilson De Pril, directeur-generaal van Agoria Vlaanderen.

De resultaten van het Incentim-project, onder leiding van professor Koenraad Debackere, werd afgelopen maandag voorgesteld op een druk bijgewoonde jaarvergadering van Agoria Vlaanderen. “We trachten de toekomst niet te voorspellen. Noem het liever een verkenning van de technologische evolutie,” aldus Debackere.

Een glazen bol hebben de vorsers niet, wél andere verkenningsrapporten uit het buitenland en interviews met een vijftigtal technologie-experts in België. Voorts werden aan de hand van vragenlijsten 120 expertopinies verzameld. In de studie Technologies for the Future, Looking a Decade Ahead brachten ze in kaart rond welke technologieën veelbelovende Onderzoek & Ontwikkeling (O&O) bezig is. Ook bekeken de specialisten hoe groot de impact op de Agoria-sectoren in de komende vijf à tien jaar kan zijn. Het volledige rapport kunt u inkijken op de website van Trends en Agoria Vlaanderen.

Geen sciencefiction

En jawel, u zult straks tegen uw koelkast kunnen praten. De brandstofcel zal de verbrandingsmotor langzaam verdringen. Al gehoord van het semantische web? Of kijk uit naar ambient intelligence technologies en nanotechnologie, een van de meest veelbelovende technologieën aan het begin van deze eeuw.

“Soms staat de technologie al verrassend ver. Neem nanotechnologie: daarvan is al een product op de markt. VitreloyTM, een materiaal ontwikkeld door het Amerikaanse Howmet Corp, is dubbel zo hard, flexibel en sterk als staal. Dat betekent niet dat er tegen 2005 een massamarkt op basis van nanotechnologie zal zijn, maar toch dat het niet tot 2050 zal duren. Bedrijven houden daarom nanotechnologie best in de gaten,” zegt Bart Van Looy, co-auteur van de studie.

“Er is ook een enorme evolutie op het vlak van recyclage. Duurzaam ondernemen is geen loos begrip,” zegt Koenraad Debackere. Voor topbedrijven mogen in de studie eigenlijk geen verrassingen staan, anders zit hun O&O-beleid mogelijk op een verkeerd spoor.

De verkenningsstudie gaat ook dieper in op de technologische evoluties in een aantal domeinen zoals life sciences of informatie- en communicatietechnologie (ICT). Bijwijlen leest dat als sciencefiction, soms gaat het dan weer om technologie die al lang aangekondigd is, maar op zich laat wachten. En er zijn comebacks te verwachten, zoals die van kernenergie. Maar een versnelling van de technologische evolutie ziet Koenraad Debackere niet: “Ik ben daarvoor op mijn hoede. Van de stoommachine tot nu, technologie gaat stap voor stap vooruit.”

De studie brengt ook de technologische kruisverbanden in kaart die tussen de Agoria-sectoren bestaan. Zo verweeft datatransmissietechnologie verschillende sectoren met elkaar. “Technologie wordt een gemeenschappelijke noemer over de sectoren heen. Het initiatief Flanders Drive is een voorbeeld van die verwevenheid,” zegt Debackere. De conclusie voor de bedrijven ligt voor de hand: “Steek over de sectoren heen de koppen bij elkaar, want niet iedereen kan alles opvolgen. En voor de kleinere bedrijven, vooral zij die geen O&O-afdeling hebben, komt het erop aan team te vormen met de grote bedrijven. De KMO’s moeten in elk geval weten dat dergelijke studies bestáán. Het is nuttig een soort technologiewacht op te richten. Nu kunnen ze al advies krijgen over de best beschikbare technologie. Het is maar een kleine stap naar advies over wat de best beschikbare technologie kan worden,” aldus Debackere.

Achterstand op buurlanden

De Vlaamse economie is niet de eerste van de klas als het op technologische innovatie aankomt. Vlaanderen spendeerde in 1999 gemiddeld 1,93% van zijn bruto binnenlands product (BBP) aan O&O. Duitsland, Nederland en Frankrijk gaven er in 1998 gemiddeld 2,23% aan uit, en in 1999 gemiddeld 2,3%. De Scandinavische landen doen nog beter.

Agoria stelt dat niet graag vast. Wilson De Pril: “Gezien onze kostenstructuur is innovatie van groot belang om tot welvaart te komen.” Debackere beaamt: “Er zijn aanwijzingen dat de stijging van de productiviteit en dus de welvaart gelinkt is met investeringen in O&O.”

Zowel de overheid als de bedrijven geven in vergelijking met de buurlanden minder uit aan O&O, met die kanttekening dat de overheid in Vlaanderen slechts een derde van de O&O-investeringen voor haar rekening neemt; rondom ons is dat 40%. De Vlaamse regering maakt op de begroting voor 2002 wel ruim 37 miljoen euro (1,5 miljard frank) extra voor O&O vrij, maar dat is niet genoeg om de achterstand goed te maken. Daar zou tot het einde van de regeerperiode gemiddeld zo’n 186 miljoen euro (7,5 miljard frank) per jaar extra voor nodig zijn. Agoria is realistisch en tevreden met 62 miljoen euro (2,5 miljard frank) extra O&O-kredieten per jaar op de Vlaamse begroting.

Ook de ondernemingen moeten op hun beurt een inspanning leveren om de kloof met het buitenland te dichten. Volgens Agoria is daar de helft tot twee derde van de extra overheidsbijdrage voor vereist.

Een doemverhaal wil Debackere echter niet ophangen: “Bedrijven moeten de technologie die in het buitenland opgang maakt in het vizier houden. O&O is een wereldwijd gegeven. Alleen hebben bedrijven, door te weinig in O&O te investeren, een lage absorptiecapaciteit voor nieuwe technologieën. Dáár knelt het schoentje.”

Ook kleintjes kunnen winnen

Het mag ook gezegd worden dat een aantal Vlaamse bedrijven aan de technologische top staan en kennis creëren in plaats van louter te volgen. Picanol in instrumentatie, LVD in perstechnologie, Bekaert en Umicore in materialen, LMS in instrumentatietechonologie of Verhaert in design kunnen als voorbeeld dienen, al gaat het telkens om nichespelers. Vaak staan KMO’s immers tegenover giganten, en alleen die groten kunnen zich bijvoorbeeld op het vlak van halfgeleiders nog de peperdure onderzoeksinvesteringen veroorloven. “Maar die dominantie is een voedingsbodem voor competing technologies op kleine schaal. Neem globalisering dus met een korrel zout,” zegt Debackere.

Als ondernemer vergeet u beter niet om tijdig uw businessplan te herschrijven. Servitisatie, het in toenemende mate verkopen van producten in de vorm van geïntegreerde diensten, zal doorbreken. Tot 80% van het productieproces zal in de toekomst uitbesteed worden. Dat is maar één aspect van de nieuwe relaties die tussen bedrijven en stakeholders zullen opborrelen. Winst en risico zullen bijvoorbeeld bij steeds meer transacties gedeeld worden. “Nu kopieert een onderneming vaak nog een generiek bedrijfsmodel. In de toekomst zullen er steeds meer unieke modellen zijn, met een eigen combinatie van technologieën en eigen vormen van klant- en leveranciersrelaties. Daaruit volgt een fragmentatie en deconcentratie van bedrijven en sectoren. Waarom zou Nokia geen klant van Bekaert kunnen worden?” zegt Debackere. Wordt vervolgd. Hopelijk ook voor u.

Daan Killemaes

Het volledige Agoria/Incentim-rapport: ‘Technologies for the Future, Looking a Decade Ahead’.

Als bedrijfsleider houdt u best de nanotechnologie in de gaten.

Tot 80% van het productieproces zal in de toekomst worden uitbesteed.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content