DE TAALAPOSTEL

Voor Rudy Montigny (48 j.) is het net alsof hij met een teletijdmachine door de laatste informaticadecennia is gezoefd. Zo sterk is het landschap waarin zijn cv-pad kronkelt veranderd. Nauwelijks zes jaar geleden – op oudejaarsavond, 31 december 1992 – zette de Belg in zijn kantoor in San Francisco zijn krabbel onder het document voor de overname van de Californische firma Reference Software door het (toenmalige) WordPerfect. Prijskaartje van de deal: 19,5 miljoen dollar.

Rudy Montigny was er general partner en vice-president. Hij specialiseerde zich in de aanmaak – op taalkundige basis – van software voor grammatica- en spellingcontrole. Twee jaar later slorpte Novell op zijn beurt WordPerfect op.

Anno 1998 wordt het taallabo van Rudy Montigny, gevestigd in Berchem en zo’n 30 man sterk, opnieuw overgenomen. Het wordt ingepast in het organigram van Lernout & Hauspie Speech Products ( L&HSP). De expertise van deze afdeling zal nu verzilverd worden om dé taalinterface van de toekomst te ontwikkelen: de Natural Language Technology, in vaktermen.

Het drieletterwoord NLT is – zo wordt gehoopt – het entreekaartje van het Ieperse spraaktechnologiebedrijf L&HSP voor de 21ste eeuw. Want door natuurlijke taaltechnologie zal elke pc of elk elektronisch toestel in staat zijn om complexe dialogen te begrijpen en te beantwoorden, en dit op een spontane en menselijke manier.

Met deze overname wordt een definitief punt gezet achter het jarenlange vruchteloze gependel van “taalapostel” en intrapreneur Rudy Montigny tussen zijn basis in Berchem en de kantoren van Novell/WordPerfect in Orem, Albuquerque en Provo. “We vielen telkens uit de boot,” blikt hij met wrange glimlach terug. “Hoe goed onze technologie ook was, we pasten niet in de strategische focus van deze bedrijven.”

Een typische anekdote illustreert dit. Toen het 30-tal linguïsten en softwarediscipelen van Montigny er vorige zomer in slaagde om een “100% Pure Java Certification” te krijgen voor hun softwareplatform voor spellingcontrole, zonden ze trots een e-mail naar Novell-topman Eric Schmidt om dit te melden. “Wonderful!” was het korte antwoord van de grote baas. Prompt zond een collega van Rudy Montigny hierop een e-mail rond met de volgende ironische opmerking: “Hey, we received three syllables from the big guy (plus an exclamation point). We’re definitely in the big league now!”

Het ging bij Novell van kwaad naar erger. Toen de Amerikaanse netwerkspecialist vorig jaar een nettoverlies bekend maakte van 78 miljoen dollar op een omzet van 1 miljard dollar, kreeg de Advanced Technology Division van Montigny in Berchem de duimschroeven nog sterker aangedraaid. De lokale omzet van 15 à 20 miljoen dollar in 1996 – “Onze kosten bedroegen nauwelijks 5 miljoen dollar. We waren dus ruim winstgevend,” aldus Rudy Montigny – kwijnde fors weg tot iets minder dan 2 miljoen dollar in ’97.

Iedereen besefte dat het zo niet verder kon. Een verkoop wenkte. Gereputeerde namen als IBM en Microsoft toonden interesse. Maar de (naar verluidt) erg hoge financiële eisen van Novell fnuikten de onderhandelingen. Uiteindelijk sleepte L&HSP een “deal” in de wacht: een gratis overname van de hele taaldivisie in ruil voor latere royalty’s en een strategische alliantie met Novell. Op die manier krijgen de 10 miljoen gebruikers van het documentbeheerplatform GroupWise toegang tot de vertaaltechnologie van L&HSP – een “win-win” situatie voor beide marktspelers, zo bleek uit de persmededeling.

Grote visionaire toespelingen zijn aan Rudy Montigny niet besteed. “Eigenlijk wordt mijn carrière door toeval gedicteerd,” merkt hij nederig op. En toch. De voorbije twee decennia schraapte deze technologische einzelgänger alle cruciale puzzelstukjes bijeen die nu de ingrediënten vormen voor een potentieel succes in de taal-alliantie met L&HSP.

In de vroege jaren ’70 tuimelde hij, met een RUCA-diploma economie op zak, in de informatica toen zijn werkgever Securitas een 360/30-computer van IBM in het bedrijf installeerde. “Van de weeromstuit werd ik systeemanalist,” vertelt Montigny.

In 1979 startte hij met twee vennoten een eigen softwarefirma op, GMV Datasystems, die zes jaar later werd doorverkocht aan CIGASS, een kleindochter van de Generale-groep. Eén van zijn medewerkers, een linguïst, had toen een tekstverwerker voor de HP3000 in elkaar geknutseld. “We zagen daar een markt in en stampten samen het Amerikaanse Soft-Art Inc. uit de grond. Ik dweilde de VS af van Texas tot Californië, maar merkte al gauw dat er veel meer interesse was voor onze software voor automatische woordsplitsing.”

Een nieuw marktsegment was geboren. Klanten als Wang, Prime, Data General en IBM gebruikten ook gretig de spellingsoftware van Soft-Art en zorgden voor een stabiele jaaromzet van 2 à 3 miljoen dollar. Eind ’88 deed hij echter zijn 50%-belang van de hand om naar België terug te keren, voor zijn vrouw en twee kinderen.

Rudy Montigny zocht en vond een nieuwe zakenpartner in Donald Emery, voorzitter van Reference Software, voor wie hij de Europese tak van het bedrijf ging uitbouwen. Uiteindelijk ging hij dan toch in San Francisco wonen om er O&O-directeur te worden. “WordPerfect werd daar onze grootste klant, goed voor een verkoopsomzet van 30 miljoen dollar in drie jaar tijd,” herinnert hij zich. Glimlachend: “Tot iemand bij de tekstverwerkingsgigant wakker schoot en besefte dat Reference beter kon worden overgenomen.”

Het was bij WordPerfect dat de taalexpert Rudy Montigny ook het marktsegment electronic publishing onder zijn bevoegdheid als vice-president O&O kreeg. Hierdoor sloot hij lucratieve samenwerkingsakkoorden af met uitgevers als Random House, Harper-Collins of (in de eigen regio) de woordenboekenspecialist Van Dale. “We kregen er ook toegang tot hun gigantische databanken – een morfologische schat die de linguïsten van L&HSP ten zeerste van pas zal komen.”

Voeg daarbij de knowhow in meertalige zoek- engines die Rudy Montigny en zijn taallabo bij Novell ontwikkelden. Ook hier zijn de mogelijkheden voor synergie met de plannen van L&HSP voor automatische vertaal- en zoeksystemen op het Internet en Intranet legio. Kortom, het lijkt wel alsof de Vlaamse hightech-wereld met de L&HSP-deal een verloren gewaande zoon terug heeft binnengehaald.

PIET DEPUYDT

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content