De Renaissance in het Vaticaan

In de 16de eeuw legden vier pausen zich erop toe het Vaticaan uit te bouwen tot een oord van macht en cultuur. Een tentoonstelling in Bonn schetst die geschiedenis.

Kende de Renaissance haar hoogtepunt in het pontificale Rome? In de Kunst- und Ausstellungshalle van Bonn wordt daar alvast met een ‘ja’ op geantwoord, en dat aan de hand van een overzicht van vier pontificaten die van 1503 tot 1534 een uitzonderlijke artistieke en culturele bloei tot stand brachten.

De pauselijke vorsten die, door een beroep te doen op de kunstenaars van hun tijd, poogden hun geestelijke en wereldlijke macht op het christendom te vestigen, waren Julius II, Leo X, Hadrianus VI en Clemens VII. Hoewel zijn ‘regering’ slechts kort was (nog geen twee jaar), is Hadrianus het vermelden waard omwille van zijn band met onze contreien. Hij was immers theoloog in Leuven en huisleraar van Karel V. Van Julius II herinneren we ons vooral dat hij een krijgshaftige paus was en dat hij de beschildering van het plafond van de Sixtijnse kapel toevertrouwde aan Michelangelo. Ook Rafaël werd aan het werk gezet door Julius II, maar ook door Leo X, een groot muziekliefhebber, componist en stichter van de Romeinse Sapienza-universiteit. Clemens VII van zijn kant, moest toezien hoe de troepen van Karel V Rome plunderden in 1527, maar ook hij deed een beroep op Michelangelo, en op Sebastiano del Piombo.

De musea van het Vaticaan, de Biblioteca Apostolica Vaticana en de grote Europese musea (Louvre, Prado enzovoorts) verleenden hun medewerking bij het samenbrengen van een brede waaier kunstwerken uit die dertig luisterrijke jaren. Wandtapijten, profane beeldhouwwerken en religieuze sculpturen, edelsmeedkunst, munten, genreschilderijen en portretten, zeldzame tekeningen en prachtig verluchte manuscripten getuigen van de pauselijke grootsheid. Ook de muziek werd niet vergeten: niet alleen vallen er koraalboeken te bekijken, door een koptelefoon kan u ook tijdens de hele rondgang naar de muziek luisteren. De gewelven van de Sixtijnse kapel worden weergegeven op grote schermen. Hier valt het oog op een olie op paneel van Rafaël, daar op architectentekeningen van de privé-vertrekken van de pausen, weer iets verder op de werken van Cranach de Oude, Dürer, Leonardo da Vinci, Piombo, … Als inleiding worden de antieke maskers uit de privé-collectie van Julius II ten tonele gevoerd, wat meteen aantoont dat het christelijke Rome profijt trok uit zijn keizerlijke voorloper. Het is evenwel jammer dat deze geschiedenisles eerder erudiet dan artistiek is… en dat de aanduidingen, evenals de catalogus, enkel in het Duits zijn. Zelfs ten tijde van Karel V werd eruditie al omgezet in verschillende talen…

“Hochrenaissance im Vatikan”, Kunst- und Ausstellungshalle, Friedrich-Ebert-Allee 4, 53113 Bonn. Tot 11 april, open van 10 tot 19 uur, behalve op maandag. Tel.: 0049-228-9171-201

Alain Delaunois

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content