DE MACHTIGSTE MAN VAN HET ABVV

Meer dan ooit speelt de bediendevakbond BBTK de eerste viool bij de kameraden van het ABVV. Met 400.000 leden is het de grootste beroepscentrale. Voorzitter Erwin De Deyn is dan ook de machtigste figuur in de socialistische vakbond

Rudy De Leeuw is een goede voorzitter, als hij tenminste genoeg naar de bedienden luistert.” Deze uitspraak van Erwin De Deyn, voorzitter van de bediendevakbond BBTK zegt veel, zo niet alles over machtsverhoudingen bij de rode kameraden. Meer dan bij de andere syndicale organisaties ligt de macht in het ABVV bij de centrales. Sinds een aantal jaar heeft de bediendebond BBTK de Algemene Centrale (met onder andere de arbeiders uit bouw en chemie) voorbijgestoken als grootste centrale van het ABVV. Het is dus niet overdreven te stellen dat Erwin De Deyn de machtigste figuur is van de socialistische vakbond.

De Deyn en zijn kameraden vormden de afgelopen weken de voorhoede van het ABVV-verzet tegen het ontwerp van interprofessioneel akkoord (IPA). De BBTK’ers hadden het vooral gemunt op de voorstellen om de statuten van arbeiders en bedienden dichter naar elkaar toe te laten groeien. De bediendebond heeft altijd gesteld dat de ontslagbescherming voor arbeiders moest verbeteren, maar dat die van de bedienden onveranderd moet blijven. Vertrekpunt van De Deyn en co. is drie maanden opzegvergoeding per begonnen schijf van vijf jaar anciënniteit. Dat vonden ze niet in het ontwerp terug.

Een analyse die ABVV-voorzitter Rudy De Leeuw volledig deelt. Al heeft hij zijn handtekening onder het IPA-ontwerp gezet, hij heeft het nooit verdedigd. De Leeuw werd vorig jaar verkozen voor een nieuw mandaat als voorzitter en weet dat hij dat enkel is bij gratie van de machtige centrales en zeker de BBTK. De Leeuw ligt bij De Deyn niet in de bovenste schuif. Om dat te begrijpen, moeten we even terugkeren in de tijd.

Liever geen ABVV-voorzitter

In 2004 vertrok Mia De Vits als voorzitter van het ABVV, onder andere onder zware Waalse druk. De Vlaamse ABVV-top slaagde er echter niet in een akkoord te bereiken over haar opvolging. BBTK-ondervoorzitter Carlos Polenus leek het aanvankelijk te halen, maar botste op het verzet van een aantal kleine centrales en op de tegenkandidatuur van federaal secretaris Rudy De Leeuw.

Na een intermezzo van twee jaar met het duo André Mordant-Xavier Verboven werd Rudy De Leeuw in 2006 toch voor de eerste keer voorzitter. Bij de BBTK zijn ze echter niet vergeten dat De Leeuw een van hun toplui de weg naar het voorzitterschap heeft versperd. Vanaf het begin was duidelijk dat de ABVV-voorzitter hoogstens gedoogd werd door de machtige centrales, de BBTK voorop.

De Deyn kreeg eind 2005 zelf het ABVV-voorzitterschap aangeboden (hij was toen BBTK-ondervoorzitter), maar weigerde de post. Net als de andere baronnen van de rode vakbond (Alain Clauwaert van de Algemene Centrale, Herwig Jorissen van ABVV-Metaal en Karel Stessens van de overheidsbond ACOD) weet hij dat zijn macht veel groter is aan het hoofd van zijn beroepscentrale dan als nationaal voorzitter omdat die vooral een verzoenende rol moet spelen.

Erwin De Deyn is onlosmakelijk verbonden met de bediendebond. Hij werkt er al zo’n dertig jaar, eerst op de studiedienst, later als nationaal secretaris en ondervoorzitter en sinds mei 2006 als voorzitter. De Deyn is de jongste jaren van nabij betrokken geweest bij sectorale onderhandelingen in de bediendesectoren. Zoals in het grote Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden (PC 218). Werkgevers die met De Deyn onderhandeld hebben, noemen hem “een innemend man met humor, maar een sluwe vos. Tijdens onderhandelingen moet je altijd op je hoede zijn. De BBTK neemt vaak radicale standpunten in, maar als wij ons daarover ergeren dan zegt Erwin: ‘Trek het je niet te veel aan, kom, we gaan een pint drinken’.”

De Deyn staat bekend om zijn dossierkennis, maar is veel meer dan een technocraat, klinkt het. Hij is ook een politicus. De Deyn was een van de eersten die duidelijk een band legden tussen de eis voor meer Vlaamse autonomie en een rechts sociaaleconomisch beleid. Eind vorig jaar was de BBTK-topman ook een van de drijvende krachten achter de campagne van de socialistische vakbond tegen de N-VA. “De Deyn moet natuurlijk rekening houden met de radicale Franstalige vleugel van de BBTK”, zegt een sociaal onderhandelaar.

De Deyn heeft een sterke positie bij de socialistische bond, maar tegelijk heeft hij in zijn eigen centrale een aantal katten te geselen. In september vorig jaar moest hij nog vijf secretarissen van de afdeling Brussel-Halle-Vilvoorde (BHV) ontslaan omdat die zich systematisch bleven verzetten tegen zijn beslissingen. De spanningen tussen BBTK-BHV en de nationale leiding lopen al jaren hoog op omdat De Deyn de Brusselse afdeling al jaren onder voogdij houdt. Een gevolg van het fraudeschandaal dat de Brusselse BBTK bijna tien jaar geleden op zijn grondvesten deed daveren. De top van de Brusselse BBTK had zich toen schuldig gemaakt aan grootschalige fraude en liet een put van 5 miljoen euro achter.

Door Alain Mouton, illustratie Daan Rosseels

“Een innemend man met humor, maar een sluwe vos. Tijdens onderhandelingen moet je altijd op je hoede zijn”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content