De Kama Sutra van de fraudeur

In ‘Frauderen is kinderspel’ onthult journalist Frank Demets de trucs van de oplichters, windmakers en witwassers. Van de couponnetjesknipper in Luxemburg, via Jean-Pierre Van Rossem tot drugsbaronnen. Een grandioos, geniaal en goddelijk geniepig boek.

Frank Demets, Frauderen is kinderspel. Davidsfonds, 247 blz., 16,50 euro.

U hebt een smak zwart geld en durft met al die heisa rond fiscale amnestie de couponnetjestrein naar Luxemburg niet meer op? Meer nog, als goede Belg wilt u dat geld nu investeren in baksteen, maar dan moet het wel witgewassen worden om vervelende vragen van de fiscus te voorkomen? De eenvoudigste manier: u rijdt naar Knokke (als u van het frigoboxtoerist-type bent, is Middelkerke ook wel oké), stapt het casino binnen, wisselt een stapeltje contant geld aan de kassa in chips om en trekt met dat plastic casinogeld naar de bar. U weerstaat de lokroep van de roulettetafels, drinkt een zuinige koffie en slentert terug naar de kassa, waar u de chips inruilt voor een cheque. Plots is uw geld wit, u hebt het immers eerlijkgewonnen in het casino.

Van dergelijke weetjes wemelt het in Frauderen is kinderspel. Als een grijnzende master of ceremony gidst Frank Demets de lezer rond in het schimmige cabaret van de witwassers en de fraudeurs. Een actueel handboek voor de fiscale doe-het-zelver, zo vat de flaptekst het opzet plastisch samen. Prompt krijgt het boek de aura van groezelige porno: de fiscale hobbyist hijgt zich met grote ogen door alle nauwgezet belichte standjes. Van de dat-had-ik-zelf-ook-wel-bedacht tot de meest ingenieuze of acrobatische poses – allemaal passeren ze de fiscaal zwoele revue. Als hij het boek met rode oortjes dichtklapt, kan de fraudeliefhebber driftig de middelvinger opsteken naar minister Didier Reynders en alle andere politieke bobo’s die hem zijn zuurverdiende zwart of grijs geld niet gunnen.

Waarschuwing. Toch schreef Frank Demets niet alleen de Kama Sutra van de fiscale fraudeur. De journalist die de jongste jaren onder meer voor Trends, Humo en Deng werkte en sinds kort redacteur bij Knack is, daalt even gezwind af in de krochten en spelonken van oplichters, drugsbaronnen, beruchte wapenhandelaars (al dan niet bevriend met de familie Bush) en meedogenloze mensenhandelaars. Steevast speurt hij het fraudeveld af van klein naar groot, van de brave burger die in het zwart wil bijklussen tot de meest gewetenloze zwendelaar.

Het kleine grut mag dan al een monkel opwekken, dat betekent nog niet dat Demets de lichte zonden met de mantel der liefde bedekt. Wie het zwartwerk vergoelijkt, moet beseffen dat hij de sociale zekerheid duurder maakt en op termijn onhoudbaar. Wie fraude goedpraat, moet weten dat het misdaadgeld in de bovengrondse economie terechtkomt en het reguliere veld ondermijnt. Want wat gebeurt er als u bijvoorbeeld die fraaie villa net achter de duinen (in België zal dat wel in de duinen zijn) wilt kopen? Uw droomhuis wordt te duur, omdat een bieder met zwart geld onder tafel wel een paar tienduizenden euro méér betaalt.

Demets heeft met dit spectaculaire overzicht dus toch geen how to-boek willen schrijven, volgepropt met praktische tips om iedereen aan het frauderen te zetten. De tips staan er weliswaar, vaak zelfs haarfijn uiteengezet, maar ze worden voorafgegaan door de expliciete waarschuwing om niet te dulden dat crimineel geld sociale systemen ontwricht. Zo wordt het geen immoreel en zelfs geen amoreel boek, maar wel degelijk een verhaal met een moraal. Het is niet omdat je door de beerput waadt, dat je de stank en de smurrie op prijs stelt.

Na de varkenspest. Al die informatie (een heuse stortvloed van feiten, ontmaskeringen en de vaak erg slappe jacht op de fraudeurs) wordt keurig onderverdeeld in twee luiken. In het eerste deel ( Zwart geld, witte boorden) verkent Demets de onverlichte coulissen van het zwarte geld. Dat levert onder meer beklijvende hoofdstukken op over BTW-carrousels, notoire oplichters en windmakers (van Jean-Pierre Van Rossem, via Lernout & Hauspie tot Enron).

Zelfs de Vlaamse varkensboeren worden niet veronachtzaamd. Toen de Europese Commissie enkele jaren geleden besloot om tijdens de varkenspest niet alleen de officiële varkens te vergoeden, maar alle dode varkens (lees: ook de varkens die in het zwart gehouden werden), konden de varkensboeren belastingvrij wit geld opstrijken. Merkt een belastinginspecteur op: “Prompt brak er overal varkenspest uit. De protserige villa’s die de maanden na de varkenspest uit de grond rezen in de streek van Wingene en Beernem, laten er geen twijfel over bestaan: lang niet elke varkensboer is er slechter van geworden toen de pesthaarden uitbraken.”

In het tweede deel ( Help, ik heb een miljoen te veel) toont Demets de witwaspraktijk, tot en met het oprichten van nepbedrijven in belastingparadijzen. Als u echt veel moet witwassen: richt gewoon uw eigen bank op, bijvoorbeeld op Saint Vincent, een eilandje op de Grenadines.

Luc De Decker

Als hij het boek met rode oortjes dichtklapt, kan de fraudeliefhebber driftig de middelvinger opsteken naar minister Didier Reynders en alle andere politieke bobo’s die hem zijn zuurverdiende zwart of grijs geld niet gunnen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content