De gadgets van morgen

Een dagje rondlopen op de CeBIT levert naast zere voeten vooral de belofte van veel nieuwe technologie op. Een overzicht van wat er op ‘s werelds grootste informatica- en telecommunicatiebeurs in het Duitse Hannover zoal aangekondigd werd.

Volgende week: Alternatieven voor Google

Reacties: e-trends@trends.be

De CeBIT is de jaarlijkse hoogmis van de informatica- en de telecommunicatiesector. Eén week lang in maart palmt deze beurs meer dan 300.000 vierkante meter in, goed voor bijna 6500 exposanten. Veel bedrijven beschouwen de CeBIT dan ook als een ideale gelegenheid om hun nieuwigheden aan het grote publiek voor te stellen. Vaak gaat het om producten die ‘bijna klaar’ zijn, prototypes soms die pas later dit jaar of in de loop van 2005 op de markt komen. Wie op de beurs zijn ogen en oren de kost geeft, kan dus al een bescheiden blik in de toekomst werpen.

Gsm zonder toetsen

Vooral op het vlak van mobiele telefonie viel er dit jaar heel wat te vertellen. Alle grote spelers uit Europa, de Verenigde Staten en Azië waren met een reusachtige stand in Hannover neergestreken om hun nieuwste modellen voor te stellen. Al snel bleek dat UMTS – de gedoodverfde opvolger van het GSM-systeem – nog steeds niet rijp is om de massamarkt te veroveren. Fabrikanten houden het voorlopig liever op glimmende gsm’etjes die het onderste uit de kan halen. Zo wordt de kwaliteit van de vaak ingebouwde fotocamera nu eindelijk draaglijk. Het toverwoord heet ‘megapixel’, wat verwijst naar de één miljoen beeldpuntjes die de camera weet te capteren. Minder dan de drie miljoen die een ‘gewone’ digitale camera produceert, maar wel drie keer zoveel als bij gsm’s tot nu toe de norm was. SonyEricsson stelde al vóór de CeBIT een megapixel-telefoon voor Sharp, Siemens, Samsung en Nokia lieten in Hannover hun modellen zien. Wat er volgend jaar volgt, valt ook al te voorspellen: in Japan verkoopt men ondertussen alleen nog telefoons met camera’s van twee megapixels.

Thuisspeler Siemens koos daarnaast voor de slogan ‘minder is meer’ en stelde op de CeBIT een gsm zonder cijfertoetsen voor. Foutje? Niet echt, want de Pen Phone ziet eruit als een forse balpen en werkt ook ongeveer op die manier. Wie een nummer wil bellen, kan dat gewoon neerschrijven – in feite komt er geen inkt aan te pas, er moet alleen bewogen worden – en ziet het vervolgens op het schermpje van het toestel verschijnen. Ook sms’jes worden op die manier ingevoerd. Volgens Siemens gaat het om een ‘concept’ en heeft men nog niet beslist of het toestel ook echt op de markt komt. Eén mogelijke doelgroep zijn oudere gebruikers die vooral moeite hebben met het intoetsen van tekstberichten.

Telefoneren (bijna) gratis

Voor wie telefoneren te duur vindt, was er op de CeBIT goed nieuws: Voice over IP (VoIP) lijkt eindelijk van de grond te komen. VoIP maakt gebruik van het internet om telefoongesprekken te versturen, door alle klanken te digitaliseren en ze als datapakketjes naar de bestemmeling te sturen. Dat zorgt voor minder tussenstations en meer concurrentie, zodat de prijzen voor telefoongesprekken een pak lager kunnen. In Duitsland bieden internetproviders op die manier nationale gesprekken aan voor een bijna symbolische prijs van 1 eurocent per minuut. En hoewel het internet in het hele plaatje een centrale rol speelt, hoeft dat niet te betekenen dat u tegen een computer aan het praten bent: VoIP maakt steeds vaker gebruik van aangepaste maar verder normaal functionerende telefoontoestellen.

Eén daarvan viel op de stand van Zyxel te bekijken, een vrij onbekende naam. Het Taiwanese bedrijf heeft vooral ervaring met netwerkapparatuur voor internetverbindingen. Met die knowhow op zak produceerde het een telefoon die contact zoekt met het draadloze lokale datanetwerk (Wireless LAN) van een onderneming. Het toestel lift mee op uw internetverbinding om zo alsnog op het gewone telefoonnet terecht te komen. Dat zorgt zoals gezegd voor flinke besparingen. Bedrijven die voor hun verschillende vestigingen een eigen datanetwerk aanlegden, kunnen dat nu ook gebruiken om intern volledig gratis te bellen.

De pc die zo graag een tv wil zijn

Computers en televisietoestellen stonden op de CeBIT dit jaar broederlijk naast elkaar. Beide apparaten lijken dan ook steeds meer te versmelten. Zo nodigde computerreus Microsoft uit om gezellig op de bank te gaan zitten en… samen televisie te kijken. Een tiental ijverige verkopers stelde op de stand Windows XP Media Center Edition 2004 voor, een opgevrolijkte versie van het bekende besturingssysteem dat televisieprogramma’s en films weergeeft, maar bijvoorbeeld ook uw digitale foto’s op het scherm brengt. Het zorgt voor leuke trucjes, zoals het pauzeren van een live uitzending wanneer de telefoon gaat om na enkele minuten gewoon verder te kijken. In de huiskamer komt dus – als het van Microsoft afhangt – voort- aan een kleine en geruisloze pc die al uw entertainmentwensen vervult, uiteraard gestuurd met de afstandsbediening en gekoppeld aan uw televisietoestel. Dat het systeem alleen de eigen audio- en videoformaten van Microsoft afspeelt, vertelden de verkopers er liever niet bij.

Wie niet genoeg kan krijgen van Friends, Telefacts of Sportweekend kan eventueel kiezen voor een draagbare versie van Windows XP Media Center. Het gaat om een reeks kleine video-walkmans, geproduceerd door Aziatische constructeurs, die met een ingebouwde harde schijf en een klein schermpje zorgen voor mobiel videovertier. Maar ook buiten het Microsoft-kamp beweegt er heel wat. Zo kon het kleine Deense bedrijf KISS Technologies in Hannover op flinke belangstelling rekenen. KISS produceert dvd-spelers met een extraatje. De meeste toestellen maken via een lokaal netwerk verbinding met uw pc en kunnen vanaf de harde schijf foto’s, muziekbestanden of videofragmenten afspelen, ook formaten die niet door Microsoft ondersteund worden.

Dvd zoekt een opvolger

De video als opnametoestel heeft al lang zijn beste tijd gehad, en ook de opneembare dvd lijkt met uitsterven bedreigd. Op de CeBIT werd duchtig gepocht met mogelijke opvolgers voor de erg populaire filmschijfjes. Zo stelde Pioneer een opneembare dvd voor met twee ‘lagen’, waardoor de capaciteit in één klap verdubbelt. Terwijl dvd-recorders vandaag slechts 60 minuten beeldmateriaal kunnen opslaan (in de hoogste kwaliteit), zouden nieuwe modellen het 120 minuten moeten volhouden. Rond de zomer komt de eerste apparatuur voor pc-gebruik uit, iets later moeten ook dvd-recorders de overstap naar dual layer-technologie maken.

Ondertussen staat ook de Blu-ray Disc op stapel, een medium dat erg op een dvd lijkt maar een veel modernere technologie gebruikt. Daardoor gaat het aantal gegevens per schijfje opnieuw de hoogte in. Op de stand van Panasonic was er sprake van 50 gigabyte, meer dan tien keer de capaciteit van de opneembare dvd’s die nu in de winkel liggen. De Blu-ray Disc slikt dus – in perfecte kwaliteit – meer dan tien uur beeldmateriaal. Deze dvd ‘nieuwe stijl’ moet echter vooral de opname van high definition-uitzendingen mogelijk maken. Door hun veel hogere beeldkwaliteit nemen die hoe dan ook meer plaats in, zodat de totale opnametijd uiteindelijk niet veel zal verschillen van die van (lage resolutie) dvd’s.

En zou het niet mooi zijn als de hele sector zich achter één formaat zou scharen? Waarschijnlijk wel, maar de werkelijkheid ziet er opnieuw anders uit. Naast de Blu-ray Disc is er ook de ‘HD dvd’, een technische variant op de dvd die eveneens meer opslagcapaciteit biedt. Welke norm het uiteindelijk zal halen, valt moeilijk te voorspellen. Het ziet er in elk geval naar uit dat beide systemen eind volgend jaar in de winkel staan (in Japan deze zomer al) en dat het dan aan de consument is om te beslissen aan welk schijfje hij zijn televisiebeelden toevertrouwt.

Raphael Cockx