De Europese eenheidsmarkt is primordiaal

Philippe de Buck, directeur-generaal van de Europese werkgeverskoepel BusinessEurope, aanvaardt niet dat de EU achteruitboert. Het behoud van de euro is voor hem primordiaal. “Maar zonder een intelligent beleid van groeien en snoeien zal het niet lukken.”

De overheden van nogal wat Europese lidstaten kampen met gigantische schuldenbergen, het nieuwe Europese Stabiliteitsfonds houdt zich paraat en speculanten speuren naar de onvolkomenheden in de Europese monetaire constructie. Of Philippe de Buck (63) optimistisch gestemd blijft over de toekomst van de EU? “Je moet de dingen bekijken zoals ze zijn. De economie van de Europese Unie is in 2010 alweer gegroeid en dat is hoopgevend. Ik wil niet aanvaarden dat we achteruitboeren. Europa heeft nog enorme troeven. Met onze technologische knowhow in de auto-industrie staan we nog altijd aan kop. Het grootste scheikundige bedrijf ter wereld is nog altijd BASF. En dat heeft een belangrijke vestiging in Antwerpen. Natuurlijk staan we ook sterk in de machinebouw en noem maar op. Ook het sociale model dat Europa heeft opgebouwd, is uniek.”

PHILIPPE DE BUCK (BUSINESSEUROPE). “Ik pleit voor maatregelen die investeringen en groei bewerkstelligen en er tegelijk voor zorgen dat er gesnoeid wordt. Het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO) heeft dat samengevat als volgt: ‘een overheid die haar begroting in evenwicht wil krijgen, moet dat slechts voor 20 procent doen door nieuwe inkomsten aan te boren. Dat gebeurt voor 80 procent door strenger toe te zien op de overheidsuitgaven’.

“Snoeien dus, in tal van domeinen. In de instellingen, in het openbare ambt, maar ook in de manier waarop we zakendoen. Snoeien hoeft niet altijd pijnlijk te zijn. Op voorwaarde dat het op een intelligente manier gebeurt. Ik denk aan een doordacht arbeidsmarktbeleid, met meer arbeidsmobiliteit. Voor een individu is een gedwongen ontslag natuurlijk een harde dobber. Maar als je – in een flexibel arbeidsmarktmodel – meteen uitzicht hebt op een andere baan, dan is dat toch al heel wat anders dan het perspectief van langdurige werkloosheid. Over zo’n flexicurity werden jaren geleden al afspraken gemaakt door de Europese sociale partners. De Europese vakverenigingen stonden achter het idee. Vraag is of dat nog altijd het geval is? Ik denk dat ze twijfelen, zeker in België. Het ABVV heeft zich destijds verzet tegen het flexicurity-model. Je kunt er inderdaad niet van vandaag op morgen resultaten van verwachten, maar als je alles bij het oude laat, gebeurt er nooit iets.”

Wordt zo’n groei- en snoeibeleid niet gehinderd door de Europese eenheidsmunt? De euro maakt het voor individuele lidstaten onmogelijk om een devaluatie door te voeren – vaak de enige uitweg om de broodnodige financiële ademruimte te creëren.

DE BUCK. “De laatste devaluatie van de Belgische frank, in 1982, herinner ik me nog goed. De Belgen waren er niet zo blij mee. Een devaluatie betekent per definitie een verarming. Het is pas onder druk van de euro dat België zijn staatsfinanciën min of meer op orde heeft gekregen. Jean-Luc Dehaene en Guy Verhofstadt zijn er als premier in geslaagd om de Belgische staatsschuld terug te dringen van 134 naar 80 procent van het bbp.

“Momenteel zorgt de euro ook voor de nodige druk op de ketel in landen als Griekenland en Ierland. Zonder de euro waren daar nooit de nodige maatregelen genomen. Bovendien is de euro de tweede munt in de wereld. Voor BusinessEurope is het behoud van de Europese eenheidsmunt dus een absolute prioriteit. Een euro die in duigen valt, dat is het einde van de Europese integratie. Gelukkig hebben de Europese politici de afgelopen maanden aangetoond dat ze daarachter staan, door een Europees Stabiliteitsfonds op poten te zetten. Maar als we ook op langere termijn de toekomst van de euro veilig willen stellen, zullen alle lidstaten orde op zaken moeten stellen.”

Wat moet volgens u de rol zijn van de Europese Commissie in het herstelbeleid dat zich opdringt?

DE BUCK. “De Europese Commissie moet versterkt uit deze crisis komen. Ze moet niet alleen het geheel sturen, maar ook het woord voeren. Aan de alarmbel trekken als het scheef zit en duidelijk maken wat er precies aan schort. De nationale regeringen moeten aanvaarden dat de Commissie soms onpopulaire standpunten inneemt die niet populair zijn, maar wel broodnodig voor de Europese integratie. Ik denk zelfs dat we de grenzen bereikt hebben van de nationale autonomie binnen de EU. Vroeger redeneerden de lidstaten vaak als volgt: van Europa krijg ik geld, en ik voer de Europese regels in zoals ik dat wil. In de toekomst zullen de lidstaten verantwoording moeten afleggen. Niet alleen over de manier waarop ze die middelen aanwenden, maar ook over de manier waarop ze het Europese beleid – en hun nationale beleid – voeren.

“De sleutel tot succes is de EU als een sterk economisch, industrieel en dienstenblok. Daarom is de Europese eenheidsmarkt ook primordiaal. Het is van belang dat ondernemingen in Europa een thuismarkt krijgen die vergelijkbaar is met de VS, en morgen met China, India en Zuid-Amerika. Alleen zo kunnen Europese bedrijven – de kmo’s met name – groeien en internationaliseren.”

Aan die Europese eenheidsmarkt wordt momenteel gewerkt. De Commissie heeft ook een nieuw industrieel beleid op poten gezet, dat vanaf dit jaar geleidelijk aan wordt uitgevoerd. Tevreden met het resultaat?

DE BUCK. “Als je de industrie in de ruime zin bekijkt, dus inclusief transport en bouwnijverheid, dan praat je over de helft van de Europese economie. Het loont de moeite om ons daarvoor in te zetten. De grote uitdagingen van de toekomst – het klimaat, de vergrijzing, mobiliteit, noem maar op – zullen we moeten oplossen met nieuwe technologie. En wie technologie zegt, zegt industrie. Vraag is alleen of we binnen 20 tot 30 jaar voldoende mensen zullen hebben die op de juiste manier geschoold zijn om al die projecten tot een goed einde te brengen. Investeren in opleiding is dus cruciaal.

“Bovendien moet de Europese Commissie erover waken dat haar stringente klimaatbeleid niet botst met haar industrieel beleid, want dat zou voor averechtse effecten kunnen zorgen. Het is niet de bedoeling dat Europese bedrijven wegtrekken naar regio’s die het minder nauw nemen met de uitstoot van CO2, om maar iets te noemen. 2011 wordt het jaar van de waarheid.”

Ook voor de Belgische politiek.

DE BUCK. “Ik denk dat het de vurigste wens is van iedereen dat er in België zo snel mogelijk een regering komt, om de nodige economische en sociale maatregelen te kunnen nemen. De institutionele problemen moeten op een duurzame en correcte manier worden opgelost.”

DOOR CELINE DE COSTER

“Een euro die in duigen valt, dat is het einde van de Europese integratie”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content