De Douro Boys

In de Portugese Dourovallei worden naast port ook droge rode wijnen gemaakt. De kwaliteit ervan neemt almaar toe.

De Douro is met zijn 930 kilometer een van de langste rivieren van Europa en loopt door zowel Spanje als Portugal. In Porto mondt de rivier uit in de Atlantische Oceaan. De wijngaarden van de Dourovallei liggen op een brede strook van ongeveer 100 km op de steile oevers van de rivier. In totaal gaat het om een slordige 40.000 hectaren wijngaarden, door de steile berghellingen vaak op eeuwenoude terrassen aangeplant.

Dikke wijn

De bodem in het noorden van Portugal bestaat vooral uit graniet. Alleen langs de Douro ligt ook een leisteenmassief, vaak in verticaal gespleten lagen. Het is daar dat de wijngaarden zijn aangeplant. Op graniet kunnen immers geen wijnstokken gedijen, de rots is te hard voor de wortels om erdoor te groeien. Leisteen is hard maar broos en verpulvert makkelijk tot geelbruin stof, dat je in de kleine dorpen langs de rivier overal op straat ziet. Leisteen geeft de wijnen van de Dourovallei een uitgesproken rokerig mineralenkarakter.

Twee wijntypes worden langs de Douro gemaakt: port en droge rode wijn. In mindere mate vind je er ook droge witte wijn. Zowel port als rode wijn zijn afkomstig van dezelfde druivensoorten. De vijf belangrijkste soorten zijn touriga nacional, touriga franca, tinta barroca, tinta roriz – in Spanje bekend als tempranillo – en tinto cão. Deze druivensoorten produceren alle vrij dikke wijnen met een rijp en diepfruitig karakter.

Regelrechte revolutie

Sinds 1986, toen Portugal toetrad tot de Europese Unie, mag elke wijnproducent in de Dourovallei zelfstandig zijn eigen port en wijn commercialiseren. Hij moet wel minimaal 150.000 flessen en de oogst van drie jaar in het gebied houden en hij mag slechts per fles verkopen, niet per vat.

Dat leidde tot een regelrechte revolutie in de Douro. Er doken overal bedrijfjes of quinta’s op die zelf hun port begonnen te produceren. In 1952 al bracht het grote porthuis Ferreira de eerste droge rode wijn op de markt, de legendarische Barca-Velha. De wijn wordt nog steeds gebotteld in simpele, goedkope flessen met platte bodem, maar kost wel rond de 100 euro per fles. De wettelijke beperkingen van uitsluitend verkopen per fles enzovoort gelden alleen voor port, niet voor andere wijnen. Dat speelde de opkomst van droge rode wijnen natuurlijk in de kaart, zeker omdat de jongste vijftien jaar de verkoop van portwijnen in elkaar is gezakt.

Bordeauxachtig karakter

Een van de eerste rode wijnen was die van Quinta do Crasto, dat sinds 1994 zelfstandig zijn wijnen maakt en verhandelt. In hetzelfde jaar bracht het domein zijn rode wijn uit. De wijnen worden bereid in traditionele lagares, open granieten kuipen waarin de druiven met de voeten worden getreden. Alleen de allerbeste wijn wordt onder naam Quinta do Crasto gebotteld. De rest wordt in bulk verkocht. De wijnen van Crasto zijn ook bij ons gekend om hun fijn en soms wat bordeauxachtig karakter. Hoewel hij afkomstig is van een bijzonder warme streek – in de zomer kan het in de Dourovallei makkelijk tot 45 °C warm worden – is de wijn telkens bijzonder fris.

Crasto heeft naast een basis- en een reservawijn ook een monocépagewijn van 100 % touriga nacional en twee topcuvees, Vinha da Ponte en Maria Theresa, beide gemaakt van druiven van bijna 100 jaar oude stokken.

Bruisend van creativiteit

Quinta do Crasto is een van de vijf leden van de zogenaamde Douro Boys. Vijf domeinen groepeerden zich onder impuls van vooral Dirk van der Niepoort, bekend van Porto Niepoort, in 2001 voornamelijk om commerciële redenen. Van der Niepoort: “De rode Dourowijnen komen stilaan op de wereldkaart, maar er is nog veel werk. Portugal is op wijnvlak nog maar voor twee dingen bekend: port en goedkope wijn. Dat imago moeten we veranderen. Met de Douro Boys willen wij aantonen dat het hier bruist van de creativiteit. Wij organiseren samen degustaties, stellen onszelf daarbij op een zo speels mogelijke manier voor zonder afbreuk te doen aan onze wijnen.”

Dirk van der Niepoort bezit zelf 2 quinta’s in de Dourovallei, Quinta de Napoles en Quinta do Carril, waar hij zowel port als witte en rode wijn maakt. De eerste rode wijn kwam er in 1990, Niepoort noemde hem Robustus. De meeste critici vonden hem ondrinkbaar, met krachtige tannines en stevige zuren, en de wijn kwam nooit op de markt. De eerste rode Redoma kwam er in 1991 en een witte Redoma in 1995, gevolgd door een rosé in 1997. De eerste Batuta, gemaakt van de oudste stokken van de noordelijke – en dus frissere – hellingen van Quinta do Carril, werd gemaakt in 1999 en verwierf onmiddellijk een cultstatus in Portugal.

Batuta is voor ons een van de beste Portugese rode wijnen ooit. Massa’s kracht gekoppeld aan elegantie, dik, vlezig, animaal en enorm gebald. Niepoort maakt op dit moment 4 stijlen rode wijn. Naast de gebalde Batuta, genoemd naar een vroegere hond van Dirk, is er de basiswijn Vertente, in een jonge, toegankelijke stijl. Er is de Redoma, iets meer gesloten en met meer karakter dan de Vertente en er is de Charme. Dat is een wat bourgogneachtige wijn met veel zuivere finesse en een wat lichtere kleur.

Warm en rotsig

Naast de Batuta vonden wij nog een cultwijn in de Dourovallei, de Quinta do Vale Meão in het meest oostelijke deel van de Dourovallei, op nog geen 10 km van de Spaanse grens. Dit domein van 62 hectaren ligt te midden van een dor en verlaten rotsig gebied, het warmste van de hele Dourovallei. De wijnbouwers moeten er alle wijngaarden bevloeien via druppelirrigatie. In 1999 maakte dit domein zijn eerste wijn. Wij werden vooral bekoord door de Quinta do Vale Meão, opnieuw een gebalde maar bijzonder fijne wijn met een opmerkelijke onderliggende mineraliteit. De zuren komen zeer natuurlijk over. Rijpe en zachte tannines en in de finale wat nieuw maar ondersteunend hout. Er is ook nog een tweede, lichtere wijn, de Meandro.

De twee laatste leden van de groep produceren wijnen in een iets lager segment. Quinta do Vale Dona Maria van Cristiano van Zeller, vroeger nog mede-eigenaar van Quinta do Noval, maakt iets toegankelijker wijnen sinds 1996. Het aandeel van de inheemse rufetedruif is hier vrij groot. Rufete, die niet meer wordt aangeraden te planten omdat ze minder commercieel is, produceert wijnen met een vluchtig, wat volatiel en fijnzinnig karakter. Er is nog werk aan de winkel, maar Dona Maria heeft zeker potentieel.

Quinta do Vallado is het laatste lid. De filosofie is hier anders. Het koos ervoor goedkopere wijnen te maken in de prijsklasse rond 10 euro. De resultaten zijn correct, de wijnmaker is trouwens de zoon van Francisco Javier de Olazabal, Francisco, die ook de cultwijn Quinta do Vale Meão maakt.

Door Filip Verheyden

“Portugal is op wijnvlak maar voor twee dingen bekend: port en goedkope wijn. Dat imago willen wij veranderen”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content