De Dexia-logica van het ACW

De christelijke arbeidersbeweging ACW zit dezer dagen in de hoek waar de klappen vallen. Ook mensen uit haar eigen biotoop stellen zich openlijk erg kritisch op tegenover de overkoepelende moederorganisatie, bijvoorbeeld de minister van Financiën, Steven Vanackere, en de topman van de christelijke vakbond ACV, Marc Leemans. Dat is een beetje sneu voor Patrick Develtere. De voorzitter van het ACW moet het puin ruimen dat zijn voorgangers Theo Rombouts en Jan Renders achterlieten. Rombouts en Renders waren voorzitter tussen 1988 en 2002, en tussen 2002 en 2010.

Het wekt geen verbazing dat het ACW een moderniseringsbeurt die er sowieso aankwam, versneld wil doorvoeren. Een nieuwe structuur en een nieuwe naam zijn allicht zinvol om de organisatie voor te bereiden op een betere toekomst. Maar er is meer nodig dan geschuifel met structuren en namen. Het ACW moet zijn geloofwaardigheid van de grond af heropbouwen. Daarvoor is het onontbeerlijk dat de organisatie voluit in het reine komt met haar Dexia-verleden. Er zit een onversneden Dexia-logica in de manier waarop het ACW zich het voorbije anderhalf decennium heeft gedragen.

Het groene parlementslid Meyrem Almaci heeft overschot van gelijk als ze oproept om de hele Dexia-saga weer ten gronde te bekijken. De parlementaire commissie die zich over de zaak-Dexia boog, heeft pertinent haar werk niet gedaan. De burger beschikt nog altijd niet over de informatie waar hij recht op heeft aangezien massaal belastinggeld werd ingezet. Te veel Dexia-potjes blijven toegedekt. De vragen over het reilen en zeilen van het ACW maken de noodzaak tot meer duidelijkheid over Dexia nog groter.

De directie van Dexia gedroeg zich jaren alsof ze een hefboomfonds beheerde. De wetenschap dat de Belgische en de Franse overheid toch zouden tussenkomen bij problemen remde de rauwe speculatiedrift op zijn minst niet af. Ook de bestuurders van Dexia deden dat niet. Volgens sommigen omdat ze geen snars begrepen van de financiële constructies. Ze hadden ontslag moeten nemen en moeten verzaken aan hun royale zitpenningen. Zeker de vertegenwoordigers van het ACW in de raad van bestuur van Dexia hadden een zware toezichtsverantwoordelijkheid, die ze manifest onvoldoende opnamen. Meer nog, net de ACW-bestuurders behoorden vaak tot de grote pleitbezorgers van de uitkering van turbodividenden door de Dexia-groep.

Het ACW ging conform de Dexia-logica om met die dividenden. Via de cvba Sociaal Engagement — what’s in a name?! — werd schaamteloos een constructie opgezet die toeliet om tussen 2003 en 2011 op een totaal van 102 miljoen euro aan ontvangen dividenden en financiële vergoedingen 58.000 euro aan vennootschapsbelasting te betalen. Het argument dat er bij de uitkerende vennootschappen, Dexia, belasting betaald werd, snijdt totaal geen hout. U, ik en alle andere Belgen betalen op voordien getaxeerde dividenden nog eens 25 procent roerende voorheffing. Het ACW omzeilde die belasting via een daartoe opgezette constructie. Ook het argument dat dit allemaal al gecontroleerd werd, is zinloos. Hoeveel keer werd geen fraude ontdekt in gecontroleerde en afgetekende balansen?

De bevoegde instanties moeten oordelen of het ACW daadwerkelijk op een onwettige manier aan vennootschapsbelasting ontsnapte. In dit nummer reiken we bijkomende evidentie in die richting aan. De beoordelaars moeten beseffen dat de fiscale beoordeling van de inkomsten gerealiseerd op de winstbewijzen van ACW in Dexia verregaande gevolgen kan hebben. Als ze de ACW-aanpak goedkeuren, gaat de deur wagenwijd open naar toepassingen van deze principes over winstbewijzen die tot massale verlaging van belastingfacturen leiden. Fiscalisten en bedrijfsrevisoren denken daar nu al over na.

En dan hebben we het nog niet gehad over de recente afkoop van de winstbewijzen door Belfius, de bancaire opvolger van Dexia in België. Het ACW verklaart ex cathedra dat alles perfect wettelijk verliep. Er is meer dan een reden om daaraan te twijfelen. Ook hier moet snel meer duidelijkheid over komen. Het ACW heeft daar zelf alle belang bij als het op een aanvaardbare manier weer een positieve maatschappelijke rol wil gaan spelen.

JOHAN VAN OVERTVELDT

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content