De charme van chaos

De auteur is hoogleraar Strategisch Management aan de Rijksuniversiteit Groningen en lector bij AMFI, het Amsterdam Fashion Institute

Een tijdje geleden overleed de Belgische scheikundige en Nobelprijswinnaar Ilya Prigogine. De impact van deze grondlegger van de chaostheorie gaat zijn eigen vakgebeid ver te buiten.

Voor veel leken is chaos per definitie het tegengestelde van orde, maar de chaostheorie heeft ons geleerd dat dit niet het geval is. Sterker: zij geeft aan dat in complexe, dynamische systemen vormen van zelfsturing werkzaam zijn, waardoor die systemen meestal redelijk in evenwicht zijn.

We worden gek. Een mooi voorbeeld daarvan is ons eigen lichaam, dat relatief goed weet om te gaan met continue aanvallen van buitenaf. Stel je voor dat we dat allemaal zelf, bewust moesten sturen!

Zowel op micro- als op macrovlak bevinden we ons dus bijna altijd in een – weliswaar dynamisch – evenwicht. Heel af en toe maken we een (poging tot) ‘revolutie’ door, waarmee we na een betrekkelijk korte, hectische tijd in een mogelijk ander evenwicht terechtkomen. We worden bijvoorbeeld gek; een witte school wordt een zwarte; water gaat koken of bevriest; de Nederlanders die tevreden waren over paars, stemmen uit ongenoegen over de puinhopen daarvan opeens massaal op de LPF.

In de moderne evolutietheorie hebben ze het daarom over punctuated equilibria: onderbroken evenwichten. Als de omgeving snel verandert, blijken ook ongebruikelijk snel diersoorten tot stand te komen. De evolutie verloopt niet gestaag, maar via sprongen. Wie denkt in termen van lineaire trends, wordt dan verrast.

In een bepaalde wijk is bijvoorbeeld sprake van langzaam toenemende criminaliteit en opeens wordt ze in korte tijd een no go area. Lange tijd gebruikt iedereen WordPerfect en opeens wordt dat Word.

In de chaostheorie spreken ze dan van attractors, aantrekkers. In het oorspronkelijke, sterk lijkende evenwicht houdt een fixed point– of limit cycle attractor het systeem gevangen in het bekende. Maar door mogelijk nieuwe ontwikkelingen geraakt het verstoord en doet een strange attractor van een nieuw, nog onbekend evenwicht zijn invloed gelden. Het systeem komt in een turbulent veld terecht waarin het mogelijk heen en weer gaat tussen beide attractoren. Het is dan op voorhand niet te voorspellen welke van beide het zal halen.

Lessen voor managers. Strikt genomen is de chaostheorie niet meer dan een beeld, een sterke metafoor die we herkennen in bepaalde situaties. In de scheikunde, biologie en meteorologie kom je er ver mee. Zo blijkt aan het schijnbaar chaotische gedrag van mieren een sterke orde ten grondslag te liggen die wiskundig goed te modelleren is.

In de bedrijfskunde is de chaostheorie bij mijn weten nooit ‘bewezen’. Dat neemt niet weg dat van de metafoor een sterke kracht uitgaat. Managers leren ermee oog te hebben voor processen van zelfsturing en daaruit ontstane spontane orde. Ze hoeven dan ook niet alles zelf te organiseren. Sterker: te veel willen regelen en controleren, verstoort de spontane intelligentie en betrokkenheid van je mensen en werkt dus averechts.

Daarnaast helpt de theorie nadenken over de attractoren die het systeem mogelijk helpen structureren. Als de organisatieverandering die je nastreeft niet tot een nieuw evenwicht kan leiden, zal de oude situatie een sterke attractor blijven. In het ergste geval kom je in een ander, totaal ongewenst evenwicht terecht (de dood van je systeem bijvoorbeeld).

En in zeer turbulente omstandigheden kun je beter snel leren inspelen op nieuwe situaties dan proberen alles op voorhand te voorzien en plannen. U mag trouwens gerust zijn: er bestaat geen oneindig aantal organisatievormen waarin een systeem een evenwicht vindt.

Dany Jacobs

Te veel willen regelen en controleren, verstoort de spontane intelligentie en betrokkenheid van je mensen. En werkt dus averechts.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content