De calvarie van Sabena

Tien pijnpunten en twee intermezzo’s. Trends interviewde Pierre Godfroid op 2 november. Aanleiding was zijn boek, dat gisteren verscheen bij Lannoo. De inkt van het akkoord tussen Paul Reutlinger en de vakbonden was nog nat. 1. Paul Reutlinger.

“Hij hanteert wapens die ik niet had. Achter Paul Reutlinger staat een sterke, harde aandeelhouder : Swissair. De Zwitsers bezitten 49,50 % van Sabena, maar gedragen zich en de Belgische bestuurders buigen alsof ze 100 % controleren. Dat heeft Belgische topkaderleden die dit niet pikten hun kop gekost. Paul Reutlinger is geloofwaardiger dan ik. Ik moest immers steeds afrekenen met het deels gerechtvaardigde vermoeden van de vakbonden dat de Belgische regering op het allerlaatste ogenblik iets zou bedenken om het Laatste Oordeel af te wenden. De syndicalisten weten vandaag dat het raamakkoord hun laatste kans is. Zullen de bonden ook inbinden voor de details ? Als ze het niet doen, breken de Zwitsers met Sabena. Zij zijn zwaar ontgoocheld over de slappe syndicale medewerking. Paul Reutlinger mag de Zwitserse participatie op nul brengen. En dan ? Nooit vindt Sabena nog een nieuwe partner. Over mijn zogenoemd agressieve stijl is veel flauwekul verteld om de vernieuwingen tegen te houden. Het is te gemakkelijk de serene Reutlinger en zijn akkoord uit te spelen tegen de brutale Godfroid en zijn voorstel. Ik zeg het niet, anderen zeggen het : mijn en zijn eisen gelijken als twee druppels water op elkaar. Sociaal onderhandelaar Ben Leemans zei me ooit in het bijzijn van getuigen ik citeer met zijn toestemming : Mijnheer de voorzitter, met de huidige vakbondsafgevaardigden van Sabena zal u nooit een akkoord bereiken ; zij hebben hiervoor het intellectuele noch het morele niveau.

2. Vakbonden.

“Ik ben geen reactionair en evenmin asociaal. Eerder verwijt ik me vandaag té geduldig geweest te zijn. Ik heb creatieve oplossingen gezocht, maar de vakbonden misten elke gram scheppend vermogen. De hielen schrap zetten is hun tactiek. Wie zijn in dit land de conservatieven ? In ’93 had ik bijvoorbeeld een uitgewerkt plan een variante van het participatieschema bij United Airlines voor gratis aandelen aan de arbeiders, bedienden en kaderleden. Dat schema wankelde op het randje van het technisch-juridisch haalbare, maar was verdedigbaar en toekomstgericht. Ik inspireerde me ook op Nestlé, waarin elke Zwitser aandelen bezit. Dat brede aandeelhouderschap had gekund bij Sabena, zelfs na de herwonnen rendabiliteit geconsacreerd door een beursnotering. Voorzitter Duplat van de Commissie voor Bank- en Financiewezen reageerde gunstig. Een tweede voorbeeld. Tussen Sabena en Swissair hadden synergieën kunnen ontstaan die ons 1000 nieuwe jobs zouden hebben opgeleverd. In ’95 becijferde mijn team dat enkele sectoren van Sabena productiever waren dan de vergelijkbare sectoren van Swissair. De Zwitsers zijn rationeel, redeneren als klokken. Ik zou ze hebben overtuigd om bijvoorbeeld de technische afdeling van Sabena/Swissair te concentreren in Zaventem.”

3. Huichelachtigheid.

“Hoe huichelachtig zijn veel toespraken in mijn land. België is het schoolvoorbeeld van de geblokkeerde samenleving. Iedereen heeft de mond vol van de strijd tegen de werkloosheid. Ik had een brede waaier van jobs kunnen scheppen bij Sabena, van laaggeschoold tot hooggeschoold. Sabena stopt jaarlijks 750 miljoen frank in opleidingen. Maar de mensen die werk hebben en hun vertegenwoordigers, de syndicale leiders, lossen niks voor hen die werk ontberen. 86 jonge mensen hadden bij Cockerill-Sambre hun tijdelijk werk kunnen omzetten in vast werk als de overige werknemers 1,5 % van hun loon hadden laten vallen. Het is niet gebeurd.”

4. Luxair.

“De verwerping van een gezamenlijke vloot Luxair/Sabena en de afwijzing van de aanwerving door Luxair van onze piloten is het grootste drama van de voorbije vijf jaar. Om alleen maar over de besparing te spreken, deze zou 2 miljard frank hebben bedragen. Drie hoogleraren, waaronder twee buitenlanders, en een legertje advocaten, toetsten de juridische haalbaarheid, de legitimiteit en de internationale dimensie van het plan. Het mocht, het kon. Ik zocht geen delokalisering naar Tunesië of India. Sabena en Luxair dat ononderbroken winstgevend is werkten al 20 jaar samen. Toch verwierpen de syndicalisten en de politici deze oplossing om politieke redenen, niet op basis van sociale of juridische argumenten. Het plan was besproken op de vergadering van de kernministers en ik meende hun stilzwijgende instemming te hebben. Zeer gekwetst heeft mij dat mijn Open Brief later, aan minister van Financiën Maystadt een pleidooi voor de operatie nooit is beantwoord. Ofwel was ik fout, en dan had hij en de regering me de laan moeten uitsturen, ofwel zag de minister de logica van mijn redenering in en dan had hij minstens een openbaar signaal kunnen geven. Niets van dat alles. Philippe Maystadt bewees zijn zwakte door te doen of zijn neus bloedde.”

5. Faillissement.

“Ik heb me in ’91 verzet tegen een faillissement. Ik had de personeelsleden van Sabena leren kennen en wilde hun vertrouwen en genegenheid niet doden door een sterfhuisconstructie voor Sabena te laten uittekenen. Bovendien wilde ik Sabena niet in handen zien vallen van George Gutelman van TEA. Omwille van geldzucht schermde hij met allerhande scenario’s om ons te grijpen. Na een tijd zagen we echter hoe ziek TEA was. Toen we vroegen om zijn boeken in te zien, alvorens verder te onderhandelen, werd de schermutseling beëindigd. We kennen intussen het lot van TEA.”

6. Elite.

“Twee categorieën van personeelsleden hebben zich extra ingespannen voor de redding van Sabena : de kaderleden waarvan velen dag en nacht hebben gewerkt en het vliegend personeel dat de productiviteit met 20 % optrok en daardoor aan de Europese top staat. Toch blijven de piloten op brutobasis te duur. Een piloot van LOT verdient 60.000 Belgische frank per maand, een piloot van Sabena 350.000 frank.”

7. Virgin.

“Ik sta perplex over het akkoord tussen Sabena en Virgin Express voor de route Brussel-Londen. Zo’n overeenkomst sluit je niet voor één lijn. Af en toe dagdroomden Gery Daeninck en ik over een crazy scenario voor Sabena. We zouden ons in een eenvoudig kantoortje vestigen en alles voortaan huren : onderhoud in Shannon, financiële diensten in het Verenigd Koninkrijk, catering waar dat het beste uitkwam, vliegend personeel in Midden-Europa enzovoort. Is de deal tussen Sabena en Virgin Express een stapje in de richting van zo’n inkoopplan ?”

8. American Airlines.

“Een samenwerking met American Airlines had ideaal kunnen zijn. Indien Bob Crandall in ’91 had geloofd in onze sanering, dan waren de miljarden gevolgd. Een Amerikaanse luchtvaartmaatschappij gekoppeld aan onze Europese hub-and-spoke en de Afrikaanse verbindingen was ijzersterk geweest. Een kind weet dat de combinatie Sabena-Swissair- Austrian Airlines tot moeilijke keuzen leidt. In ’94 haalde Bob Crandall letterlijk tijdens een nieuw gesprek in Brussel zijn chequeboek boven. Hij erkende onze inspanningen, maar we waren te ver opgeschoten met Delta Airlines. Bob Crandall wantrouwt de sociale verhoudingen in Continentaal Europa, hij verkiest British Airways.”

9. Steun.

“Na mijn vertrek ontving ik 381 brieven, ik was zo ontroerd. Mensen hielden me tegen op straat en wensten me proficiat. Voordien durfde niemand ook niet relaties uit het zakenleven mij publiekelijk steun te betuigen. Ik was gebrandmerkt. Dat is een Belgisch mankement. In Nederland en Duitsland zou de ontaarding van de nationale luchtvaartmaatschappij nooit zover zijn gekomen. Bovendien ligt het plichtsgevoel in die twee landen hoger, ook bij de syndicaten. In ’93 hebben de Nederlandse en Duitse syndicaten hun leden pijnlijke ingrepen doen aanvaarden. Dwars door Europa loopt een grens tussen zuid en noord, wij zitten langs de zuidelijke kant. Ik denk aan wat mijn goede vriend, Bernard Attali, is aangedaan bij Air France.”

10. Loopbaan.

“De problemen bij Sabena waren niet technologisch of technisch van aard, dus hoeft men me niet te verwijten dat ik ongeschikt was voor mijn taak omdat de luchtvaart heel speciaal is. De Sabena-problemen leken haarscherp op wat ik tijdens 25 jaar had geleerd bij Bufa, La Redoute, Continental Foods dus achtereenvolgens financiën, marketing en productie. Toen ik in ’80 bij Continental Foods binnenstapte, ontdekte ik snel dat het bedrijf virtueel failliet was. Met een team heb ik Continental Foods gered.”

FRANS CROLS

“Op zoek naar verloren tijd en geld”, Uitgeverij Lannoo, 595 fr., “A la recherche du temps et de l’argent perdus”, Editions Racine, 595 frank.

PIERRE GODFROID (EX-SABENA) Een piloot van het Poolse LOT verdient maandelijks 60.000 frank, een piloot van Sabena 350.000 frank.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content