De boer, hij ploegt voort

Er is in de wereld van de landbouwwerktuigen geen grotere naam dan Deere & Company. Het bedrijf werd in 1837 door de hoefsmid John Deere gesticht. Hij ontwikkelde een ploeg en begon met de massaproductie ervan. Ruim 175 jaar later zijn de landbouwwerktuigen, zoals de tractoren in groen en geel en met het hert als symbool, wereldwijd herkenbaar. De landbouwwerktuigen blijven ook vandaag voor zowat drie kwart van de omzet instaan. Daarnaast zijn er de bouwmachines (meer afhankelijk van Amerikaanse conjunctuur en vastgoedmarkt) en gras- en bosbouwmachines.

De vooruitzichten voor landbouw blijven rooskleurig op langere termijn. De groei van de wereldbevolking houdt aan en de veranderende eetgewoonten in de opkomende landen zorgen ervoor dat er voortdurend druk is op de productie van granen en andere gewassen. De klimatologische omstandigheden in de belangrijke productiegebieden bepalen mee de prijzen van de landbouwgrondstoffen. De jongste jaren hebben we heel wat recordoogsten gekend, onder meer in de Verenigde Staten. Daardoor zijn de prijzen voor landbouwgrondstoffen aanzienlijk gedaald, van mais over palmolie tot katoen. De inkomens van de Amerikaanse landbouwers bijvoorbeeld lagen daardoor in 2014 lager dan in het recordjaar 2012 en ze zullen naar verwachting dit jaar nog lager uitkomen.

Zeker duurdere investeringen, waaronder de meeste landbouwwerktuigen, zijn gevoelig voor de evolutie van de inkomens van landbouwers. Toch zal de productiviteit in de sector drastisch omhoog moeten. Want bijvoorbeeld voor tarwe en maïs zijn de wereldvoorraden de jongste jaren niet drastisch toegenomen. Ze bedragen ze slechts 20 tot 30 % van het jaarlijkse verbruik in de wereld. Een jaar met serieuze misoogsten kan de angst voor voedseltekorten weer doen oplaaien. Meer en betere landbouwwerktuigen gebruiken blijft op lange termijn een must voor de landbouwsector.

De druk op de landbouwinkomsten van de jongste jaren merken we heel duidelijk op in de resultaten van de jongste trimesters bij Deere. Het derde kwartaal van het boekjaar 2014-2015 (afsluitdatum 30 november) leverde een 20 % lagere omzet op van 7,59 miljard USD, tegenover nog 9,50 miljard USD in de periode mei-juli 2014. Het bedrijfsresultaat (ebit) kreeg een tik van 39 %, tot 840 miljoen USD, tegenover 1,38 miljard in dezelfde periode vorig jaar. De nettowinst ging met 40 % achteruit, van 851 naar 512 miljoen USD of per aandeel van 2,33 naar 1,53 USD. Na negen maanden staat de teller op 4,67 USD winst per aandeel. Dat is 31 % minder dan de 6,79 USD per aandeel voor de eerste 3 trimesters van het boekjaar 2013-2014.

Veel beterschap wordt nog niet meteen verwacht, gezien de analistenconsensus van 26,6 miljard USD omzet voor het volledige boekjaar en de gemiddelde analistenverwachting van 5,4 USD winst per aandeel. Dat is respectievelijk 19 en 38 % lager dan het vorige boekjaar. Bovendien gaf het management aan niet meteen verbetering te zien richting boekjaar 2015-2016, dat start op 1 december. Het aandeel ligt dan ook niet in de hoogste lade van analisten op dit moment. Ze verwijzen naar de lage prijzen voor landbouwgrondstoffen, de sterke dollar, de moeilijke situatie in belangrijke markt Brazilië en de dalende omzetten van de andere activiteiten (bouw-, gras- en bosbouwmachines) om hun afwachtende of negatieve houding tegenover het aandeel te verantwoorden.

Conclusie

We hadden het aandeel op onze watchlist gezet. Gezien de verwachte sterke El Nino, verhogen we het advies en leggen we zelfs een aankooporder voor de voorbeeldportefeuille. De verwachte koers-winstverhouding is 14,5, de koers-omzetverhouding is 1,1 en de verhouding tussen de ondernemingswaarde (ev) en de bedrijfskasstroom (ebitda) bedraagt 8,5. Het aandeel is voldoende attractief geprijsd.

Advies: koopwaardig

Risico: laag

Rating: 1A

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content