Bohémien in Parijs

Vandaag opent in Tate Modern in Londen een retrospectieve rond Amedeo Modigliani, de Italiaanse Joodse schilder-beeldhouwer die in Frankrijk woonde en werkte. De expo is bijzonder, omdat er twaalf naakten – samen met portretten een van de meest kenmerkende onderdelen van zijn oeuvre – te zien zijn. Tijdens zijn leven was Modigliani controversieel. Door de vele vervalsingen die naar zijn werk zijn gemaakt, is hij dat nog altijd.

In 1906 verhuisde hij van Italië naar het ateliercomplex Le Bateau-Lavoir in Parijs. Daardoor belandde hij in de avant-gardekringen rond Picasso, Brancusi, Epstein en Soutine. Het waren woelige tijden voor de bohémien-kunstenaar: hij leed aan tuberculose, raakte aan de drugs en worstelde met een alcoholverslaving. Modigliani tekende, sculpteerde en schilderde maniakaal. Stilistisch hoorde hij niet echt bij de avant-garde: in zijn werk komen invloeden van de Afrikaanse kunst, het kubisme en de klassieke Grieks-Romeinse beeldhouwkunst samen.

In 1917 schreef hij wel kunstgeschiedenis met de enige solotentoonstelling die hij had in zijn korte carrière. Hij veroorzaakte een rel, omdat hij zulke aanstootgevende naakten had geschilderd. Na zijn dood werden die naakten felbegeerd: bij Christie’s werd in 2015 een liggend naakt voor 170 miljoen dollar geveild.

Modigliani, van 23 november tot 2 april in Tate Modern in Londen

TDM

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content