Bij ons in Beni

Het Blankenberge van Spanje, zo wordt Benidorm getypeerd. Ver van de toeristenstranden en het nachtlawaai ligt echter iets totaal onbekends.

“Benidorm is een gevechtsbestemming. Het is één van onze strijdpaarden,” reageert Patrick De Maeseneire, country manager van Sunair en Airtour. Benidorm, met Alicante de belangrijkste trekpleister aan de Spaanse Costa Blanca, trekt al jaren massa’s Belgen. In het hoogseizoen telt dit vroegere vissersdorpje waar Julio Iglesias in 1968 zijn zangcarrière begon, 200.000 toeristen. Het aantal Belgen dat richting Benidorm vliegt, blijft stijgen ; tussen mei ’95 en mei ’96 nog met niet minder dan 7 procent. Sunair brengt jaarlijks 60.000 Belgen naar het dikwijls zo verguisde Blankenberge van Spanje. Zeven procent van alle Belgische vliegvakanties hebben Benidorm als bestemming ; voor Sunair is het dorp de eerste bestemming in de winter, de vierde in de zomer. En De Maeseneire wil nog meer : de capaciteit, zowel qua charterzetels als qua hotelbedden wordt voor de komende winter opgetrokken.

“We willen naar 25 % marktaandeel in Benidorm,” verklapt De Maeseneire. En hij heeft het over de voordelen van Benidorm : er heerst een microklimaat, de infrastructuur is er degelijk uitgebouwd, gemeentelijke overheid en privé-ondernemers investeren zwaar en Benidorm, zowel straat als strand, is proper, zeer proper.

Kortom : het is er “zoals bij ons”. Argumenten die stuk voor stuk in de realiteit blijken te kloppen. Wie de eerste keer Benidorm aandoet, zal zich in Blankenberge wanen. Of juister : in een Blankenberge in het kwadraat. Op de stranden is het vechten om een plaatsje en wie voor middernacht wil dutten, zal het aardig lastig hebben met de geoffreerde “animatie”.

Wie echter met de meest overbodige dingen van z’n reis wil terugkeren, kan zijn gang gaan in de straten vol winkels en boetieks, evenwijdig met de zee. Wie op reis wil om echt doodmoe thuis te komen, kan tot ‘s morgens halftien in de disco’s verblijven. Dat is Benidorm : alles kan, niks moet. En daardoor komen de meeste toeristen niet eens toe aan een heerlijke cruise op zee vaar tot in Calpe en kom dan, over land via het wondermooie Altea, terug naar Benidorm of een jeepsafari doorheen het achterland van de Costa Blanca met als eindstreep de prachtige watervallen van Abgar. Conclusie : wie naar Benidorm gaat om er op het strand te liggen, heeft Benidorm niet gezien.

CORINNE LEUNENS

Benidorm Wie enkel naar het strand gaat, heeft Benidorm niet gezien.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content