Beschut tegen de inflatie

Inflatie was de voorbije jaren de minste zorg van de Europese beleggers. Sinds kort is een kentering ingezet, en in oktober werd in de eurozone de hoogste inflatie sinds juni 2014 opgetekend. De oorzaken zijn de aansterkende economie en de stijging van de energieprijzen. Daarnaast blijkt de Chinese groeivertraging al bij al mee te vallen, wat een bodem heeft gezet onder de dalende grondstoffenprijzen – een andere belangrijke oorzaak van de lage inflatie tijdens de voorbije jaren. De Nationale Bank van België verwacht dat de stijgende olieprijs de inflatie verder zal doen toenemen. Volgend jaar zou de inflatie in de eurozone 1,3 procent bedragen, tegenover nauwelijks 0,3 procent dit jaar.

Hoofdsom of coupon

Voor obligatiebeleggers is inflatie slecht nieuws: de vaste coupon en de terugbetaling van de initiële hoofdsom op de eindvervaldag beschermt de belegger niet tegen de dalende koopkracht. Een obligatiebelegger kan zich wel indekken tegen de inflatie via inflatiegelinkt papier. Bij die obligaties wordt de hoofdsom geïndexeerd voor inflatie. De belegger ontvangt op de vervaldag de geïndexeerde hoofdsom. Bij inflatie stijgt de hoofdsom, bij deflatie zakt die opnieuw, al geldt bij de meeste inflatiegelinkte obligaties dat de hoofdsom nooit onder de oorspronkelijke uitgifteprijs van 100 procent kan zakken. De coupon wordt jaarlijks berekend op de geïndexeerde hoofdsom. Stel dat een inflatiegelinkte obligatie een coupon van 3 procent biedt en de inflatie 2 procent bedraagt. De belegger ontvangt dat jaar dan een coupon van 3 procent op de geïndexeerde hoofdsom van 102 procent (100 + 2 % inflatie), of 3,06 procent.

Van sommige inflatiegelinkte obligaties wordt de coupon geïndexeerd, maar die komen minder voor. Door het indexatiemechanisme is de coupon op inflatiegelinkte obligaties doorgaans lager dan die op gewone obligaties. Belangrijk om te weten is dat niet enkel roerende voorheffing wordt ingehouden op de periodieke coupon, maar ook op de meerwaarde op de eindvervaldag (het verschil tussen de geïndexeerde hoofdsom en de oorspronkelijke hoofdsom).

Obligations assimilables

De voorbije jaren waren inflatiegelinkte obligaties in euro niet bijster populair, gezien de dreigende deflatie in de eurozone. De Bloomberg Barclays Euro Government Inflation Linked Bond-index schommelt sinds juli 2014 rond hetzelfde niveau. Inflatiegelinkte obligaties in euro worden vooral uitgegeven door overheden en banken. De obligaties die overheden uitgeven, zijn de meest voor de hand liggende keuze, gezien hun grotere liquiditeit en hun hogere kredietwaardigheid. België heeft vorig jaar voor het eerst een inflatiegelinkte obligatie uitgegeven voor grote beleggers. De grootste uitgever van dat soort papier in euro is Frankrijk. Het land geeft regelmatig twee soorten inflatiegelinkte obligaties uit: de OATi en OAT?i (OAT staat voor obligations assimilables du Trésor, of obligaties uitgegeven door de Franse schatkist). Beide bieden een vaste coupon, die wordt berekend op de geïndexeerde hoofdsom. Bij OATi wordt de hoofdsom geïndexeerd aan de hand van de Franse consumptieprijsindex, bij OAT?i is dat de geharmoniseerde prijsindex van de eurozone. De break-eveninflatie – het inflatiepeil waaraan het rendement gelijk is aan dat van gewone overheidsobligaties – bedraagt voor Franse inflatiegelinkte overheidsobligaties op tien jaar 0,9 procent. Beleggers die zich verwachten aan een hogere inflatie dan de break-eveninflatie, kopen dus het beste de inflatiegelinkte obligatie.

Die bescherming is niet gratis. Het inkoopprogramma van obligaties van de Europese Centrale Bank heeft de koersen van alle euro-overheidsobligaties – inclusief de inflatiegelinkte overheidsobligaties – de hoogte ingejaagd, zozeer dat nieuwe uitgiftes tegen negatieve rendementen noteren. Dat is ook het geval met de twee recentste uitgiftes van de Franse schatkist. De nieuwe OAT?i op zeven jaar en negen maanden (met vervaldag op 25 juli 2024) met een coupon van 0,25 procent noteert vandaag tegen 111 procent. De nieuwe OAT?i op tien jaar en negen maanden (met vervaldag op 25 juli 2027) met een coupon van 1,85 procent noteert maar liefst boven 130 procent. Hetzelfde geldt voor de zes Duitse inflatiegelinkte overheidsobligaties die in omloop zijn, met looptijden van 1,5 tot 29,5 jaar. Blijft de inflatie de komende jaren uit, dan zit u opgescheept met een negatief rendement.

Inflatiegelinkte tracker

Een interessant en goedkoop alternatief voor kleine beleggers – die hun obligatieportefeuille moeilijk voldoende kunnen diversifiëren tegen een lage kostprijs – is Lyxor EuroMTS Inflation Linked Investment Grade (DR) UCITS ETF (Euronext Parijs, ticker: MTI, Isin-code: FR0010174292). Die tracker volgt de MTS Mid Price Investment Grade Inflation-Linked Bond-index, die de prestatie van de grootste en meest verhandelde inflatiegelinkte overheidsobligaties van de eurozone meet. Tegen 0,2 procent jaarlijkse beheerkosten kunt u via die tracker beleggen in een goed gediversifieerde portefeuille van Franse (45,6%), Italiaanse (31,2%), Duitse (16,8%) en Spaanse (6,3%) inflatiegelinkte overheidsobligaties.

Tegenover de topkredietwaardigheid van Duitsland (AAA bij S&P, Aaa bij Moody’s) en Frankrijk (AA bij S&P, Aa2 bij Moody’s) moet u de lagere kredietratings van Italië (BBB- bij S&P, Baa2 bij Moody’s) en Spanje (BBB+ bij S&P, Baa2 bij Moody’s) er wel bijnemen. Een belangrijk detail: deze tracker keert geen coupons uit. De coupons van de obligaties in de tracker worden automatisch gekapitaliseerd (geherinvesteerd).

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content