‘België had het Singapore van het Westen kunnen zijn’

“We zijn niet slim bezig”, zegt Ronnie Leten. De CEO van het Zweedse concern Atlas Copco staat al langer op de barricaden voor de Belgische economie. Maar nooit eerder klonk hij zo bezorgd. En dat heeft lang niet alleen te maken met de heisa over de Belgische fiscale gunstregimes.

Leten leidt al zeven jaar de beursgenoteerde industriële wereldspeler Atlas Copco, waarvoor België een cruciale rol speelt. Zo heeft de groep in het Antwerpse Wilrijk haar hoofdzetel voor de afdeling compressoren, de grootste en meest winstgevende afdeling. Bovendien is Wilrijk het hoofdkwartier voor de dienstenactiviteiten van de groep én de interne bank voor de hele groep. Daarnaast heeft Atlas Copco een vorig jaar flink uitgebreid distributiecentrum in Hoeselt. Atlas Copco tekent daarmee voor ruim 3300 banen in ons land.

Geen wonder dus dat arbeiderszoon Leten, de Trends Manager van het Jaar 2013, zich roert als een duivel in een wijwatervat door de recente heisa over de excess profit rulings en de notionele-intrestaftrek, twee fiscale gunstregimes die met de overheid zijn afgesproken om de hoge vennootschapsbelasting te compenseren. Niemand kent namelijk beter het belang van Wilrijk voor Atlas Copco. Voor hij CEO werd, was Leten er de topman van de compressordivisie. En met een gunstiger en stabieler fiscaal klimaat had die divisie nog een stuk groter kunnen zijn, geeft Leten onomwonden toe. Het verklaart mede waarom hij zich ook vanuit zijn woon- en werkplaats Stockholm opwerpt als vechtjas van de Belgische economie.

Al lijkt het voor het eerst dat die jarenlange strijd voor het behoud van onze industrie sporen nalaat bij Leten, die eind dit jaar zestig wordt. Vooral het nakende opdoeken van de excess profit rulings – door de Europese Commissie bestempeld als verboden staatssteun – heeft harder ingehakt dan hij wil toegeven. Die overwinstrulings laten multinationals toe op de winst van de niet-Belgische activiteiten geen belastingen te betalen. Leten zei eerder al dat zonder die gunstmaatregel België nooit het hoofdkwartier zou zijn geworden van de dienstenactiviteiten van Atlas Copco. Het concrete gevolg van die beslissing van Europa is dat Atlas Copco 300 miljoen euro moet terugbetalen en voortaan jaarlijks 70 miljoen euro extra moet afdragen. De onzekerheid over de toekomst van het hele belastingsysteem, waaronder de notionele-intrestaftrek – waarbij vennootschappen een bepaalde rente op hun kapitaal mogen aftrekken van hun belastbare winst – kan Leten dus missen als kiespijn. Daaraan morrelen zou de druppel zijn die de emmer doet overlopen, klinkt het.

Het stof is even gaan liggen over de profit rulings. Hoe staat het er nu mee?

RONNIE LETEN. “We hebben nog even tijd om beroep aan te tekenen. Natuurlijk gaan we aan achter die 300 miljoen. Dat is mijn taak, als leider van deze groep en voor mijn stakeholders. We hadden een correcte afspraak.”

Waar gaan die dienstenactiviteiten concreet over?

LETEN. “Wij verkopen machines maar ook diensten, zeg maar logistiek, wisselstukken, programma’s, intellectuele eigendom. In machinebouw maak je een winst op de verkoop, maar je maakt vooral winst op diensten, zoals een garagist vrijwel niets verdient aan de verkoop van een auto, maar vooral aan de onderhoudsbeurten. Het hoofdkwartier van die dienstenactiviteiten zit in België en dat gaat over bijna duizend mensen.”

U bent kwaad?

LETEN. “Ik vind het eerder ontgoochelend. Kwaad worden heeft toch geen zin. Eerst onderzoek je wat de beste biotoop is om zaken te doen. En dan maak je afspraken en plannen. Maar halverwege het spel worden de spelregels veranderd. En dan moet je een kat een kat noemen. Wat hier gebeurt, creëert problemen voor de toekomst. Daar moeten we niet onnozel over doen. Ze nemen een stuk concurrentiekracht weg van dit bedrijf. Verandert dit het bedrijf vandaag? Neen. Mensen sterven plotseling, bedrijven sterven langzaam. Als België competitief wil blijven met een vennootschapsbelasting van 34 procent, lijkt me dat heel moeilijk. Wereldwijd betalen wij namelijk gemiddeld 24 procent. En dat staat dan nog los van het feit dat arbeiders in België 12 tot 14 procent duurder zijn dan bijvoorbeeld in Duitsland. De stimulans voor winstgevende bedrijven om in België te zijn en te blijven is dus wel heel klein. België is een fantastisch land, tenminste als je geen winst maakt. Maar Atlas Copco maakt hier veel winst. Ik kan ook begrijpen waarom bepaalde internetbedrijven hier niet actief zijn. We zijn niet slim bezig. België had nochtans perfect het Singapore van het Westen kunnen zijn.”

Was het niet altijd gevaarlijk om mee te gaan in het gegoochel met de fiscale regels?

LETEN. “In België was het altijd al de regel vast te houden aan 34 procent belasting, en die dan aan te passen. Dat was al zo voor de regeringsperiode van Guy Verhofstadt, die in deze vaak wordt vernoemd. Ook in veel andere landen was dat zo. Alleen is België blijkbaar laat in het aanpassen van die 34 procent.”

De loonkosten en de verkeersproblemen wegen al lang op Atlas Copco. Nu zijn er de fiscale problemen. Het lijkt alsof het bijna een mirakel is dat uw bedrijf hier nog zo actief is?

LETEN. “Gaat Atlas Copco hier weg door dit? Neen. Zeg nooit nooit, want je weet niet wat binnen twintig of dertig jaar gebeurt. Maar door dit feit? Neen. Maar dit gaat wel ten koste van bepaalde activiteiten, veranderingen of uitgaven die we de komende jaren plannen. Ik zou liegen als ik zeg dat wij niet al onze opties naast elkaar zetten. Wij zijn de onbetwiste marktleider in compressoren. Dit is het hoofdkwartier voor die compressoren, waarvoor we hier almaar meer hebben uitgebreid in ontwikkeling. Maar de fabrieken zelf zijn hier niet uitgebreid. Die hadden groter kunnen zijn. We hadden hier veel meer kunnen doen. We hebben in Italië drie compressorenfabrieken met ruim duizend werknemers. Veel van die banen hadden we hier kunnen hebben.”

Het verhaal over de profit rulings doet wereldwijd de ronde. Het bezorgt u ook imagoschade. U wordt haast afgeschilderd als een dief omdat u fiscale gunsten kreeg?

LETEN. “Dat is domheid. Sorry dat ik het zo zeg. Als de zaken niet correct gebeuren, moet dat aangepakt worden. Als een multinational, een kmo, een bakker of een Bert Lauwers de wet overtreedt, moet die aangepakt worden. We leven in een rechtsstaat. Maar als het correct is gebeurd, moet je erover zwijgen. Natuurlijk wordt dit politiek gepolariseerd.”

LETEN. “Ja, ik heb heel wat op mijn boterham. Het maakt het er allemaal niet gemakkelijker op. Ik kan dit fiscale gedoe dus missen als kiespijn. Ik blijf strijdvaardig, maar soms vraag ik me af waarom ik er mijn tijd nog in steek. Misschien zijn wij, Atlas Copco, de dommerik geweest. En soms denk ik dat ik zelf een dommerik ben geweest. Misschien ben ik te goedgelovig geweest. En het ergste is nog dat niemand zich verantwoordelijk voelt. Wie is nog bezig met de toekomst van België? Wie heeft daar slapeloze nachten van?”

Hoe belangrijk is de notionele-intrestaftrek voor jullie?

LETEN. “Compressoren vertegenwoordigen bijna 45 procent van onze omzet. Ze vormen onze grootste en meest winstgevende entiteit, en Atlas Copco België is daarvan het hoofdkwartier. Hier beslissen we dus over onze grootste investeringen. Hier zit ook onze bank, voor de hele groep. We beheren hier een kapitaal van 5 miljard euro. Van hieruit geven wij leningen aan onze filialen, die dus allemaal met België verbonden zijn. Maar we gebruiken de notionele-intrestaftrek juist. We hebben hier een grote entiteit, en we doen aan tewerkstelling. Multinationals moeten dan ook correct behandeld worden. Vergeet niet dat een land niet alleen kmo’s nodig heeft, maar ook grote bedrijven. Een plus een is meer dan twee in deze.”

Het lijstje van discussie- en probleempunten dikt aan. Tunnels, files, bedrijfswagen, en er gaat heel veel energie naar…

LETEN. “(onderbreekt) Prullen! Die allemaal kunnen voorkomen worden. Twintig, dertig jaar geleden hebben ze die problemen al voorspeld. Jaren geleden waren er al rapporten over het onderhoud van die tunnels. Dat onderhoud is toch normaal? Als bij jou thuis een pan van het dak valt en je legt er geen andere op, krijg je waterschade in je huis.

“Is dit land een slecht land om in te leven? Neen, maar er zijn veel zaken, ik noem dat lekken van de maatschappij, die het niet gemakkelijk maken. We spreken vaak over stress. Ik werk in Zweden en in België en ik vergelijk de manier van leven. En dan merk ik dat Zweden veel minder tijd verliezen met nutteloze zaken. Wij creëren stresssituaties doordat we een pak inefficiënties in de maatschappij hebben. Je belastingbrief invullen is ingewikkeld in België. In Zweden is dat eenvoudiger, weinig of geen aftrekposten en dan kan het ook geautomatiseerd worden. Je moet een fraudebestendige wetgeving maken. Maak het gemakkelijk voor de mensen. Of neem het medisch dossier. Hoeveel briefjes krijg je hier in België wel niet door dat terugbetalingscircuit? Je krijgt er van de arts, van de apotheker, de tandarts… Ik woon nu zeven jaar in Zweden en ik heb nog nooit een briefje gehad.

“Nog een voorbeeld: waarom zijn ambtenaren vast benoemd? Waarom hebben we opzegtermijnen van 28 maanden of meer? Elke maatschappij verandert zeer snel, dus waarom verdedigen wij dan nog de vastheid van functie? Lange opzegtermijnen zijn een belasting voor het bedrijf. Je zou zo iemand beter herscholen en stimuleren om bij te dragen aan de maatschappij. Waarom streven we niet gewoon naar een grotere competitiviteit op de arbeidsmarkt?”

Kortom, we hinken achterop in het denken over de arbeidsmarkt?

LETEN. “Ja. De wereld verandert snel en je moet zorgen dat je gemeenschap mee kan veranderen. Wij hebben leerplicht tot 18 jaar. Dat zou tot 60 moeten zijn. Verplicht eeuwig leren, stimuleren om iets anders te leren. We moeten het streven naar zelfredzaamheid faciliteren.”

Hoe?

LETEN. “Het zou veel gemakkelijker zijn als je de zaken vereenvoudigt. We zijn een regeltjesvolk dat voor alles regeltjes maakt. Dat werkt vertragend, terwijl snelheid in deze wereld zo belangrijk is. We zijn veel te traag. Zijn we dommer? Neen. Maar we maken het zo ingewikkeld. Het is zoals in voetbal. Het moet zijn van tik, tak, boef en doelpunt. Je moet geen spelers hebben die voor de tribune spelen en het nodeloos ingewikkeld maken.”

Hoe moet het nu verder?

LETEN. “Ik draag de verantwoordelijkheid om er mee voor te zorgen dat we hier collectief competitief blijven. Er zijn andere regio’s, zoals Amerika of China, die zeggen dat ze de business wel willen als wij ze hier niet doen. Maar welke welvaart gaan wij hier dan hebben? We moeten durven ambitieus te zijn. Willen we nog winnen? Willen we nog leiden? Wanneer gaan we bij wijze van spreken nog eens kathedralen bouwen? We excelleren niet meer. Een voorbeeld. Hoe lang sukkelen we al met het verkeer rond Antwerpen? Waarom doen we de Oosterweelverbinding niet? En nu dat verhaal over de Brusselse tunnels. Waarom herstellen we die niet tijdig? Als geciviliseerd land moeten we ons daar toch vragen bij stellen. Inga pengar, zeggen ze in Zweden, geen geld. En waarom hebben we geen geld? Is er iemand mee gaan lopen? (lacht) Of geven we het aan de verkeerde zaken uit? Welke dan? Natuurlijk, wat is de rijkdom van een land als het onze? Onze inwoners, zoals jij en ik. Waarom werken we niet allemaal tot 65? Als ik vijf jaar langer werk, draag ik langer en meer bij. Simpel.”

En hoe gaat het met Atlas Copco?

LETEN. “Investeringsgoederen gaan moeilijk. Geografisch bekeken zijn China, Rusland en Brazilië moeilijk. Bekeken per segment is mijnbouw heel moeilijk, en zijn olie en gas heel moeilijk. Er staat veel onder druk. Gelukkig heeft Atlas jaren geleden geïnvesteerd in onze aftermarket, onze dienstenactiviteiten. Die vertegenwoordigen 45 procent van onze activiteiten en gaan redelijk goed. Maar 55 procent gaat naar beneden. Wie had nu verwacht dat de olieprijs onder de 30 dollar zou komen?”

Bent u ongerust?

LETEN. “Alertheid is er overal. In ons bedrijf is er een groter bewustzijn rond kosten gecreëerd en in bepaalde landen is er een vermindering van de tewerkstelling. Ook in Wilrijk heb je een stuk flexibiliteit met tijdelijke werknemers, net zoals in Zweden. Maar Atlas Copco is geen bedrijf dat grote herstructureringen of investeringen nodig heeft. Wij proberen altijd vooruit te kijken.”

Bert Lauwers, fotografie Debby Termonia

“Halverwege het spel worden de spelregels veranderd. En dan moet je een kat een kat noemen. Wat hier gebeurt, creëert problemen voor de toekomst. Daar moeten we niet onnozel over doen”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content