‘Beleggers staan voor een ingrijpende keuze

Patrick Claerhout
Patrick Claerhout redacteur bij Trends

Door de aanhoudende daling van de rente en de stijging van de obligatiekoersen die daarmee gepaard ging, was rentieren de voorbije twintig jaar vrij eenvoudig. Maar die tijden zijn voorbij. De keuze tussen kapitaalbescherming en rendement dringt zich steeds scherper op.

Wie wilde leven van het rendement van zijn vermogen, zonder dat kapitaal op te vreten of grote risico’s te nemen, slaagde daar de voorbije twintig jaar vrij gemakkelijk in. “Sinds begin jaren negentig is de rente structureel gedaald door de daling van de inflatie”, vertelt Thierry Masset, chief investment officer van ING België. “Door systematisch te beleggen in obligaties konden renteniers zowel profiteren van een relatief hoge rentecoupon als van de meerwaarde van dat papier.”

Obligatiefondsen en -portefeuilles presteerden uitstekend. Daardoor konden private bankers hun klanten zonder problemen een goede mix van veiligheid en rendement bieden. “Het klopt dat veel privatebankingportefeuilles in het verleden werden ondersteund door de mooie rendementen op obligaties”, zegt Koen Maes, global head of asset allocation management van de portefeuillebeheerder Candriam, die in België een exclusiviteitscontract heeft voor het retail- en privatebankingcliënteel van Belfius. “Door de dalende rente deden obligaties het de voorbije vijftien jaar beter dan Europese aandelen. Dat was een uitzonderlijke situatie.”

De komende jaren zullen de opbrengsten van obligaties veel lager liggen, denkt Maes. “Een groot deel van de toekomstige rendementen is opgegeten. We zijn aan het einde van een cyclus gekomen. We verwachten dat de return van obligaties lange tijd extreem laag zal zijn. In termen van reëel rendement dreigt de belegger geld te verliezen, zodra er een beetje inflatie de kop opsteekt.”

Schokken verteren

Op zoek naar rendement hebben Belgische renteniers zich de voorbije jaren op bedrijfsobligaties geworpen. Die boden aanvankelijk een mooie winst, zeker in vergelijking met overheidspapier. Maar de laatste maanden is het vet ook daar van de soep. Er worden nog heel wat nieuwe bedrijfsobligaties uitgegeven, maar de opbrengst is gezakt tot bedroevend lage niveaus. Sommige beleggers gaan een stapje verder en kopen high-yieldobligaties, maar dat impliceert dat ze steeds meer risico’s lopen.

Beleggers staan voor een ingrijpende keuze, vindt Thierry Masset. “Ofwel geven ze de voorkeur aan veiligheid en kapitaalbescherming, maar dat impliceert dat ze kunnen leven met een zeer beperkt rendement. Als ze toch meer willen, zit er niets anders op dan meer risico’s te nemen. Dan gaat het richting exotische obligaties of andere activaklassen.”

“Voor private bankers wordt het cruciaal het risicoprofiel van de klanten precies vast te leggen”, zegt Koen Maes. “De tijd dat een klant kon zeggen: ik wil veiligheid en neem genoegen met een opbrengst van 5 procent op jaarbasis, is voorbij. De private banker moet nauwkeurig bepalen met hoeveel volatiliteit een klant kan leven. Wie vooral aandelen koopt, moet schokken tot 30 procent kunnen verteren. Op basis van het klantenprofiel moet een precieze afweging van rendement en risico’s worden gemaakt.”

Diversifiëring en actief beheer

Dat het lage rendement veel investeerders uit obligaties wegjaagt, vindt Maes niet terecht. “Het risico op kapitaalverlies is veel hoger bij aandelen dan bij obligaties. Daarom hebben obligaties hun plaats in elke portefeuille of fonds, al was het maar om de volatiliteit onder controle te houden en het neerwaartse risico te beperken.” Hij pleit wel voor meer diversifiëring en spreiding: minder overheidsobligaties en meer papier van bedrijven en groeilanden, meer converteerbare en inflatiegelinkte obligaties, en kortere looptijden. Dat vergt een actief en professioneel portefeuillebeheer.

Ook Masset beklemtoont de noodzaak van diversifiëring en actief beheer: “Het type obligatie, de munt van de emissie, de looptijd… met al die zaken moet rekening worden gehouden. Dat maakt het buitengewoon complex. Een obligatieportefeuille moet veel actiever en professioneler worden beheerd dan voorheen, om een return te behalen die uiteindelijk lager zal liggen dan in het verleden.”

“Candriam heeft het voorbije jaar zijn beheerde activa fors zien stijgen”, zegt Maes. “De beleggers beseffen dat de complexiteit toeneemt en dat het veel moeilijker is geworden om zelf een gedegen portefeuille samen te stellen. Dan kun je beter voor een fonds kiezen of het beheer van de activa uitbesteden.”

Kortere looptijden

Maes vindt het in de huidige omstandigheden verstandig de middelen zo veel mogelijk te spreiden over verschillende activaklassen. Zo krijgen aandelen een groter gewicht in de gemengde fondsen van Candriam. “Wij zijn positief over aandelen uit de eurozone”, zegt Maes. “Wij vinden die niet duur — niet in historisch perspectief en zeker niet in vergelijking met obligaties. Wij denken dat de economie in de eurozone, gesteund door de lage euro en de lage olieprijs, in het komende anderhalf jaar goed zal presteren. Een verdere verbetering van de bedrijfswinsten en een verder herstel van het consumentenvertrouwen moet de aandelenmarkten ondersteunen.”

In de obligatieportefeuilles gaat de voorkeur naar obligaties uit groeilanden, hoogrentend schuldpapier en kortere looptijden, en er is een grotere blootstelling aan munten van buiten de eurozone. Dat spoort met de strategische visie van Candriam dat de rente de komende maanden misschien lichtjes zal stijgen, maar zeker niet fors. “Voor de Verenigde Staten gaan we uit van een tienjaarsrente van 2,3 à 2,7 procent tegen eind dit jaar”, zegt Maes. “De Duitse Bunds kunnen eind 2015 tussen 0,8 en 1,2 procent schommelen. Vanwege die verwachte rente-evolutie geven we de voorkeur aan gemiddeld kortere looptijden.”

Geleidelijke verbetering

Als de Fed in de tweede helft van dit jaar de rente optrekt, kan dat zenuwachtigheid op de obligatiemarkt veroorzaken, beaamt Thierry Masset. Maar een forse opstoot van de rente en een obligatiecrash verwacht hij niet: “Ik denk dat de obligatierente gedurende de komende twee tot drie jaar licht zal stijgen, maar zeker niet fors. We blijven in een omgeving van lage groei en lage inflatie, terwijl de overheidsschulden hoog zijn. Ik geloof in een geleidelijke verbetering van de conjunctuur die gepaard gaat met een langzame rentestijging.”

Maar ook beperkte rentestijgingen drukken de obligatiekoersen, beseft Masset. “De coupons zullen misschien stijgen, maar de koersdalingen vegen een stuk van het rendement weg. De verwachte totale return van obligaties zal hoe dan ook laag zijn, en kan zelfs in de buurt van nul komen. Maar in een obligatiecrash geloof ik niet. Een structureel hogere rente op lange termijn kan enkel als de economische groei weer in een hogere versnelling gaat. En dat lijkt nog niet voor morgen.”

“Voorlopig blijft de omgeving gunstig voor meer risicovolle activa”, besluit Maes. “Wij blijven onze portefeuilles diversifiëren naar meer aandelen en obligaties met hogere rentes, gekoppeld aan een beperking van het neerwaartse risico (eventueel via afgeleide producten). Die combinatie moet investeerders een goed evenwicht tussen veiligheid en rendement opleveren.”

Patrick Claerhout

“Voor private bankers wordt het cruciaal het risicoprofiel van de klanten precies vast te leggen”- Koen Maes

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content