Banken verliezen greep op betaalsystemen

De Europese Unie probeert met standaardisatie en specialisatie de kosten van het betaalverkeer te drukken. Maar de betalingsdienstenrichtlijn lijkt vooralsnog vooral een golf van vernieuwing mee te brengen, in plaats van lagere kosten.

Eén gestandaardiseerde betalingsmarkt, meer concurrentie en lagere kosten. Dat was de bedoeling van de Europese Unie toen ze in 2000 de basis legde voor SEPA, de Single Euro Payments Area.

Er zijn successen. Overschrijvingen in de EU zijn gestandaardiseerd en mogen niet meer kosten dan binnenlandse overschrijvingen. Het domiciliëringssysteem is hervormd.

In de resterende 42 procent van de betalingen — betalingen met kaart — komen de veranderingen mondjesmaat. Het gaat om veel geld, een markt van 50 miljard euro. Visa en MasterCard blijven soeverein in grensoverschrijdende transacties. Maar 75 procent van de Europese transacties gebeurt nog altijd met lokale of regionale kaarten, zoals Carte Bleue in Frankrijk. Dat die zich niet meer kunnen verschuilen achter technische barrières, verandert daar voorlopig weinig aan.

Onze eigen vertrouwde Bancontact/MisterCash, met een marktaandeel van liefst 86 procent, wordt op 1 juli 2013 een volledig SEPA-compatibel, Europees gestandaardiseerd kaartschema (een schema is het geheel van licenties, specificaties en regels dat garandeert dat transacties verlopen zoals geafficheerd). Voordien was de verwerking van Bancontact/MisterCash uitbesteed aan Atos Worldline. Dat verandert. De uitgevers van Bancontact/MisterCash-kaarten en de partijen die het betaalsysteem aan de handelaren aanbieden, kunnen nu zelf hun transactieverwerkers kiezen uit meerdere partijen. Zij zijn ook niet gebonden aan een bepaalde kaart- of terminalfabrikant, zolang ze maar SEPA-compatibel zijn.

Consolidatie in technologie

Aan de technische kant hebben de acties van de Europese Commissie inderdaad specialisatie en schaalgrootte gebracht. “Bijna 80 procent van de betaalterminals komt van twee partijen, Verifone en Ingenico. Bijna 70 procent van de kaarten komt van drie producenten”, zegt Vincent Roland, voormalig gedelegeerd bestuurder van Banksys en een veteraan in de betalingsindustrie.

Verder weg van de technologie, in de wereld van de verwerking van financiële transacties, blijft de versnippering groot. “Er zijn een paar grote namen, maar die opereren lokaal of regionaal, niet echt Europees. Niet zoals in de VS, waar drie banken de helft van de kaarten uitgeven en drie bedrijven 75 procent van de transacties bij de handelaren verwerken”, zegt Roland. Pogingen om grensoverschrijdende Europese kaartschema’s op de markt te brengen, naar het voorbeeld van Visa en MasterCard, zijn zogoed als opgegeven.

Er is zelfs een tegenbeweging. De ondernemers accepteren de standaarden, maar bundelen de functies. De Franse betaalterminalfabrikant Ingenico kocht vier jaar geleden de Duitse transactieverwerker easycash en onlangs nog voor 360 miljoen de Brusselse internettransactieverwerker Ogone. Daardoor kan Ingenico naar de handelaar stappen met een volledig aanbod, van terminal tot verwerking. Zijn grote rivaal Verifone slorpte twee jaar geleden het nummer drie in betaalterminals, Hypercom, op en nam daarna de grote Scandinavische transactieverwerker Point International over. In de VS zijn er gelijkaardige trends.

Regulering van het verleden

Tegelijk verschuift het strijdveld. De regulering holt de realiteit achterna. De echte groei zit niet in kaart-en-pinbetalingen, maar in e-commerce, op internet of op mobiel. Met als jongste trekker de applicaties (apps) op smartphone of tablet, van waaruit betalingen kunnen gebeuren, de zogenoemde in-app-betalingen.

In de fysieke wereld, met kaart-en-pinbetalingen, hadden de banken een sterke greep op de betalingsketen. In de internetwereld en zeker in mobiel is dat minder het geval. “Het web was complex. Daarom hebben de banken het aanvaarden van betalingen uitbesteed aan externe partijen. Die zijn langzaam maar zeker de koningen van het aanvaarden van internetbetalingen geworden”, weet Roland.

Naargelang de complexiteit en het aantal betaalmiddelen toenemen — meer dan 80 nu al bij Ogone — versterkt de positie van de leveranciers van betaaldiensten. Technische prestaties worden zo stilletjes bancaire prestaties, zeker wanneer de technici (Ogone, Bibit, globalconnect, SIX Paynet, PayPal en andere) het statuut van betalingsinstelling aanvragen. Zij worden collectors, partijen die de betalingen uit de verschillende systemen voor de handelaar samenbrengen en op geregelde tijden het geld op zijn rekening storten, compleet met boekhoudkundig overzicht. Dat haalt liquiditeiten weg bij de banken op een ogenblik dat die elke euro kunnen gebruiken.

Banken nog zwakker

De situatie voor de banken wordt er niet beter op nu internetbetalingen meer en meer mobiele betalingen worden. Een van de hypes van het moment is het idee dat iedereen binnenkort een wallet of virtuele portefeuille op zijn smartphone of tablet heeft. “Je geeft niet langer een kaart aan een winkelier, maar een wallet met betaalmiddelen”, legt Roland uit. “En dan kan die winkelier kiezen: ik neem uw Visa of uw MasterCard of uw Bancontact/MisterCash. Uiteindelijk komt zo’n wallet maar neer op het stockeren van uw persoonlijke gegevens in een computersysteem.”

Wallets zijn er bij bosjes. Google, Paypal, Amazon, MasterCard, Visa, Square bieden ze aan. “Er is enorme opwinding over. Er zijn massa’s mogelijkheden. Wallets zijn het kruispunt van betalingen, kleinhandel en advertentie”, merkte Ovum-principal analist Eden Zoller op het jongste Mobile World Congress in Barcelona, waar wallets een van de hoofdthema’s vormden.

Google-effect

Onthou vooral het woord ‘advertentie’. Peter Hazlehurst, productmanager van Google Wallet, droomt van een wereld waarin alle smartphones near field communication (NFC) hebben. Dat is het contactloze communicatiesysteem dat ook in de ontwaardingsmachines van het openbaar vervoer wordt gebruikt. Winkelen, inchecken, je huisdeur openmaken, alles wordt mogelijk met een tap op je smartphone. Met daarachter de Google Wallet.

“Wij willen een plek scheppen waarin je alles kan opslaan wat je hebt”, zei Hazlehurst in Barcelona. “De Wallet laat ons een nieuwe klasse adverteerders aanspreken. Waar je ook een advertentie ziet — online, op tv, op de radio, in druk — je zal de kans hebben ze op te slaan in je wallet. Wanneer je met je telefoon betaalt in een winkel of je komt in het bereik van die winkel, krijgt de adverteerder een signaal. Dàt is onze business. Wat we online doen, brengen we nu naar de echte wereld.”

Het illustreert hoe betaling slechts een onderdeeltje van ‘de winkelervaring’ wordt. “Banken worden meer en meer in de rol van beheerder van rekeningen gedrukt – van debetrekeningen dan nog, wat niet de meest lucratieve business is”, stelt Roland.

Fabrikanten kloppen aan de deur

Het kan nog erger. De grootste drie mobiele operatoren in Frankrijk hebben Buyster gelanceerd, een betaalmiddel waar de banken niet aan te pas komen. “In mobiel zie je veel meer elektronischgeldinstellingen verschijnen, partijen die de Europese betaaldienstenrichtlijn gebruiken om hun eigen schema te creeren, met hun eigen virtuele kaart”, zegt Roland. Een typisch voorbeeld is het Franse Ticket Surf, dat anonieme waardebonnen verkoopt aan vooral gokkers en gamers. “Ticket Surf houdt alles zelf onder controle. Je zal meer en meer gesloten systemen zien in de mobiele wereld. Apple zou zo’n partij kunnen zijn.”

De banken worden steeds verder in het defensief gedrongen. “Ze zullen competitieve oplossingen moeten brengen. Partnerships sluiten met leveranciers van betaaldiensten”, denkt Roland.

Precies zo’n soort partnership lanceerden Belgacom-CEO Didier Bellens en zijn collega Max Jadot van BNP Paribas Fortis toen ze op 18 maart broederlijk naast elkaar een Belgisch mobiel betaalplatform voor retail aankondigden op basis van de MasterPass, de wallet van MasterCard. Het platform wordt in 2014 operationeel. De bedoeling is dat het de standaard wordt in de Belgische retail, net zoals dat de voorbije decennia in de fysieke wereld het geval was voor Bancontact/MisterCash.

Het systeem zou ‘open’ zijn voor alle banken en retailers, en het zou betaalmiddelen van anderen dan MasterCard toelaten. Getrouwheidskaarten, kortingsbonnen, tickets, betaalkaarten, alles zou via het platform in de app van de retailer samenvloeien. “Uniek in de wereld”, klonk het. Hoe dat in de praktijk zou lopen, bleef uiterst vaag, net zoals de kostprijs, die zou draaien rond “centen” boven op de prijs van de onderliggende kaarttransactie.

Peter Hazlehurst van Google hamert erop dat het succes van de wallets afhangt van gewoontevorming. Kaarten kunnen daar een taaie tegenstander blijken. Ook Vincent Roland noteert dat betaalsystemen “een trage industrie” zijn. En hij is sceptisch over de toename aan efficiëntie. “Winkeliers krijgen een completer aanbod. Er is misschien meer transparantie. Maar je betaalt waarschijnlijk meer.”

Leon Dhaene, lid van de groep van EU-experts in betaalsystemen en consultant voor durfkapitaalverschaffers, ziet transactieverwerking veeleer complexer en duurder dan goedkoper worden. “Uiteindelijk vallen veel nieuwe initiatieven terug op de klassieke infrastructuur van betaalsystemen als Visa of MasterCard. Dat versterkt hun machtspositie, veeleer dan dat het de concurrentie laat spelen, zoals de Europese Commissie zo graag wil.”

BRUNO LEIJNSE, ILLUSTRATIE ANTON VAN STEELANDT

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content