Vage antifraudewet maakt banken strenger dan nodig is

© belga

De antifraudewet is een jaar van kracht. Hij verplicht de banken en andere professionals informatie over ernstige fiscale fraude door te geven aan de antiwitwascel. Banken en advocaten verzetten zich bij het Grondwettelijk Hof.

Bankiers kunnen sinds een jaar fikse boetes krijgen als ze vermoedens over fiscaal wangedrag van hun klanten niet doorgeven aan de overheid. Op 17 juni 2013 lanceerde staatssecretaris voor de Strijd tegen de Fraude John Crombez een wet die de toepassing van de antiwitwaswetgeving strenger maakte. Sinds 29 juli 2013 moeten bankiers en andere professionals zoals advocaten, revisoren en notarissen hun klanten aangeven bij de Cel voor Financiële Informatieverwerking (CFI) als ze vermoeden dat er sprake is van “zware fiscale fraude, al dan niet georganiseerd”.

Die ‘al dan niet’ is cruciaal. Tot voor een jaar moest ze enkel het vermoeden van ‘zware én georganiseerde fiscale fraude’ aangeven bij de CFI, zonder dat de klant dat overigens te weten komt. Er waren dus twee voorwaarden. Nu geldt de aangifteplicht bij elk vermoeden van zware fiscale fraude. De financiële instellingen (banken, verzekeringsmaatschappijen, beursvennootschappen, wisselkantoren) die een zwarte transactie niet aangeven, riskeren een boete van 1,35 miljoen euro.

Ramp

“De wet is een ramp”, vindt Michel Maus, professor aan de universiteit van Antwerpen. “Vraag aan tien bankiers hoe ze die wet toepassen en je krijgt elf verschillende antwoorden.” Voor het eerst in zijn geschiedenis richtte Febelfin, de Belgische federatie van de financiële sector, zich daarom tot het Grondwettelijk Hof om een wet te vernietigen.

Ook onder fiscalisten heerst onzekerheid. Dat komt omdat de notie ‘zware fiscale fraude’ nooit duidelijk gedefinieerd is, zegt advocaat Jan Tuerlinckx, fiscalist van het gelijknamige advocatenbureau. “Wat is ernstige fraude? Een jaar na de wet weten we het nog altijd niet”, stelt hij.

Heeft de nieuwe wet tot gevolg dat een zelfstandige die 5000 euro deponeert op zijn persoonlijke bankrekening meteen verdacht wordt in het zwart te werken? “Niemand weet het!” reageert een verontruste Christine Mattheeuws, voorzitter van het Neutraal Syndicaat voor Zelfstandigen.

Spaarders geruststellen

Tijdens een tussenkomst in de Kamer wilde staatssecretaris Crombez de Belgische spaarders geruststellen. “Het gaat niet over de 10.000 euro die u door een oom geschonken is”, benadrukte hij. “We hebben het niet over kleine bedragen.” De socialist wees erop dat het gemiddelde bedrag in de CFI-dossiers 1,5 miljoen euro is.

Tuerlinckx is niet overtuigd door die uitleg. “Voor een ondernemer is 10.000 euro niet ernstig, maar voor een uitkeringsgerechtigde kan het de helft van zijn jaarinkomen zijn”, redeneert hij.

Geen houvast

De Belgische banken hebben geen houvast. “Het is alsof men ons zou vragen autobestuurders te verbaliseren zonder dat we weten wat de snelheidsbeperkingen zijn”, vindt Febelfin-woordvoerder Rodolphe de Pierpont. “Ofwel informeert de bank de antiwitwascel in gevallen waar ze dat niet hoefde te doen en dan kan de klant zich tegen haar keren. Ofwel doet ze geen aangifte waar ze dat wel had moeten doen, en dan wordt ze zelf medeplichtig en strafbaar. De banken hebben zich geschikt naar de nieuwe regels, maar zijn in de praktijk strenger dan noodzakelijk: ze geven meer operaties aan dan nodig. De vraag is of dat een efficiënte aanpak is.”

Hans Brockmans, Patrick Claerhout en Sébastien Buron

Het uitgebreide artikel leest u in Trends van deze week.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content