De Spaanse en Italiaanse beursautoriteiten voeren een verbod op ‘short selling’ door om de extreme volatiliteit op de beurzen in te dijken.
Bij ‘short selling’ wordt gespeculeerd op koersdalingen. De strategie bestaat erin dat de short seller aandelen verhandelt die hij niet in zijn bezit heeft, maar gaat lenen. Daarbij rekent hij erop dat hij de aandelen later tegen een lagere koers kan terugkopen. Met shorten kan veel geld verdiend worden, al zijn er aanzienlijke risico’s aan verbonden.
In Spanje loopt het verbod op ‘short selling’ voor minstens drie maanden – tot 23 oktober – op alle aandelen. In Italië geldt het verbod slechts tot het einde van de week en uitsluitend voor financiële aandelen.
In augustus 2011 werd al een verbod op short selling in verschillende Europese landen doorgevoerd, waaronder ook Spanje en Italië. Ook de beursautoriteiten van ons land voerden de maatregel toen tijdelijk in.
Met het verbod op shorten proberen de beursautoriteiten de rust op de Europese aandelenmarkten te herstellen. Maandag blijkt rood namelijk de meest voorkomende kleur op de Europese beurstabellen te zijn. Vrijdag liep het overigens ook al goed fout.
De beurzen van Madrid en Milaan noteren maandagnamiddag omstreeks 15 uur beide een verlies van ruim 3 procent. (Belga/BO)
