Europa flirt met deflatie

© reuters

Uit een voorlopige schatting van Eurostat blijkt dat de inflatie in de eurozone is gezakt van 1,1 procent in september tot amper 0,7 procent in oktober.

De lagere energiekosten, die een gevolg zijn van de sterke euro, liggen mee aan de basis van die daling. Maar ook de kerninflatie – die geen rekening houdt met energie, alcohol, tabak en voeding – zakte van 1 procent in september naar 0,8 procent in oktober.

De kerninflatie zit ver onder de doelstelling van 2 procent van de Europese Centrale Bank (ECB). Dat geeft een indicatie van hoe zwak het prille economische herstel in de eurozone is. In België daalde de inflatie volgens Eurostat van 1 procent in september naar 0,63 procent in oktober. Positief is dat de lagere inflatie in België helpt de loonkostenstijging via de index af te remmen.

Maar de aanhoudende daling van de inflatie – in juli nog 1,6 procent – voedt de vrees voor een Japans deflatiescenario in Europa, waarbij de prijzen hardnekkig blijven dalen. Prijsdalingen, en vooral de verwachting dat ze blijven afnemen, zetten gezinnen ertoe aan belangrijke aankopen uit te stellen. Die uitgestelde consumptie weegt op de economische activiteit, en werkt opnieuw prijsdalingen in de hand. Veel hangt af van de reactie van de ECB. Die kan ervoor kiezen de rente, die momenteel 0,5 procent bedraagt, verder te verlagen, in de hoop dat de banken meer zullen lenen en de gezinnen meer zullen consumeren.

De lage inflatie is ook slecht nieuws voor de overheden. Een hoge inflatie helpt om schulden sneller af te bouwen. Inflatie verhoogt het bruto binnenlands product (bbp), waardoor de schuldgraad – de verhouding van de schulden tot het bbp – afneemt. En inflatie doet ook de inkomsten van de overheid stijgen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content