‘Centrale bankiers zijn niet kwaadaardig’

© reuters

De Amerikaanse econoom Robert Shiller ontving samen met twee collega’s de Nobelprijs Economie voor zijn inzichten in de ontwikkeling van de beurskoersen.

“Tot nu toe verliep het scenario op de aandelenmarkt als volgt: tot 2000 ging het opwaarts, dan kwam de neergang, in 2004 ging het weer naar boven en in 2007 volgde weer een crash. Sinds 2009 gaat het bergop. Je kunt dus in de verleiding komen om te zeggen dat een nieuwe krach op komst is. Maar ik ben daar niet zo zeker van.”

Dat klinkt vaag voor iemand die het uiteenspatten van de dotcomzeepbel accuraat voorspelde. Was dat slechts een kwestie van geluk?

Robert Shiller: “Ik heb mijn uitgeverij toen zelfs gevraagd om de publicatiedatum te vervroegen zodat het nog voor de crash zou verschijnen. Maar u wilt statistische bewijzen. Die kan ik u niet geven. Ik kan alleen maar tekens duiden en analyseren.”

Hoe gaat u zelf om met uw beleggingen?

Robert Shiller: “Het is een hele uitdaging om geld te investeren, maar op de een of de andere manier moet je het wel beleggen. Ik probeer mijn vermogen te spreiden. Ik heb bijvoorbeeld belegd in aandelen die ik nog ondergewaardeerd acht – zaken in de energie – en de gezondheidssector. Ik zet ook in op wereldwijde aandelenindexen. Maar mijn portefeuille is geen model, voor wie dan ook.”

Hoe lang gaat het met de aandelenbeurzen nog bergop?

Robert Shiller: “Ik denk eraan om eruit te stappen. Ik heb me al teruggetrokken uit overgewaardeerde sectoren als financiën en technologie. Het is zeer moeilijk om de juiste beslissing op het juiste moment te nemen. Daarom ontwikkel ik in samenwerking met Barclays Bank beleggingsmodellen op basis van mijn kerncijfers.”

U staat ervoor bekend om menselijke gevoelens als bepalende factoren op de financiële markt te beschouwen. Wat betekent dat in de praktijk? Komen uw analyses uiteindelijk niet neer op buikgevoel?

Robert Shiller: “Natuurlijk niet. Ik bekijk heel wat gegevens, maar ik lees ook wat sociologen en psychologen te vertellen hebben over het gedrag van mensen. Economen doen dat normaal niet. Ze zeggen altijd hetzelfde. Als u een econoom zou vragen naar een verklaring van de toestand op de markt, zegt hij met grote zekerheid: “Het is de schuld van de centrale banken!”

Is dat dan niet zo?

Robert Shiller: “Dat is zeker een deel van het probleem, maar centrale bankiers zijn niet kwaadaardig. Ze proberen altijd de markt te stabiliseren, dat is hun job. En ze kunnen ook geld uit circulatie nemen. Maar er zijn psychologische factoren die ze niet kunnen controleren.”

Wat is de grootste bedreiging voor het financiële systeem?

Robert Shiller: “De boom op de aandelenmarkt in de Verenigde Staten baart mij het meeste zorgen, ook al omdat onze economie nog altijd zwak en kwetsbaar is.”

Veel investeerders vieren toch al de economische wederopstanding van de VS en Europa. Hebben we crisis nog niet overwonnen?

Robert Shiller: “Ik wou dat het waar was. Maar we zien nog altijd dat vele overheden besparen en ook de privéhuishoudens maken zich ongerust over hun schulden. Daarom wordt weinig verbruikt en geïnvesteerd. Ik denk dat we in vele gebieden van de wereld nog jaren zwakke groei zien.”

De centrale banken proberen dat te bestrijden door miljarden in het economische circuit te pompen. Haalt dat niets uit?

Robert Shiller: “Het voorbeeld van Japan toont op zijn minst aan dat een dergelijk beleid nog tientallen jaren kan aangehouden worden zonder dat er iets verandert.”

Wordt het niet stilaan tijd dat de centrale bankiers de geldstroom stilleggen?

Robert Shiller: “Er bestaat geen alternatief voor het lagerentebeleid. Ik zou liever hebben dat de overheden de conjunctuur ondersteunen met bestedingsprogramma’s voor zinvolle projecten, dan dat centrale banken de intresten terugschroeven en de mensen ertoe aanzetten om grotere huizen te bouwen.”

Anne Seith (Der Spiegel)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content