Er zit weer goud in glasvezel

© Thinkstock
Bruno Leijnse Redacteur bij Trends

Franse investeerders betaalden in mei een spectaculaire 875 miljoen euro voor Eurofiber, de uitbater van een netwerk van 18.000 kilometer glasvezel in Nederland en België. Sindsdien nam Eurofiber ook nog het netwerk van B-Telecom over. Glasvezel is hot.

De Franse investeringsmaatschappij Antin Infrastructure Partners betaalde bijna zeven keer de omzet van 2014 voor het Nederlandse Eurofiber. Nochtans is dat bedrijf vooral wat veel telecomoperatoren niet willen zijn: een beheerder van ‘domme’ lijnen waar data door lopen. Volgens Lars Alkema, directeur van Eurofiber België, komt de helft van zijn omzet uit de langetermijnverhuur van onbelichte glasvezel, de zogenoemde dark fiber. Klanten gebruiken dan hun eigen apparatuur om de signalen over die vezels te sturen. Dat geeft hun volledige controle over het netwerk en flexibiliteit om speciale diensten te organiseren zoals hogesnelheidsback-up of synchronisatie tussen computersystemen in verschillende datacenters. Eurofiber is hier een onafhankelijke partij, een luis in de pels van dominante spelers zoals Proximus of Telenet.

Internationale operatoren zoals Colt, Verizon of BT kloppen bij Eurofiber aan voor lokale verbindingen met hun grote klanten. Andere afnemers zijn lokale operatoren zoals Destiny of EDPnet.

Dominante operatoren

“In vergelijking met Nederland is er in België te weinig glasvezel op de markt. Die ligt er nochtans”, zegt Marc Vandeputte, medeoprichter van het Leuvense Arcadiz Telecom, een gespecialiseerde integrator met een database van alle commercieel beschikbare glasvezel in België.

Een groot deel van die glasvezel is in handen van Proximus, dat hem naar eigen zeggen al in 80 procent van de bedrijvenzones tot aan de drempel van de bedrijven brengt. Proximus investeert actief om dat naar 100 procent te brengen. Telenet is een relatieve laatkomer, maar wil volgens een communiqué uit februari nog dit jaar honderd bedrijfszones met duizend potentiële klanten op glasvezel aansluiten. Ook Colt, een van de vroege buitenlandse zakelijkedienstverleners, heeft een dicht netwerk in de belangrijkste regio’s en zeker in Brussel.

Die operatoren zijn vooral geïnteresseerd in het leveren van glasvezel als een dienst. Zij verhuren liever niet de fiber zelf, maar een bepaalde capaciteit voor een bedrag per maand. De reden is evident. Een klant die een onbelichte glasvezel huurt voor lange termijn en hem zelf ‘belicht’, kan de capaciteit via apparatuur verveelvoudigen zonder dat de verhuurder van de glasvezel er extra aan verdient. Als die klant enkel een communicatiedienst huurt, betaalt hij extra bij elke uitbreiding. “In het ene geval verkoop je een snelweg, in het andere geval een taxirit. De taxirit brengt meer op”, lacht Alkema.

De grote operatoren laten zo een gat voor wie wel onbelichte vezel wil verhuren. Daar profiteert Eurofiber van. Verhuur van dark fiber is de helft van zijn omzet. Nog een kwart haalt Eurofiber uit de verhuur van transportcapaciteit in “het wat hogere segment”, vanaf 100 megabit per seconde, volgens Alkema. Dat is een detailhandel die via integratoren of operatoren zoals Destiny loopt. De resterende 25 procent van de omzet zit in de verhuur van hogesnelheidstransport (vanaf 10 gigabit per seconde) aan grote organisaties. Alkema: “Denk aan bedrijven die hun informatica in datacenters onderbrengen en daar in real time toegang toe moeten hebben. Het cloudverhaal”, vertelt Alkema.

Bedrijven hebben achterstand

Er is ruimte voor groei. Volgens Samuel De Wever, chief technology officer van de operator Destiny, hebben nog maar weinig bedrijven glasvezel. VDSL en kabel (nu al tot 240 megabit/seconde in download) volstaan nog. Het verschil met de consumentenmarkt is frappant.

België is voor middelmatig snelle, zakelijke communicatielijnen ook op één na het duurst van 10 EU-landen, toonde marktonderzoeker WIK vorig jaar in een studie voor BT. Voor trage verbindingen was België het derde duurste land. De gereguleerde prijzen zijn in België ook afhankelijk van de afstand, wat niet het geval is in de meeste EU-landen. De Belgische toezichthouder BIPT laat weten dat de gereguleerde Belgische tarieven sinds de WIK-studie zijn gedaald.

Opmerkelijk is ook dat de dominante operatoren hier geen verplichting hebben om glasvezel tegen een gereguleerd tarief te leveren, zoals in Nederland. Samuel De Wever: “De prijzen zijn heel afhankelijk van waar je glasvezel nodig hebt en welke partijen daar aanwezig zijn. In Brussel kan je shoppen en betaal je misschien 400 euro per maand voor een dienst van 100 megabit per seconde. Als je alleen Proximus of Telenet hebt, kom je gemakkelijk aan het dubbele.” Daniëlle Jacobs, directeur van de belangenorganisatie van ICT-gebruikers Beltug: “De grootte van de deals speelt een belangrijke rol. Het stoort dat de prijs voor eenzelfde connectie zeer uiteenlopend kan zijn, afhankelijk van de locatie. Lees: of er een alternatief is”.

Volgens Marc Vandeputte van Arcadiz dalen de prijzen voor onbelichte glasvezel niet. “De huurprijzen in die contracten zijn geïndexeerd en gekoppeld aan afstand. In Brussel zijn ze lager omdat de afstanden ook gewoon korter zijn”, voegt hij toe.

Nochtans is ook bij de bedrijven de vraag naar snellere communicatie aan het stijgen. De grote glasfabrikant AGC Glass, al lang een klant van B-Telecom, verhoogt de snelheid van zijn verbindingen geleidelijk “naar 20, 30, 40 megabit per seconde”. “We centraliseren onze toepassingen”, geeft netwerkarchitect Guy Vanderperren van AGC Glass als voornaamste reden.

“We zien een enorme toename in partijen die tussen 100 megabit per seconde en 1 gigabit per seconde bestellen”, zegt Alkema. “Dat zagen we in 2010 nog niet.” Accor, een klant van Eurofiber, sloot dit jaar een nieuw contract voor internetverbindingen voor al zijn hotels. Sommige klanten komen uit een onverwachte hoek. Met reclamegigant JC Decaux tekende Eurofiber een proefproject voor de aansluiting van 100 bushokjes op glasvezel in Amsterdam. JC Decaux wil daarmee zijn elektronische reclameborden in real time programmeren. Tegelijk komen boven op de bushokjes picocellen van een mobiele operator, die het 4G-netwerk moeten verbeteren en hun trafiek via de glasvezel doorsturen.

Arcadiz ziet in België nog veel potentieel door de groei in datacenters, belangrijke gebruikers van glasvezelverbindingen. “België heeft 30 tot 40 datacenters. Daar is nog ruimte. Nederland heeft er vijf tot tien keer meer”, schat Vandeputte van Arcadiz. De gespecialiseerde integrator heeft in Nederland een filiaal en zette in België vorig jaar 10,4 miljoen euro om (+47 %), met 1,6 miljoen bedrijfswinst (+69 %). Vandeputte voorspelt een gelijkaardige groei voor dit en volgend jaar.

Nog meer overnames op komst

Antin Infrastructure Partners investeerde voordien al in telecommasten in Frankrijk en Spanje, in haventerminals, gasleidingen, tolwegen en andere infrastructuur. “Met Antin hebben we een groeistrategie”, onderstreept Alkema.

Eurofiber heeft er de cash voor. Het boekt een Telenet-achtige courante bedrijfsstroommarge van 52 procent. Van elke euro omzet blijft 43 cent cash over. Dat zijn dan nog cijfers van 2014, vóór de acquisitie van B-Telecom (zie kader Duur versus goedkoop).

“In de komende vijf jaar willen we een aantal overnames doen”, zegt Alkema. “We bekijken de volgende logische stap. Dat kan gaan om uitbreiding naar Luxemburg, Frankrijk, Denemarken en Duitsland. Belangrijk is dat wij onze klanten zullen volgen.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content