Turks regime zet economische toekomst op het spel

© reuters
Jozef Vangelder
Jozef Vangelder redacteur bij Trends

Verzwakt door een corruptieschandaal vecht de Turkse premier Recep Tayyip Erdogan voor zijn politieke overleving. De eigengereide potentaat, ooit geprezen als hervormer, is verworden tot ballast voor de economie.

Slechte scholing en gemuilkorfde media hebben een economische prijs: ze houden falende leiders te lang in het zadel. “Als onze eerste minister op tv zou verklaren dat de aarde plat is, dan zouden minstens 5 tot 10 miljoen van de 80 miljoen Turken hem geloven.”

De Turkse econoom Emre Deliveli, commentator van de Engelstalige krant Hürriyet Daily News, bedoelt het niet als grap. Zijn land gold lang als lichtend voorbeeld onder de opkomende economieën, maar een groot corruptieschandaal in regeringskringen doet de façade in duigen vallen.

Er zijn niet alleen het gebrekkige onderwijs en de onderdrukte pers. Het koppige tekort op de lopende rekening toont dat Turkije al jaren boven zijn stand leeft. Voor de financiering van het tekort is het land te afhankelijk van buitenlands speculatief geld, dat bij het minste onraad het land uitvlucht. De kelderende munt en de oplopende obligatierente, gevolgen van het corruptieschandaal, maken dat vandaag duidelijk.

Het Turkse groeiwonder, in 2002 op de sporen gezet na de verkiezingsoverwinning van premier Recep Tayyip Erdogan en zijn islamgezinde AK-partij, lijkt een illusie. Erdogan ziet dat anders. Achter de arrestaties in het corruptieonderzoek ontwaart hij een internationaal complot. “Hij beweert dat Turkije op weg is een wereldmacht te worden, en dat jaloerse buitenlandse krachten die opgang willen dwarsbomen”, zegt Deliveli. “Ik zie niet in welk belang het buitenland zou hebben bij een val van de Turkse economie. Twee derde van de Turkse aandelen en obligaties is in buitenlandse handen.”

Tweede Iran

Vele Vlaamse bedrijven zijn actief in Turkije, zoals weefmachineproducent Picanol en raamprofielenfabrikant Deceuninck. Moeten zij zich zorgen beginnen maken? “We hebben gezonde banken en een lage overheidsschuld”, zegt Deliveli, “maar het moet dieper gaan dan dat. Turkije moet zijn afhankelijkheid van buitenlands kapitaal afbouwen door meer inkomsten te halen uit de export van hogere toegevoegde waarde, zoals hightech of design. Vandaag is Turkije een grote textielexporteur, maar we kunnen niet op kosten blijven concurreren met China of de Filipijnen.”

Kennisintensieve producten vergen onderzoek en ontwikkeling. Dat begint met goed onderwijs, iets wat in Turkije enkel weggelegd is voor een minderheid. Het ondermaatse onderwijs stremt ook de groei. Het gevolg is dat Turkije geen toekomstpotentieel opbouwt. Erger nog, de economie schakelt lager. “Als ondernemer verdien je vandaag gemakkelijker geld in de bouw,” zegt Deliveli. “In die sector is een echte goldrush aan de gang, aangedreven door de talloze bouw- en infrastructuurprojecten van de overheid. Het Zuid-Koreaanse Hyundai startte als bouwbedrijf en schakelde over op hightech. De Turkse elektronicaproducent Zorlu heeft in Istanbul net een groot winkelcentrum met kantoren en appartementen geopend.”

De bouwzeepbel zuigt middelen aan die elders in de economie productiever kunnen worden aangewend, maar er is geen stoppen aan. De overheid maakt het de ondernemers te gemakkelijk. “Al wat je moet doen, is een partnerschap aangaan met TOKI, het staatsorgaan voor huisvesting. Zo geraak je aan de nodige terreinen, of aan een bestemmingswijziging voor een zone. Let er maar eens op als je de taxi neemt van de luchthaven naar het centrum van Istanbul. Het aantal bouwkranen is niet te tellen.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content